Gemeente Ede

nummer 237 / Ede, 09 november 2005

Uniek samenwerkingsverband rijk en gemeente

Gemeente Ede en Rijk samen in gebiedsontwikkeling

De gemeente Ede en het Rijk (de ministeries van VROM, Financiën, LNV, VenW, EZ en Defensie) gaan de mogelijkheden onderzoeken om de kazerneterreinen bij Ede, die defensie in 2007 afstoot, gezamenlijk te ontwikkelen. Voor dit haalbaarheidsonderzoek ondertekenen staatssecretaris Wijn van Financiën en burgemeester R.C. Robbertsen van Ede woensdag 16 november in Den Haag een intentieovereenkomst.

Het ministerie van Defensie gaat een groot aantal complexen, waaronder de kazernecomplexen in Ede Oost, afstoten. Deze kazernecomplexen (Beekman- en Stevin kazernes, Bergansius en Kool kazernes, Maurits en Friso kazernes) hebben een grote cultuurhistorische waarde, terwijl het terrein als geheel vanuit stedenbouwkundig oogpunt van veel belang is voor de stad Ede en de verdere regio.

Nieuw concept
Een gezamenlijke ontwikkeling door Rijk en gemeente is een nieuw concept. In het verleden heeft het Rijk complexen die het zelf niet meer nodig had steeds verkocht, in het algemeen aan lagere overheden. De ontwikkeling was vervolgens de verantwoordelijkheid van deze lagere overheden.
De intentie-overeenkomst houdt in dat het Rijk en de gemeente Ede afspreken samen te onderzoeken of verdere samenwerking bij de ontwikkeling van Ede-Oost voor beide partijen meerwaarde oplevert.

Ambities
De gemeente Ede staat positief ten opzichte van een gezamenlijke ontwikkeling met het Rijk. De gemeente ziet veel voordelen in een dergelijke aanpak. Korte lijnen, één loket en een directe inbreng van belangen en expertise op rijksniveau kunnen een aanzienlijke meerwaarde voor het project betekenen.

De kazerneterreinen maken deel uit van het grotere project Ede Oost/spoorzone, waar ook het voormalige Enkacomplex, het station, de stationsomgeving en de spoorzone deel van uit maken. Hiervoor heeft de gemeenteraad van Ede een ambitieus Masterplan vastgesteld dat de kaders aangeeft waarbinnen het gebied verder ontwikkeld gaat worden. Het Masterplan voorziet op termijn in de bouw van 3.500 tot 4.500 woningen en commerciële en niet-commerciële voorzieningen, een verplaatsing van het Intercitystation Ede Wageningen en een mogelijk verdiepte aanleg van de spoorlijn. Cultuurhistorie, natuur en landschap en een adequate verkeersinfrastructuur vormen belangrijke kaders van het plan.

---