D66

Debat over de Staat van de Europese Unie

Bijdrage Sophie in ´t Veld

Tweede Kamer, 8 november 2005

De uitdagingen van de 21e eeuw vragen om een Europees antwoord: zoals vogelgriep, migratiestromen, nieuwe economische concurrenten China en India, of internationaal opererende terroristen. Die vraagstukken doen zich nú voor, en vragen nú om een antwoord. We kunnen Europa niet stil zetten, terwijl de wereld verder draait.

We hebben een sterk Europa nodig voor de kwaliteit van ons bestaan. Maar uitgerekend op het moment dat we Europa zo hard nodig hebben, is er een vertrouwenscrisis ontstaan. Politici van rechts en links spelen gretig in op de gevoelens van onzekerheid, of wakkeren ze zelfs aan vanuit volstrekt opportunistische electorale overwegingen. Dat is kortzichtig, en slecht voor Nederland. D66 kijkt naar voren: wij willen een sterk Europa dat de uitdagingen van onze tijd het hoofd kan bieden. Wat Nederland echt nodig heeft is een visie op de toekomst van Europa, durf, frisse ideeën en inspirerend leiderschap, waarmee Nederland weer een voortrekkersrol kan vervullen in Europa. Nederland moet niet op de rem gaan staan, maar juist achter het stuur gaan zitten!

Het Nederlandse "Nee" geeft ons de bijzondere verantwoordelijkheid om met nieuwe ideeën te komen voor de toekomst van Europa. Maar de stilte na het Nee in het referendum is oorverdovend. Ik ben héél benieuwd naar de alternatieve voorstellen van de heren Van Bommel en Wilders voor de toekomst van Europa.
Ook de traditionele voorstanders van Europese integratie bieden weinig perspectief. Het nieuwe lijflied van de PvdA is "De Nationale", en zelfs het CDA flirt met Euroscepsis.

Ik roep het Kabinet op heel snel met voorstellen te komen om de Europese motor weer op gang te brengen.
Het debat over Europa wordt vaak vernauwd tot de vraag méér of minder Europa?. Maar de kernvraag is: hoe maken we Europa slagvaardiger en democratischer? De holle roep om minder Europa is populistisch en draait de burger een rad voor ogen. Minder wát?! Minder samenwerken tegen terrorisme? Minder economische groei? Minder coordinatie van de migratiestromen? Nóg minder slagkracht in het buitenlands beleid? Of minder democratische invloed van de burgers?
Ik ben verbaasd over het warme pleidooi van Wouter Bos voor het oude ondemocratische en ondoorzichtige Europa: hij verklaart het federaal Europa dood, en vindt het dus blijkbaar prima als de burgers op grote afstand van de besluitvorming worden gehouden. Maar het recept van intergouvernementeel bestuur is onwerkbaar geworden. We laten Nederland toch zeker ook niet door de twaalf provinciën besturen?

Gezien de beperkte tijd concentreer ik me op twee politieke punten:

Allereerst ons dagelijks brood, of wel de economie. Links verzet zich als vanouds tegen de vrije markteconomie, en zoekt de oplossing in nationalisme en protectionisme. Onder het mom van solidariteit verzetten ze zich tegen het openen van de markt voor diensten en werknemers. Dit zijn verkeerde reflexen. In een mondiale economie, waarin reuzen als China en India zich razendsnel ontwikkelen - óók in de hogere marktsegmenten! - moet de Europese markt juist versterkt worden, niet gefragmenteerd. Er wordt vaak beweerd dat de vrije markt leidt tot sociale misère en afbraak van sociale bescherming. Dat is flauwekul. Feit is dat in de afgelopen decennia de Europese interne markt ons niet alleen een ongeëvenaarde welvaart heeft gebracht, maar dat in heel Europa de sociale normen gestaag zijn versterkt!

Over Brusselse bemoeienis met publieke diensten doen veel spookverhalen de ronde, gretig aangewakkerd door de partijen ter linkerzijde. Nog eens voor alle helderheid: elk land is op grond van het Verdrag zèlf verantwoordelijk voor zijn publieke diensten, de Commissie bewaakt alleen het goed functioneren van de interne markt. Iedereen die iets anders beweert verdraait de zaken.

Naast het gefoeter op Brussel, pleiten ze ironisch genoeg wèl voor gedetailleerde normen uit Brussel voor publieke diensten. Dus dan moet Brussel gaan bepalen hoe duur een treinkaartje wordt, of hoe vaak de post wordt bezorgd. Ik ben er dan ook mordicus tegen. Publieke diensten moeten zo dicht mogelijk bij de gebruikers worden bepaald. Wèl steunt D66 van harte de voorstellen om de marktregels voor publieke diensten simpeler en flexibeler te maken.

Ander belangrijk onderwerp: veiligheid. Terrorisme en misdaad trekken zich van grenzen niets meer aan. Europese samenwerking, en delen van informatie is de enige manier om de veiligheid van de mensen te garanderen. Het is dan ook schokkend te zien hoe weinig vooruitgang er op dit terrein wordt geboekt. Dat komt voornamelijk omdat op dit terrein nog steeds door de Lid Staten met unanimiteit wordt besloten, en bovendien achter gesloten deuren, terwijl de burgerrechten er bekaaid afkomen. Ik verwacht dan ook dat de Nederlandse regering zich gaat inspannen om hieraan een einde te maken, zodat Europa eindelijk effectief kan optreden tegen schurken, en zodat veiligheidsmaatregelen in alle openheid in een parlementair debat worden besloten.

9-11-2005 16:37