NVA



NVA en VvHN laten handelwijze TROS Radar onderzoeken

De NVA en de VvHN vinden dat het TROS-televisieprogramma Radar de reclameregels heeft overtreden. Volgens de mediawet mogen publieke televisieprogrammas geen reclame-uitingen bevatten, tenzij die niet vermijdbaar zijn. Volgens de NVA en VvHN verwijst Radar onterecht naar de commerciële dienstverlening van Independer. Bij de consument zou daardoor onterecht de indruk kunnen bestaan dat Independer een niet-commerciële partij zou zijn terwijl Independer zelf ook als tussenpersoon actief is. Gezien de misleiding hiervan voor de consument en de oneerlijke concurrentie die hierdoor voor haar resp. achterbannen optreedt, hebben de NVA en VvHN gezamenlijk een verzoek tot nader onderzoek bij het Commissariaat voor de Media ingediend. Ook hebben zij gevraagd om stopzetting van de commerciële uitingen van Independer via de publieke omroep.

De NVA en de VvHN hebben ernstige bezwaren tegen het feit dat in de Radar-uitzending op 7 november 2005 uitgangspunt voor het onderzoek en op de website van TROS Radar
(www.trosradar.independer.nl/portal/radar/hulp/) duidelijke verwijzingen worden gedaan naar de commerciële activiteiten van Independer. Volgens de brancheorganisaties is dit een vorm van reclame die niet is toegestaan, omdat:

- Radar consumenten oproept om persoonlijke gegevens, via een verzoek om een hypotheekofferte, aan Independer te sturen;
- Independer zelf ook als tussenpersoon (inschrijving in SER-register nr. 1055036) actief is en daarmee een eigen, commercieel belang heeft om in contact te komen met consumenten die een hypotheek willen afsluiten;

- Radar Independer als onafhankelijke en objectieve vergelijkingssite in het programma opvoert, terwijl Independer ook zelf een belang heeft om consumenten te bereiken voor de afzet van andere financiële diensten.

De NVA en de VvHN zijn van mening dat de integriteit van het consumentenprogramma Radar in het geding is door de samenwerking met Independer, als vormgegeven in de uitzending van 7 november en de publicatie op de website. Daarnaast is de reclame voor Independer vermijdbaar en valt deze niet onder de uitzonderingen als genoemd in artikel 28 van het Mediabesluit. De diensten van Independer worden op een opvallende wijze en niet in negatieve zin vermeld en in beeld gebracht in de uitzending, waardoor een deel van het kijkerspubliek tot aankoop wordt bewogen (RvS 21 augustus 1997 nr. R01.93.2121, TROS-Aktua in Bedrijf).

De NVA (Nederlandse vereniging van assurantieadviseurs en financiële dienstverleners, NVA) vertegenwoordigt ruim 1100 kantoren, waarvan een groot deel actief is in hypotheekbemiddeling. De VvHN (Vereniging van Hypotheekadviseurs in Nederland) vertegenwoordigt bijna 800 hypotheekkantoren, waaronder de vijf grootste hypotheekketens.

Naar boven

---

Politiek deelt standpunt NVA:

Fiscale regelgeving pensioenopbouw bij arbeidsongeschiktheid aangepast

In de afgelopen maanden heeft de NVA veelvuldig haar bezwaren kenbaar gemaakt tegen de voorstellen van minister de Geus en staatssecretaris Wijn om de pensioenopbouw bij arbeidsongeschiktheid te versoberen. Zij heeft in politiek-Den Haag onder meer gepleit voor aanpassing van de fiscale regelgeving, zodat, evenals bij demotie en deeltijdwerken (op latere leeftijd), bij ziekte/arbeidsongeschikheid van een werknemer geen pensioenopbouw op het verlaagde salaris hoeft plaats te vinden. Onlangs heeft de Tweede Kamer ingestemd met een toevoeging op de Wet op de Loonbelasting, op grond waarvan een betere pensioenopbouw mogelijk wordt gemaakt. Het resultaat van een succesvolle lobby.

De Tweede Kamer heeft een amendement van de kamerleden Koomen (CDA) en Depla (PvdA) op de Wet op de loonbelasting 1964 aangenomen, dat een onderdeel toevoegt op grond waarvan het mogelijk is nadere regels te stellen met betrekking tot het pensioengevend loon, voor situaties waarin het loon wordt verlaagd in verband met ziekte of arbeidsongeschiktheid van de werknemer. Volgens dit amendement is het nu mogelijk vergelijkbare regels te stellen als nu het geval is bij loonsverlaging bij demotie.

Dit is exact wat de NVA bij de politiek heeft bepleit. Ook in geval van ziekte en arbeidsongeschiktheid moet de pensioenopbouw kunnen blijven plaatsvinden op basis van het oorspronkelijke salaris. De aantasting van de pensioenopbouw in geval van
ziekte/arbeidsongeschiktheid kan in de praktijk immers veel schrijnender uitwerken dan bij demotie of deeltijdwerken op latere leeftijd. Bij demotie en deeltijdwerken is veelal nog sprake van enige keuzevrijheid van de werknemer. Daarnaast speelt het op latere leeftijd, waardoor de pensioenopbouw in principe al vele jaren heeft kunnen plaatsvinden.
Geheel anders kan het zijn bij ziekte/arbeidsongeschiktheid. Dit ontstaat doorgaans buiten de invloedssfeer van de werknemer, het kan op jonge leeftijd optreden en ook langere tijd voortduren, zelfs tot aan de pensioendatum. Voorkomen moet worden, aldus de NVA, dat arbeidsongeschikten te maken krijgen met een fors lagere pensioenopbouw en een forse verlaging met het nabestaandenpensioen.

De NVA is blij dat de politiek gehoor heeft gegeven aan haar bezwaren en wacht de verdere uitwerking van dit maatschappelijk belangrijke punt door de staatssecretaris van Financiën met belangstelling af.