Voormalig voorzitter LPF veroordeeld voor bedreiging Kamerlid en valse
aangifte
Rotterdam, 6 december 2005 â De rechtbank te Rotterdam heeft op 5
december de voormalige LPF-voorzitter M. wegens bedreiging van een
Kamerlid en het doen van een valse aangifte veroordeeld tot een
voorwaardelijke gevangenisstraf van twee maanden, een werkstraf van
100 uur en een boete van ⬠1000.
De man stuurde in november 2004 een dreigbrief aan zijn eigen partij
en aan het Kamerlid M. Herben en heeft vervolgens aangifte gedaan van
deze bedreiging.
In de dreigbrief stond onder meer:
âStop de moslimhatersâ en âDe extremisten waar H. en ook op de site
van de vereniging M. het over hebben is eigenlijk over zichzelf, zij
moeten boeten en zij moeten verantwoording afleggen aan Allah de
barmhartige en als het moet brengen wij ze wel naar Hem toeâ.
Strafmotivering
Bij het opleggen van de straf heeft de rechtbank het precaire
politieke en maatschappelijke klimaat van die periode in aanmerking
genomen. De verdachte heeft met zijn gedrag voor verdere
maatschappelijke beroering gezorgd, terwijl hij gelet op zijn functie
een extra verantwoordelijkheid had. Vanwege de politie-inzet en
persoonsbewaking als gevolg van de bedreiging, vindt de rechtbank het
passend dat de verdachte een deel van die kosten compenseert door het
betalen van een geldboete.
De rechtbank heeft er rekening mee gehouden dat de verdachte niet
eerder veroordeeld is voor een strafbaar feit.
Door een deskundige is gerapporteerd dat de verdachte als gevolg van
een persoonlijkheidsstoornis verminderd toerekeningsvatbaar geacht kan
worden. Daarom wordt een voorwaardelijke gevangenisstraf opgelegd.
LJ Nummer
AU7447
Bron: Centrale redactie rechtspraak.nl
Datum actualiteit: 6 december 2005 Naar boven
Gerechtelijke organisatie