Breed Platform Verzekerden en Werk

Herbeoordelingsoperatie toont aan dat SUWI-doelstellingen nog geen praktijk zijn

Themarapportage december 2005

In 2005 zijn bij de Helpdesk van het Breed Platform Verzekerden en Werk veel vragen en klachten binnengekomen naar aanleiding van de eenmalige herbeoordelingsoperatie. De herbeoordelingsoperatie veroorzaakt veel onrust en onzekerheid bij alle arbeidsongeschikten. In de themarapportage 'Een lastig parcours' staan de herbeoordeling en reïntegratie centraal. Volgend jaar wordt de wet SUWI geëvalueerd. In dit rapport is aan de hand van de ervaringen met de herbeoordelingen nagegaan in hoeverre de belangrijkste SUWI-doelstellingen inmiddels in de praktijk gebracht worden. Het gaat om de doelstellingen 'werk boven inkomen in een activerend stelsel van sociale zekerheid' en 'een op werk gerichte klantgerichte dienstverlening'. Hoewel de groep bellers naar de Helpdesk geen representatieve steekproef is, geven de ervaringen wel een beeld van de praktijk.

Verschillende punten komen steeds terug in de ervaringen van de bellers:

1. De informatie over de herbeoordelingen is onvoldoende.

Het UWV stuurt iedereen informatiebrochures over de herbeoordelingen. Soms komt de informatie letterlijk niet aan en soms begrijpen mensen niet welke informatie op hun eigen situatie van toepassing is. Voor 50-plussers is het vaak onduidelijk waarom zij toch een oproep voor een herkeuring krijgen terwijl ze niet tot de doelgroep van de eenmalige herbeoordelingsoperatie behoren. Ook komen er veel vragen binnen over de dubbele keuringen. Als mensen het UWV bellen krijgen ze soms twee keer een ander antwoord op dezelfde vraag. Na de herbeoordeling weten veel mensen niet waar ze financieel aan toe zijn en welke stappen ze moeten ondernemen. Er is dus veel behoefte aan informatie over het verloop van de herbeoordeling en - belangrijker nog - over de gevolgen van de herbeoordeling.


2. De voorbereidingstijd is te kort.

Een deel van de bellers kreeg de oproep voor de herbeoordeling pas kort van tevoren, soms zelfs slechts een dag van tevoren. Als zij het UWV belden, bleek het niet meer mogelijk de afspraak te verzetten. Hierdoor hebben mensen te weinig voorbereidingstijd en geen gelegenheid meer om iemand te vragen om met ze mee te gaan. Voor deze keuring die zulke grote gevolgen kan hebben voor het dagelijks leven van mensen, is een fatsoenlijke voorbereidingstijd nodig. Het UWV hanteert zelf een termijn van twee weken, maar houdt zich daar niet altijd aan, gezien de ervaringen van de bellers.


3. De herkeuring zelf gaat te snel en is soms zelfs onfatsoenlijk.

Ruim de helft van de herbeoordeelden die naar de Helpdesk belden, vindt dat de herkeuring niet zorgvuldig is uitgevoerd. Mensen hebben de indruk dat medische gegevens onvoldoende zijn geraadpleegd of dat ze lichamelijk onvoldoende zijn onderzocht. Bellers geven aan dat de uitslag van te voren al vast stond, waardoor de arts niet meer naar het verhaal van de WAO-er wilde luisteren. Artsen doen uitspraken als "iedereen is wel eens moe" en "het zal wel tussen de oren zitten", waardoor mensen zich niet serieus genomen voelen. Een enkele arts of arbeidsdeskundige gaat buiten zijn boekje door bijvoorbeeld te dreigen met goedkeuring als de contactpersoon van de WAO-er zich in het gesprek wil mengen of door aan te geven dat iemand lang genoeg van de maatschappij heeft geprofiteerd.


4. Reïntegratie nog nauwelijks maatwerk.

Na de herbeoordeling houden de meeste mensen zich in eerste instantie bezig met de financiële gevolgen. Het zoeken en vinden van (meer) werk komt - met afstand - op een tweede plaats. De omslag naar werkgericht denken, vanuit een situatie van vaak jarenlange arbeidsongeschiktheid, kost moeite en tijd. WAO-ers die minder arbeidsongeschikt zijn verklaard, achten zichzelf vaak niet tot werken in staat en denken niet dat werkgevers op hen zitten te wachten. Dit sombere perspectief demotiveert mensen en sommigen zien hierdoor af van reïntegratie. De reïntegratiedienstverlening biedt te weinig ondersteuning voor deze omslag. Het UWV verstrekt te weinig specifieke informatie over reïntegratie die op de persoon is toegesneden, zoals bijvoorbeeld over de IRO (Individuele Reïntegratie Overeenkomst). Mensen verwachten ook meer begeleiding en steun vanuit het UWV tijdens het reïntegratietraject dan ze nu krijgen.

SUWI-doelstelling 'werk boven inkomen' geen praktijk

De bellers maken nauwelijks melding van werkhervatting. Zij zijn somber over hun mogelijkheden om aan het werk te komen. De doelstelling 'werk boven inkomen' blijkt nog lang geen praktijk te zijn. De eenmalige herbeoordeling zou de start moeten vormen van een activerend traject dat uiteindelijk tot werk leidt. In de praktijk is het eerder een proces dat mensen lam slaat, waarbij mensen niet worden gemotiveerd en geactiveerd en waarbij zij lang niet altijd reïntegratiedienstverlening op maat ontvangen. Hierdoor vormt de eenmalige herbeoordeling een valse start van een traject dat voorlopig vooral tot inkomensverlies en frustratie leidt.

SUWI-doelstelling 'klantgerichte dienstverlening' vertoont veel gaten

Van de oproep voor de herbeoordeling tot de uitslag van de herbeoordeling laat de dienstverlening duidelijk steken vallen. De oproep komt soms te laat, de informatie is niet altijd duidelijk, de arts of de arbeidsdeskundige behandelt de WAO-er niet altijd fatsoenlijk en de uitslag is vaak niet te begrijpen voor mensen. De eenmalige herbeoordelingsoperatie is een grootschalige operatie met ingrijpende gevolgen voor de WAO-ers die herbeoordeeld worden. Klantgerichte dienstverlening zou hoogste prioriteit moeten krijgen in alle fases van de uitvoering van de herbeoordelingen.

Wil de uitvoering van de eenmalige herbeoordelingsoperatie beter aansluiten bij de SUWI-doelstellingen, dan is een aantal veranderingen nodig.

1. Meer informatie op maat nodig over de herbeoordeling.

Bij een herbeoordeling moet aangegeven worden om welk type herkeuring het gaat (oude of nieuwe Schattingsbesluit) en met welke regelingen men te maken heeft (bijvoorbeeld dubbele keuring bij bepaalde diagnoses etc.). De oproep en de bijbehorende informatie moeten op tijd verstuurd worden (minimaal 2 weken voor keuring), zodat mensen voorbereidingstijd hebben. Slechte en onduidelijke informatie slaat mensen lam en activeert juist niet.


2. Na de herbeoordeling is informatie over de persoonlijke consequenties nodig.

Na een herbeoordeling zou iemand naar huis moeten gaan met informatie over wat er uit de beoordeling is gekomen en wat de financiële gevolgen voor betrokkene zijn (inclusief berekening). Ook zou informatie beschikbaar moeten zijn over wat er komt kijken bij reïntegratie en over de reïntegratiemogelijkheden (waaronder de IRO). Deze informatie zou op schrift, via internet en via een telefonisch informatiepunt gegeven kunnen worden.


3. Reïntegratie moet meer maatwerk zijn.

Meer ondersteuning bij de omschakeling naar werk en meer op maat gesneden reïntegratietrajecten zijn nodig, zodat mensen geen valse start maken. Voorkomen moet worden dat mensen al bij voorbaat geheel afhaken omdat ze hun kansen laag inschatten. Mensen zouden niet standaard naar trajecten in een groep verwezen moeten worden. Van belang is dat mensen zelf een keuze kunnen maken voor een reïntegratietraject op maat.

Reacties op het rapport zijn van harte welkom. U kunt hiervoor contact opnemen met Jannie Komduur, beleidsmedewerker arbeid en sociale zekerheid (020 - 4800333, j.komduur@bpv.nl)
Meer exemplaren van het rapport kunt u bestellen bij het secretariaatof hier downloaden »»