European Union



14763/05 (Presse 311) 1
NL
RAAD VAN
DE EUROPESE UNIE
NL
14763/05 (Presse 311)
PERSMEDEDELING

2698e zitting van de Raad
Economische en Financiële Zaken

Brussel, 6 december 2005
Voorzitter de heer Gordon Brown
Minister van Financiën (Chancellor of the Exchequer) van het Verenigd Koninkrijk
6.XII.2005
14763/05 (Presse 311) 2
NL
Voornaamste resultaten van de Raadszitting
De Raad nam conclusies aan over de uitdagingen van de mondialisering en over nationale hervormingsprogramma's die conform de strategie van Lissabon voor economische hervorming door de lidstaten zijn opgesteld.
In het kader van de EU-strategie tegen terrorismefinanciering bereikte hij overeenstemming over een algemene oriëntatie inzake de bij geldoverdrachten te voegen informatie over de betaler. De Raad kwam tevens overeen om de werkzaamheden over verlaagde BTW-tarieven voor te leggen aan de Europese Raad op 15 en 16 december, zulks met het oog op een akkoord. 6.XII.2005

1 Wanneer de Raad verklaringen, conclusies of resoluties heeft aangenomen, wordt dat in de titel van het betrokken punt vermeld. De aangenomen teksten staan tussen aanhalingstekens. De documenten waarvan het nummer in de tekst wordt genoemd, staan op de internetsite van de Raad http://ue.eu.int.
Besluiten ten aanzien waarvan verklaringen voor de Raadsnotulen zijn afgelegd die beschikbaar zijn voor het publiek, zijn aangegeven met een asterisk; de tekst van de verklaringen staat op de bovengenoemde internetsite van de Raad en is ook verkrijgbaar bij de Persdienst. 14763/05 (Presse 311) 3
NL
INHOUD1
DEELNEMERS ............................................................................................................................ 4

BESPROKEN PUNTEN
ECONOMISCHE HERVORMING - Conclusies van de Raad ........................................................ 6
- Het antwoord op de uitdagingen van de mondialisering.......................................................... 6
- Nationale hervormingsprogramma's in het kader van het proces van Lissabon ....................... 9 REGELGEVINGSHERVORMING.............................................................................................. 12

BELASTINGEN.......................................................................................................................... 13


- Verlaagde BTW-tarieven ..................................................................................................... 13
- Gedragscode inzake de belastingregeling voor ondernemingen ............................................ 13 HET BELEID OP HET GEBIED VAN FINANCIËLE DIENSTEN
VOOR DE PERIODE 2005-2010.................................................................................................. 14

EU-ACTIEPLAN TER BESTRIJDING VAN TERRORISME ..................................................... 15


- Bij geldoverdrachten te voegen informatie ........................................................................... 15
- Uitvoering van het actieplan................................................................................................. 15 AARDOLIEMARKT EN DAARMEE VERBAND HOUDENDE
ENERGIEVRAAGSTUKKEN ..................................................................................................... 16

ANDERE GOEDGEKEURDE PUNTEN
EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE

- EER-overeenkomsten - EU-uitbreiding............................................................................................................17 ENERGIE

- Verdrag tot oprichting van de Energiegemeenschap - Zuidoost-Europa.............................................................17 6.XII.2005
14763/05 (Presse 311) 4
NL
DEELNEMERS
De regeringen van de lidstaten en de Europese Commissie waren als volgt vertegenwoordigd: België:
de heer Didier REYNDERS vice-eerste minister en minister van Financiën Tsjechië:
de heer Bohuslav SOBOTKA eerste vice-minister-president en minister van Financiën Denemarken:
de heer Thor PEDERSEN minister van Financiën
Duitsland:
de heer Peer STEINBRÜCK minister van Financiën
Estland:
de heer Aivar SÕERD minister van Financiën
Griekenland:
de heer Georgios ALOGOSKOUFIS minister van Economische Zaken en Financiën Spanje:
de heer Pedro SOLBES MIRA tweede vice-minister-president en minister van Economische Zaken en Financiën
Frankrijk:
de heer Thierry BRETON minister van Economische Zaken, Financiën en Industrie Ierland:
de heer Bobby MCDONAGH permanent vertegenwoordiger Italië:
de heer Giulio TREMONTI vice-minister-president
Cyprus:
de heer Michalis SARRIS minister van Financiën
Letland:
de heer Oskars SPURDZIhS minister van Financi÷n
Litouwen:
de heer Jaunius SIMONAVIÈIUS vice-minister van Financiën Luxemburg:
de heer Jeannot KRECKÉ minister van Economische Zaken en Buitenlandse Handel, minister van Sport
Hongarije:
de heer János VERES minister van Financiën
Malta:
de heer Tonio FENECH parlementair secretaris, ministerie van Financiën Nederland:
de heer Gerrit ZALM vice-minister-president, minister van Financiën Oostenrijk:
de heer Karl-Heinz GRASSER minister van Financiën
Polen:
mevrouw Teresa Krystyna LUBIÑSKA minister van Financiën Portugal:
de heer Fernando TEIXEIRA DOS SANTOS minister van Financiën Slovenië:
de heer Andrej BAJUK minister van Financiën
6.XII.2005
14763/05 (Presse 311) 5
NL
Slowakije:
de heer Vladimír TVAROSKA staatssecretaris van Financiën Finland:
de heer Eero HEINÄLUOMA vice-minister-president, minister van Financiën Zweden:
de heer Pär NUDER minister van Financiën
Verenigd Koninkrijk:
de heer Gordon BROWN minister van Financiën (Chancellor of the Exchequer) mevrouw Dawn PRIMAROLO Thesaurier-Generaal
Commissie:
de heer Joaquín ALMUNIA lid
de heer László KOVÁCS lid
de heer Charlie McCREEVY lid
de heer Andris PIEBALGS lid
Overige deelnemers:
de heer Philippe MAYSTADT president van de Europese Investeringsbank de heer Xavier MUSCA voorzitter van het Economisch en Financieel Comité de heer Joe GRICE voorzitter van het Comité voor de Economische Politiek De regeringen van de toetredende staten waren als volgt vertegenwoordigd: Bulgarije:
de heer Plamen Vassiler ORESHARSKI minister van Openbare Financiën Roemenië:
de heer Sebstian VLADESCU minister van Financiën
6.XII.2005
14763/05 (Presse 311) 6
NL
BESPROKEN PUNTEN
ECONOMISCHE HERVORMING - Conclusies van de Raad

- Het antwoord op de uitdagingen van de mondialisering De Raad nam de volgende conclusies aan:
"De Raad heeft gedebatteerd over de kansen en uitdagingen van de mondialisering en zich gebogen over de respons die beleidsmatig nodig is om in het kader van de opnieuw in beweging gezette strategie van Lissabon de problemen van de burgers aan te pakken en een hoog groeiniveau en hoge werkgelegenheid te bewerkstelligen. Hij was ingenomen met de voorlopige evaluatie van het Comité voor de economische politiek en nam nota van het volgende:
- de wereldeconomie beleeft een periode van snelle en ingrijpende economische verandering, die gekenmerkt wordt door een aanzienlijke groei van de wereldhandel en de kapitaalstromen, en aangestuurd wordt door een toegenomen integratie in het mondiaal economisch systeem van opkomende markteconomieën met lage lonen, de liberalisering van handel en investeringen en technologische veranderingen. Verwacht wordt dat het aandeel in de wereldproductie van China en India de komende jaren zal toenemen, met grote gevolgen voor de geografische spreiding van de handel en investeringen van de EU;

- deze veranderingen brengen aanzienlijke kansen voor de Europese economieën met zich. Voor bedrijven komen er nieuwe kansen voor efficiëntievoordelen en productiviteitsgroei. Consumenten zullen een ruimere keuze aan goederen en diensten krijgen, met lagere prijzen en een hoger besteedbaar inkomen. Een flink deel van de stijging van de levensstandaard in de EU in de afgelopen vijf decennia, is toe te schrijven aan de groei van de buitenlandse handel. Ook de bezorgdheid van de Europese burgers moet ter harte worden genomen en er moet over de voordelen en de uitdagingen van de mondialisering duidelijk worden gecommuniceerd;
- de mondialisering schept grote uitdagingen en vergt zowel in krimp- als groeisectoren een snelle aanpassing van banen en activiteiten, teneinde mogelijke negatieve gevolgen voor bepaalde regio's en lidstaten, sectoren en groepen, met name laaggeschoolden, te beperken. Hoewel er verder geen duidelijk bewijs is dat de nationale openbare financiën zwaar onder druk zouden komen te staan door de hogere mobiliteit van kapitaal, bedrijven en arbeid, moet het overheidsgeld toch efficiënter worden gebruikt om groeiversterkende investeringen te ondersteunen en tegelijk de behoefte aan welzijnszorg te lenigen en de begrotingsproblematiek ingevolge de vergrijzing aan te pakken;
6.XII.2005
14763/05 (Presse 311) 7
NL

- met het juiste beleid moeten de kansen die de mondialisering biedt, opwegen tegen de problemen ervan. Er is geen plaats voor zelfvoldaanheid, ook al is er tot dusver weinig bewijs dat meer handel ingrijpende negatieve gevolgen heeft gehad voor de algehele werkgelegenheid of voor de loonperspectieven van de Europese werknemer, ook die van laaggeschoolden, omdat de gevolgen van de handel deels door andere factoren worden gecompenseerd. Europa zal evenwel alleen de vruchten van de mondialisering ten volle kunnen plukken en de risico's ervan kunnen minimaliseren, als het de arbeidsmarkt en de productmarkt verder hervormt en ervoor zorgt dat middelen snel voor alternatieven kunnen worden ingezet;
- de hervorming van de arbeidsmarkt is een prioriteit, zodat iedereen in de samenleving kansen krijgt en eerlijk wordt behandeld, met name gelet op het hoge gemiddelde niveau van de langdurige en structurele werkloosheid in de EU. In een mondiale economie met een toegenomen specialisatie en meer technische vooruitgang, zullen banen en beroepen aan verandering onderhevig zijn. Alle lidstaten moeten zich blijven inzetten om ervoor te zorgen dat werknemers toegerust zijn om snel op nieuwe economische activiteiten over te schakelen en dus ook bereid zijn met veranderingen mee te gaan;

- geen enkele eengemaakte arbeidsmarkt of sociaal model is geschikt voor alle omstandigheden. Om de uitdagingen van de mondialisering aan te gaan en de potentiële voordelen ervan te benutten, kunnen verschillende combinaties van beleidsvormen op het gebied van de arbeidsmarkt met succes worden aangewend. De ervaring leert echter dat structurele hervormingen die sporen met de Globale richtsnoeren voor het economisch beleid, de beste arbeidsmarktresultaten opleveren;

- om, als reactie op de veranderingen in de wereldeconomie, hoge en duurzame werkgelegenheidsniveaus te kunnen bereiken, moet de hervorming van de arbeidsmarkt gericht zijn op de bescherming van de werknemer en niet op de bescherming van banen. Zulks vergt een hervorming van de belasting- en uitkeringsstelsels om werken aantrekkelijker te maken; ook een verlaging van de indirecte loonkosten voor laaggeschoolde werknemers kan daartoe bijdragen; een actief arbeidsmarktbeleid dat effectief toegespitst is op het wegnemen van de hinderpalen voor de werkgelegenheid; investeren in onderwijs, hoger onderwijs en levenslang leren, om werknemers te helpen van baan te veranderen; een evenredige en goed ontworpen wetgeving inzake arbeidsbescherming, waarin flexibiliteit met werkzekerheid wordt gecombineerd; en loonflexibiliteit als antwoord op verschillen in productiviteit;
- ook op de productmarkten is hervorming nodig; die dient gericht te zijn op het scheppen van de randvoorwaarden die economische groei en investeringen in de hand werken en zal ervoor zorgen dat Europa een aantrekkelijke plaats blijft om er een mobiel bedrijf te vestigen. In dat verband zijn er dringend maatregelen nodig om de eengemaakte markt in de economisch belangrijke dienstensector te voltooien, waarbij de Europese sociale doelstellingen gehandhaafd blijven en de overheidssteun daadwerkelijk onder controle wordt gehouden. Er zijn ook permanente maatregelen nodig om het regelgevingsklimaat voor ondernemingen in Europa te verbeteren en bedrijfsinnovatie te bevorderen, onder meer door nationale onderwijs- en opleidingsstrategieën en betere investeringen in onderzoek; 6.XII.2005
14763/05 (Presse 311) 8
NL

- de multilaterale opheffing van externe belemmeringen voor handel en investering kan nieuwe marktkansen scheppen voor het Europees bedrijfsleven en kan in Europa voor een aanzienlijke toename van de groei en productiviteit zorgen. Daarvoor is een ambitieuze en evenwichtige multilaterale handelsovereenkomst nodig, die het niveau van de handelsverstorende subsidies ingrijpend verlaagt. Voorts moet ook de samenwerking op het gebied van regelgeving worden verbeterd en moet er een meer toekomstgerichte dialoog over de regelgeving inzake financiële markten komen om de bilaterale handels- en investeringsbetrekkingen tussen de EU en haar belangrijkste economische partners te versterken en te verdiepen; en
- een op groei en stabiliteit gericht macro-economisch beleid helpt bedrijven aan te trekken en privé-investeringen te stimuleren, het klimaat voor structurele aanpassingen te verbeteren en landen in een sterkere positie te plaatsen om zich op doeltreffende wijze aan de veranderingen in de wereldeconomie aan te passen.
De Raad was het erover eens dat de lidstaten en de EU moeten samenwerken bij de ontwikkeling en uitvoering van de hervormingen die nodig zijn om voor de Europese burgers de voordelen van de mondialisering zo groot mogelijk, en de risico's zo klein mogelijk te maken. Afgesproken werd in 2006 hierop terug te komen."
6.XII.2005
14763/05 (Presse 311) 9
NL

- Nationale hervormingsprogramma's in het kader van het proces van Lissabon De Raad nam de volgende conclusies aan:
"De Raad heeft de maatregelen voor werkgelegenheid en groei besproken die de lidstaten - in het kader van de nationale hervormingsprogramma's - en de Gemeenschap - in het kader van het communautaire programma van Lissabon - naar aanleiding van de geïntegreerde richtsnoeren voornemens zijn te nemen1. Hij heeft zijn goedkeuring gehecht aan de eerste economische evaluatie van de hervormingsprogramma's door het Comité voor de economische politiek. Daarbij heeft hij het volgende geconstateerd:

- de invoering van nationale hervormingsprogramma's versterkt het algehele beheer van de strategie van Lissabon. De nationale hervormingsprogramma's zijn opgesteld met de inbreng van een groot aantal betrokken partijen, zoals parlementen, lokale en regionale autoriteiten en sociale partners. Zij houden een verhoogde nationale verantwoordelijkheid en de uitvoering van hervormingen in;

- de nationale hervormingsprogramma's geven een positief beeld van de algemene vooruitzichten inzake hervorming. Er bestaan aanzienlijke synergieën tussen de belangrijkste uitdagingen waarvoor de lidstaten zich gesteld zien en de meerderheid van de hervormingsprogramma's, die prioriteit verlenen aan maatregelen om:

- de kwaliteit en de houdbaarheid van de overheidsfinanciën te verhogen. In vele lidstaten zullen door de vergrijzing van de bevolking de uitgaven voor pensioenen en gezondheidszorg naar verwachting een forse opwaartse druk ondergaan en de meeste lidstaten zijn verdere hervormingen van de pensioen- en gezondheidszorgregeling aan het uitvoeren of voorbereiden om de duurzaamheid van de overheidsfinanciën te verbeteren;
- de prestaties van de arbeidsmarkt te verbeteren. De lidstaten stellen belangrijke hervormingen voor om de flexibiliteit van de nationale arbeidsmarkten te vergroten, en de meerderheid ervan heeft streefcijfers voor de werkgelegenheid opgesteld die neerkomen op een totale arbeidsparticipatie die de EU-doelstelling van 70 % voor 2010 benadert;
- kennis en innovatie te bevorderen. De meeste lidstaten zijn voornemens de overheidsinvestering in onderzoek en ontwikkeling te verhogen en kondigen maatregelen aan om particuliere onderzoeksinvesteringen te stimuleren;

1 Aanbeveling van de Raad 2005/601/EG van 12 juli 2005 inzake de globale richtsnoeren voor het economisch beleid van de lidstaten en de Gemeenschap (2005-2008) en Beschikking van de Raad 2005/600/EG van 12 juli 2005 betreffende de richtsnoeren voor het werkgelegenheidsbeleid van de lidstaten.
6.XII.2005
14763/05 (Presse 311) 10
NL

- het algemene bedrijfs- en ondernemingsklimaat te verbeteren. Steeds meer lidstaten hebben hervormingen ter verbetering van het regelgevingskader voor bedrijven doorgevoerd, die de communautaire hervormingen aanvullen en versterken en die bijdragen tot een beter algemeen klimaat voor ondernemerschap en innovatie; en

- het onderwijs en de verwerving van vaardigheden te verbeteren. Een flexibele beroepsbevolking vereist onderwijs- en opleidingssystemen van hoge kwaliteit en vele lidstaten hebben op dit gebied aanvullende beleidshervormingen op stapel staan. De Raad is het erover eens dat de uitvoering van de nationale hervormingen in al hun aspecten de sleutel blijft voor het succes op lange termijn van de Europese economie. Hij wees erop dat de lidstaten samen de verantwoordelijkheid hebben de lat hoog te leggen bij het plannen en uitvoeren van verdere hervormingen en dat zij daarbij dienen voort te bouwen op de ervaring van anderen. Hij kwam conform de conclusies van de voorjaarsbijeenkomst van de Europese Raad in 2005 overeen dat de lidstaten, de Raad en de Commissie de uitvoering en het effect van de economische hervormingen nauwgezet moeten volgen en evalueren om te beoordelen of maatregelen en ambitie op de uitdaging berekend zijn. Zich baserend op het door het EPC opgestelde voorafgaand overzicht wees de Raad er in dit verband op dat de Commissie bij de opstelling van haar jaarlijkse voortgangsverslag onder meer aandacht zal besteden aan:
- de huidige bedreigingen voor de langetermijnhoudbaarheid van de overheidsfinanciën, gelet op de geringe vooruitgang die geboekt wordt op het stuk van een verhoging van de arbeidsparticipatie en verlaging van de schuldenlast;
- de mate waarin een verdere hervorming van de belasting- en uitkeringsstelsels en een verhoogde flexibiliteit van de arbeidsmarkten nodig zijn om de EU-werkgelegenheidsdoelstelling te halen;
- de aanzienlijke ruimte die er nog is voor een betere mededinging, met name in de dienstensector en door een onbelemmerde toegang tot de netwerkindustrieën, met een grotere efficiëntie en meer banen als resultaat;

- de blijvende aandacht die naar O&O moet gaan, in het bijzonder naar particuliere en innovatieve verwezenlijkingen, de doeltreffendheid van de bestedingen van de overheid ter bevordering van de particuliere onderzoeksinvesteringen en de mogelijkheden om de banden tussen wetenschap en bedrijfswereld nauwer aan te halen; en

- de voortgezette ontwikkeling van nationale strategieën voor een regelgevingshervorming, gelet op de belangrijke rol daarvan voor een beter ondernemingsklimaat in Europa. De Raad oordeelde tevens dat het Lissabonprogramma van de Gemeenschap een centraal onderdeel is van de partnerschapsbenadering die verankerd is in de nieuwe dynamiek van de strategie van Lissabon. Op het niveau van de communautaire maatregelen moet de prioriteit vooral gaan naar de instelling van een echte interne markt voor diensten, inclusief voor financiële diensten; de voltooiing van de Europese energiemarkt; minder, beter en eenvoudiger EU-regelgeving; een beter klimaat voor innovatie, onder meer op het gebied van de intellectuele-eigendomsrechten; en een ambitieus resultaat bij het multilaterale handelsoverleg. 6.XII.2005
14763/05 (Presse 311) 11
NL
De Raad verzoekt de Commissie in het kader van de geïntegreerde richtsnoeren om in januari 2006 in haar eerste voortgangsverslag over de strategie van Lissabon een voldragen evaluatie van de nationale hervormingsprogramma's, met inbegrip van specifieke landenevaluaties voor te leggen. De onderhavige conclusies van de Raad en het EPC-verslag vormen volgens hem een belangrijke bijdrage tot de werkzaamheden van de Commissie. De Raad zal het door de Commissie opgestelde rapport grondig bestuderen en hij verzoekt het EPC en het EFC om de Commissie bij te staan bij de voorbereiding van haar bijdrage voor de voorjaarsbijeenkomst van de Europese Raad in 2006. In het kader van het multilateraal toezicht ziet de Raad ernaar uit, de vorderingen conform de conclusies van de Europese Raad van maart 2005 te evalueren." 6.XII.2005
14763/05 (Presse 311) 12
NL
REGELGEVINGSHERVORMING
De Raad besprak de toekomstige werkzaamheden voor regelgevingshervorming op basis van de discussienota "Advancing better regulation in Europe" die is opgesteld door het huidige Britse voorzitterschap en de toekomstige Oostenrijkse en Finse voorzitterschappen. (15140/05) Het initiatief strekt tot verbetering van het regelgevingskader in Europa, teneinde de lidstaten productiviteitsvoordelen aan te reiken en de groei en werkgelegenheid te bevorderen. In de discussienota wordt voorgesteld om op de volgende gebieden verder te werken:
* Effectbeoordelingen;

* Vereenvoudiging en toetsing van de wetgeving;
* Aanpak van de administratieve lasten voor de ondernemingen;
* Op risico's gebaseerde handhavingsaanpak;

* Raadpleging van de belanghebbenden;

* Alternatieven voor regelgeving;

* Internationale samenwerking op regelgevingsgebied. 6.XII.2005
14763/05 (Presse 311) 13
NL
BELASTINGEN

- Verlaagde BTW-tarieven
Op basis van een compromisvoorstel van het voorzitterschap wisselde de Raad van gedachten over een voorstel voor een richtlijn tot wijziging van de EU-voorschriften inzake verlaagde BTWtarieven die de lidstaten toepassen. Hij kwam overeen het dossier door te verwijzen naar de Europese Raad op 15 en 16 december, met het oog op een akkoord. Volgens de huidige voorschriften zijn voor een beperkte lijst van goederen en diensten verlaagde BTW-tarieven mogelijk, alsook - tot 31 december 2005 - tijdelijk verlaagde tarieven voor bepaalde arbeidsintensieve diensten (kleine hersteldiensten, renovatie van particuliere woningen, glazenwassen en schoonmaken van particuliere woningen, thuiszorg en kappersdiensten). Voor de nieuwe lidstaten zijn bij hun respectieve akten van toetreding andere afwijkingen van beperkte duur, meestal tot eind 2007, ingevoerd.

- Gedragscode inzake de belastingregeling voor ondernemingen De Raad luisterde naar een verslag van de voorzitter van de Groep gedragscode. Na een bespreking trok de voorzitter van de Raad de volgende conclusies: "De voorzitter van de Groep gedragscode heeft haar verslag gepresenteerd. De groep heeft de afgelopen acht jaar belangrijk werk verricht in het kader van de toezegging om schadelijke belastingconcurrentie weg te werken. De groep is zich reeds aan het beraden hoe voortgang moet worden gemaakt met deze werkzaamheden en deze toezegging. De groep doet er goed aan om bij de behandeling van de toekomst van de gedragscode rekening te houden met de bespreking in deze Raadszitting. Het onderwerp wordt opnieuw naar de Groep gedragscode verwezen." 6.XII.2005
14763/05 (Presse 311) 14
NL
HET BELEID OP HET GEBIED VAN FINANCIËLE DIENSTEN VOOR DE PERIODE

2005-2010
De Raad nam nota van de presentatie door de Commissie van een witboek over het EU-beleid op het gebied van financiële diensten voor de periode 2005-2010, na de afronding van het actieplan van de Commissie, en verzocht het Comité financiële diensten om het document te bespreken. Het witboek is gebaseerd op de resultaten van een openbare raadpleging die de Commissie aan de hand van het in mei door haar aangenomen groenboek heeft georganiseerd. 6.XII.2005
14763/05 (Presse 311) 15
NL
EU-ACTIEPLAN TER BESTRIJDING VAN TERRORISME

- Bij geldoverdrachten te voegen informatie
De Raad bereikte, in afwachting van het advies van het Europees Parlement in eerste lezing, een algemene oriëntatie over een ontwerp-verordening betreffende bij geldoverdrachten te voegen informatie over de betaler. (14987/05)
De ontwerp-verordening heeft tot doel om ter voorkoming van terrorismefinanciering, de traceerbaarheid van betalingen en afwikkelingen te garanderen door aan betalers identificatievoorschriften en aan betalingsdienstaanbieders verificatie-eisen op te leggen. Zij is bedoeld ter aanvulling van een onlangs aangenomen richtlijn inzake het witwassen van geld, en geeft uitvoering aan aanbevelingen van de Task Force financiële maatregelen van de EU in aansluiting op de terreuraanslagen van 11 september 2001 in de Verenigde Staten.
- Uitvoering van het actieplan
De Raad nam nota van de stand van de besprekingen in andere Raadsformaties over de uitvoering van het EU-actieplan inzake terrorismebestrijding en van de strategie ter voorkoming van terrorismefinanciering. Een vernieuwde strategie inzake terrorismebestrijding zal worden voorgelegd aan de Europese Raad tijdens zijn bijeenkomst op 15 en 16 december. (14988/05) In een verklaring die is aangenomen na de terreuraanslagen van 7 juli in Londen, heeft de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken toegezegd vóór het eind van het jaar de vorderingen te evalueren die zijn gemaakt met de strategie tegen het terrorisme, onder meer met betrekking tot de uitvoering op nationaal niveau van EU-maatregelen.
6.XII.2005
14763/05 (Presse 311) 16
NL
AARDOLIEMARKT EN DAARMEE VERBAND HOUDENDE ENERGIEVRAAGSTUKKEN

De Raad besprak maatregelen die zijn genomen als vervolg op een tijdens de informele bijeenkomst van ministers van 9 en 10 september in Manchester afgelegde verklaring inzake olieprijzen, en kreeg informatie over een recent bezoek aan Saudi-Arabië door de voorzitter van de Raad en de Franse minister van Financiën, alsmede over de besprekingen betreffende energiegerelateerde vraagstukken tijdens de G7 van de ministers van Financiën van 2 en 3 december in Londen. De bespreking ging voornamelijk over prijsvooruitzichten op middellange en lange termijn, over passende beleidsmaatregelen met betrekking tot het aanbod (dialoog met olieproducerende landen, investeringen) en de vraag (energie-efficiëntie, de afhankelijkheid van aardolie terugdringen), alsmede over de werking en transparantie van de oliemarkten.
* *

*
Tijdens de lunch werden de ministers ingelicht over:
* het recente bezoek aan het Midden-Oosten van de voorzitter van de Raad, de heer Gordon Brown, en de Commissaris voor Externe Betrekkingen, mevrouw Benita Ferrero- Waldner, om te spreken over de EU-steun aan de economische ontwikkeling van de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook;

* de werkzaamheden aangaande de schuldenverlichting voor de ontwikkelingslanden;
* de bijeenkomst van de G7-ministers van Financiën in Londen op 2 en 3 december;
* de bijeenkomst van de Eurogroep op 5 december. De ministers steunden de verlenging van de ambtstermijn van de heer Philippe Maystadt als president van de Europese Investeringsbank.
6.XII.2005
14763/05 (Presse 311) 17
NL
ANDERE GOEDGEKEURDE PUNTEN
EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE

EER-overeenkomsten - EU-uitbreiding
De Raad nam een besluit aan betreffende de sluiting van een overeenkomst inzake deelname van de tien nieuwe EU-lidstaten aan de Europese Economische Ruimte, en vier daarmee verband houdende overeenkomsten (pakket uitbreidingsovereenkomst EER) (11902/1/03). Het pakket uitbreidingsovereenkomst EER wordt met terugwerkende kracht toegepast vanaf
1 mei 2004. (http://secretariat.efta.int/Web/EuropeanEconomicArea/eeaenlargement) ENERGIE
Verdrag tot oprichting van de Energiegemeenschap - Zuidoost-Europa De Raad kwam overeen het Europees Parlement een verzoek toe te zenden om in te stemmen met een ontwerp-besluit inzake de sluiting door de EU van het Verdrag tot oprichting van de Energiegemeenschap (13886/05).
Doel van dit verdrag is in Zuidoost-Europa een geïntegreerde aardgas- en elektriciteitsmarkt tussen de EU en de landen van de regio tot stand te brengen.

P E R S
We t s t r a a t 1 7 5 B - 1 0 4 8 B R U S S E L T e l . : + 3 2 ( 0 ) 2 2 8 5 6 0 8 3 / 6 3 1 9 F a x : + 3 2 ( 0 ) 2 2 8 5 8 0 2 6 press.office@consilium.eu.int http://ue.eu.int/Newsroom