| |Nr. |2005-755 | | |Arnhem|6 december 2005| | |, | |TRECHTERNOTITIE N 303 OMLEIDING VOORTHUIZEN VOORLOPIG VASTGESTELD Waardering van Commissie voor de m.e.r., duidelijkheid over de verder te onderzoeken alternatieven
Het college van Gedeputeerde Staten hebben de Trechternotitie N 303 Omleiding Voorthuizen en ontsluiting Harselaar-Zuid voorlopig vastgesteld en voor overleg aan de Commissie Verkeer en Water aangeboden. Met deze Trechternotitie is de eerste fase van het MER-onderzoek afgerond. De Commissie voor de m.e.r. heeft een positief tussentijds toetsingsadvies uitgebracht over de Trechternotitie. De commissie spreekt haar waardering uit voor de zorgvuldige wijze waarop de selectie heeft plaatsgevonden. Uit de inspraak op de startnotitie MER was een groot aantal mogelijke alternatieven gekomen. Het onderzoeken van alle scenario's en alternatieven leidt tot een onoverzichtelijk en complex MER. Daarom heeft het college besloten op advies van de Commissie voor de m.e.r. eerst een trechtering van de kansrijke alternatieven te maken. In de Trechternotitie is de selectie gemaakt van drie kansrijke alternatieven voor de omleiding Voorthuizen en de ontsluiting Harselaar. Dat is het Midden-, het Midden-Oost- en het Oost-alternatief. De drie geselecteerde alternatieven zullen in het uiteindelijke MER zijn onderzocht. Bij vaststelling van de Trechternotitie door Provinciale Staten van Gelderland en gemeenteraad van Barneveld komt het MER een stap dichterbij. Naar verwachting zijn het concept-MER en de tracékeuzenotitie eind 2006 gereed.
Deze Trechternotitie is de eerste fase van het maken van een Milieu-effectrapport (MER). In het MER worden de milieugevolgen van een mogelijke omleiding in kaart gebracht zodat die meegenomen kunnen worden bij de verdere besluitvorming over deze rondweg. Drie alternatieven voor de nieuw aan te leggen rondweg Voorthuizen zullen verder in het MER worden onderzocht. Deze drie alternatieven voldoen alle aan het behalen van de doelstellingen van vooral afname van verkeer in Voorthuizen, leiden niet tot ernstige milieueffecten en zijn vanuit het kostenaspect als realistisch te beschouwen. De volgende alternatieven zijn afgevallen en worden dus niet in het MER nader onderzocht:
- alternatief West
- alternatief West* (voorstel Bosch Beton)
- combinatiealternatief Werkgroep Harselaar
- combinatiealternatief Van de Brink
Voor alternatief West en beide combinatiealternatieven zijn de zeer hoge kosten doorslaggevend geweest. Bij alternatief West* (Bosch Beton) is met name het niet kunnen voldoen aan de doelstelling van afname van verkeer in Voorthuizen de doorslaggevende factor geweest. Alternatief West* leidt tot onvoldoende afname van de verkeersintensiteit in Voorthuizen om tot een wezenlijke verbetering van het woon- en leefmilieu te leiden.