Algemene Rekenkamer

Algemene Rekenkamer

- 7 december 2005 -

Fysieke beveiliging en screening personeel functioneren naar behoren

Beveiliging militaire objecten verbeterd

Uit het vervolgonderzoek Beveiliging militaire objecten dat de Algemene Rekenkamer vandaag publiceert, blijkt dat binnen de defensieorganisatie veel werk is verzet om de beveiliging te verbeteren. De fysieke beveiliging van de 18 militaire objecten die de Algemene Rekenkamer heeft onderzocht, functioneert naar behoren. Ook de problemen bij de screening van personeel zijn verholpen. In 2003 constateerde de Algemene Rekenkamer dat de beveiliging bij Defensie lacunes vertoonde.

Het onderzoek richt zich op de fysieke beveiliging van militaire objecten en op de screening van eigen en ingehuurd personeel. Fysieke beveiliging heeft onder andere betrekking op de wacht voor de poort, het slot op de deur en het elektronische alarm. De Algemene Rekenkamer heeft bij 18 objecten praktijktests uitgevoerd. Een militair object is bijvoorbeeld een vliegveld, een kazerne of een onderzeeboot. De locaties en namen van de objecten waar het onderzoek is uitgevoerd, worden om veiligheidsredenen niet openbaar gemaakt. Personele beveiliging is de screening van intern en extern personeel dat met vertrouwelijke informatie in aanraking komt.

Aanleiding voor dit vervolgonderzoek was het onderzoek naar de beveiliging van militaire objecten dat de Algemene Rekenkamer op 4 februari 2004 publiceerde. Destijds bleek dat de opzet van de gekozen systematiek van beveiliging in het algemeen goed was, maar dat de uitvoering in de praktijk daarbij risicovol achterbleef. Zo was een aantal objecten te gemakkelijk toegankelijk en kon personeel dat niet gescreend was kennisnemen van vertrouwelijke informatie.

Fysieke beveiliging op orde
Op het gebied van de fysieke beveiliging van militaire objecten heeft het Ministerie van Defensie een grote inspanning geleverd. In 2003 voldeden zes van de 19 onderzochte objecten niet aan de minimale eisen die Defensie zelf aan de fysieke beveiliging stelt. Nu concludeert de Algemene Rekenkamer dat de beveiliging van alle 18 onderzochte objecten, waaronder de zes eerder onderzochte, naar behoren functioneert. In één geval is een afwijking geconstateerd. Deze afwijking is nog tijdens het onderzoek hersteld. Ook recente beveiligingsincidenten zijn adequaat opgepakt en er zijn maatregelen getroffen om herhaling van deze incidenten te voorkomen.

Vrijwel alle onderzochte objecten hebben nu een beveiligingsplan. In tegenstelling tot het vorige onderzoek zijn nu overal veiligheidsfunctionarissen aangewezen. Ook is er de afgelopen periode duidelijk meer aandacht geschonken aan het beveiligingsbewustzijn.

Problemen screening personeel opgelost
De problemen bij de screening van intern personeel zijn door een grote inhaalslag opgelost. Voor de registratie van vertrouwensfuncties gebruiken de Defensieonderdelen eigen systemen in plaats van één defensiebreed systeem. De Algemene Rekenkamer beveelt daarom aan om het personeelsregistratiesysteem dat nu defensiebreed in gebruik is, hiervoor geschikt te maken.

De regel dat extern personeel (dat bijvoorbeeld werkzaamheden aan objecten verricht) gescreend moet worden, wordt beter toegepast. De Algemene Rekenkamer denkt wel dat dit een punt van aandacht moet blijven.

Toezicht op de beveiliging verbeterd
In 2004 constateerde de Algemene Rekenkamer dat het toezicht op de beveiliging verbeterd kon worden. Intussen heeft de Beveiligingsautoriteit een stevige positie in de organisatie van het ministerie van Defensie gekregen. Deze positie maakt het mogelijk dat de Beveiligingsautoriteit het beveiligingsbeleid defensiebreed uniformeert. Ook het toezicht op de uitvoering van het beveiligingsbeleid zal naar verwachting sterk verbeteren door de inwerkingtreding van het Kwaliteitsplan beveiliging defensie 2005-2007 in oktober 2005.

Reactie minister van Defensie en nawoord Algemene Rekenkamer De formatie en de personeelsbezetting van de organisatieonderdelen die belast zijn met inlichtingen, veiligheid en de daadwerkelijke beveiliging blijken krap te zijn. Daarom beveelt de Algemene Rekenkamer de minister van Defensie aan deze nader te bezien. In een reactie op het rapport deelt de minister van Defensie mee dat hij al enkele maatregelen heeft genomen om de formatie en de personele bezetting van de organisatieonderdelen die zijn belast met de beveiliging te versterken. De Algemene Rekenkamer heeft met instemming kennisgenomen van de reactie van de minister. Zij ziet de maatregelen die de minister heeft genomen als een positieve ontwikkeling, die ze met belangstelling zal blijven volgen.