College ter Beoordeling van Geneesmiddelen

Nieuws en publicaties

---

Actueel

7 December 2005

Bijsluiter van lansoprazol bevattende generica niet volledig

Het bestaan van gebruiksoctrooien kan tot gevolg hebben dat voor generieke versies van een geneesmiddel minder indicaties in de productinformatie en de patiëntenbijsluiter gevoerd mogen worden dan voor het origineel. Hierdoor kan het gebeuren dat patiënten onvolledig en onvoldoende worden geïnformeerd over de toepassing van een generiek geneesmiddel.

Dit is het geval bij 15/30 mg lansoprazol bevattende generieken. Het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) is ongelukkig met deze gang van zaken, maar ziet geen mogelijkheid om anders te handelen. Het CBG informeert de beroepsgroepen hierover door onder andere een lijst te publiceren van lansoprazol bevattende generica waar de betreffende indicatie en het doseringsadvies daarbij ontbreekt.

Het CBG is onlangs geïnformeerd over het bestaan van een Europees octrooi voor gebruik van benzimidazol derivaten bij de bereiding van geneesmiddelen voor de behandeling van Helicobacyter pylori infecties. Dit octrooi is van toepassing op het product Prezal 15/30 mg met de werkzame stof lansoprazol. De eigenaar van het octrooi is Takeda PCL. Aventis Pharma BV is in Nederland de licentiehouder van dit octrooi. Aventis Pharma BV heeft het CBG bericht vast te houden aan dit octrooi.

De consequentie van het octrooi is dat voor 15/30 mg lansoprazol bevattende generieken alle aanwijzingen in de tekst voor de indicatie en dosering bij infecties met Helicobacyter pylori zoals opgenomen in de Prezal tekst, dienen te worden verwijderd. Dit geldt zowel voor de officiële productinformatie (SPC) als voor de patiëntenbijsluiter. In plaats daarvan moet in de bijsluiter een disclaimer worden opgenomen met de volgende tekst: " bevat als werkzaam bestanddeel lansoprazol, dat ook is goedgekeurd voor andere aandoeningen die niet in deze bijsluiter staan vermeld. Vraag uw arts of apotheker als u nadere vragen heeft". De SPC's en bijsluiters van de betreffende producten zijn te vinden in de geneesmiddeleninformatiebank op de website van het CBG.

Op grond van de octrooiwetgeving dient het CBG bij de beoordeling van aanvragen voor generieke geneesmiddelen rekening te houden met zogenaamde gebruiksoctrooien. Deze octrooien beschermen niet een geneesmiddel als zodanig zoals een productoctrooi doet, maar beschermen een bepaalde specifieke toepassing van een geneesmiddel. De gebruiksoctrooien gelden vaak nog lang nadat het productoctrooi is verlopen en er dus generieke versies van het geneesmiddel in de handel kunnen komen. Het gevolg van een gebruiksoctrooi is dat voor generieke versies van een geneesmiddel minder indicaties in de productinformatie en de patiëntenbijsluiter gevoerd mogen worden dan voor het origineel. Omdat in Nederland geneesmiddelen vaak worden voorgeschreven op stofnaam of door de apotheker generieke geneesmiddelen worden afgeleverd in plaats van de originele, kan het zijn dat de bijsluiter van het afgeleverde geneesmiddel niet alle informatie over het gebruik van het geneesmiddel bevat. Het CBG eist in dergelijke gevallen daarom dat bovengenoemde waarschuwing in de tekst van de bijsluiter wordt opgenomen.