Gemeente Bolsward


woensdag 7 december 2005

Feestversiering en brandveiligheid

Feestversiering en brandveiligheid Het kan en moet veilig: extra versiering in uw bedrijf tijdens bijzondere acties en feestdagen Versiering maakt feestelijk, maar het kan een extra risico inhouden als u brandbare materialen gebruikt. Het spreekt vanzelf dat u als ondernemer op de eerste plaats verantwoordelijk bent voor de veiligheid van uw gasten. U moet dan ook de nodige maatregelen treffen om die veiligheid te waarborgen. Om u daarbij te helpen beschrijft de brandweer hier een manier om versiering veilig toe te passen. Het gaat daarnaast ook om vluchtroutes, blusmiddelen, verlichting, en het gebruik van open vuur. Een calamiteit is helaas nooit helemaal te voorkomen, maar vooraf kunt u wel zorgen dat een brand niet uit de hand loopt. Om de veiligheid van uw gasten tijdens bijzondere acties en feestdagen zoveel mogelijk te waarborgen moeten in uw pand een aantal brandpreventieve voorzieningen aanwezig zijn. Denk aan voldoende vluchtroutes, goed begaanbare nooduitgangen, noodverlichting en vluchtwegaanduiding. Deze hebben tot doel, wanneer zich een incident voordoet, de aanwezige personen snel en kalm naar een veilige plaats te leiden. Als er teveel mensen binnen zijn, als de vluchtmogelijkheden niet goed bruikbaar zijn of als een brand heel snel om zich heen grijpt, kan het zijn dat mensen niet op tijd kunnen vluchten. Het is zaak dat u tijdig vóór een bijzonder evenement nog eens aandacht besteedt aan het aantal mensen dat u wilt toelaten en aan de mogelijkheden om uit het gebouw te vluchten. Ook de versiering is belangrijk: niet alleen voor een goede sfeer maar ook omdat de soort versiering bepaalt of een brand snel om zich heen zal grijpen. Ga in ieder geval na hoeveel personen u maximaal toe wil en mag laten. Zorg dat ook uw personeel op de hoogte is van de bij uw bedrijf geldende afspraken over brandveiligheid. De belangrijkste voorschriften voor versiering staan in dit document voor u op een rijtje en verwijzen naar de regelgeving waaruit ze afkomstig zijn. Niet alleen voor de kerst Wij willen voor de duidelijk benadrukken dat onderstaande regels en voorschriften altijd voor uw bedrijf van toepassing zijn. Dus niet alleen bij feestelijke gelegenheden of alleen wanneer er in uw bedrijf extra feestversiering wordt toegepast. Daarnaast gaat deze tekst slechts over enkele aspecten van brandveiligheid. Voor andere aspecten van brandveiligheid (zoals bijvoorbeeld het aantal brandblussers en het aantal toe te laten personen) verwijzen we u naar de brandweer. Grondslag De voorschriften in deze richtlijn zijn afgeleid van de voorwaarden in de Gemeentelijke Bouwverordening. Deze is vastgesteld door de gemeenteraad. De voorschriften vallen uiteen in 2 categorieën: voorschriften die rechtstreeks zijn ontleend aan de bouwverordening en praktische uitwerkingen daarvan. 1. Voorschriften rechtstreeks ontleend aan de bouwverordening of de gebruiksvergunning (met inbegrip van de bijlagen): Deze teksten zijn herkenbaar aan een rechtstreekse verwijzing naar de tekst van de verordening. U mag in beginsel niet van deze voorschriften afwijken. Deze voorschriften zijn echter niet altijd rechtstreeks bruikbaar, omdat · De verordening verwijst naar normen die niet altijd geschikt zijn voor alle versieringsmaterialen · De toepassing van versieringen in grote hoeveelheden (zoals tijdens evenementen of de feestdagen) niet altijd overeenkomen met de toepassing zoals in de normen is bedoeld. 2. Praktische uitwerkingen van deze voorschriften: deze worden vaak aan gebruiksvergunningen voor publieksfuncties en horecafuncties verbonden. In de hier volgende tekst zijn deze voorschriften te herkennen aan de tekst: Afgeleid van de gemeentelijke bouwverordening. · Heeft u inderdaad een vergunning waarin deze voorschriften zijn opgenomen, dan gelden deze onverkort. · Heeft u (nog) geen vergunning of zijn deze voorwaarden daarin niet opgenomen, dan kunt u deze voorschriften zien als een uitwerking van de voorschriften in bijlage 3 en 4 van de bouwverordening. Met andere woorden: als u voldoet aan deze afgeleide voorschriften, dan voldoet u ook aan de rechtstreekse voorschriften. Er zijn wellicht ook andere manieren om een gelijkwaardig niveau van veiligheid te bereiken dan in deze tekst is beschreven. Als u ervoor kiest om van deze tekst af te wijken, moet u als gebruiker bewijzen dat de veiligheid gelijkwaardig is met het niveau dat de Bouwverordening eist. Treft de gemeente een dergelijke situatie bij u aan en kunt u de gelijkwaardigheid (nog) niet aantonen, dan zal de toezichthouder van u verlangen dat u de situatie wijzigt totdat de gelijkwaardigheid is aangetoond. Vluchtroutes (afgeleid van Bijlage 4, gemeentelijke bouwverordening) a. De nooduitgangen dienen altijd over de gehele breedte vrij te blijven en voor direct gebruik gereed te zijn. b. De nooduitgangen moeten altijd in de vluchtrichting draaien en zijn voorzien van de vereiste panieksluitingen. De nooduitgangdeuren mogen dus niet op slot zijn. c. In gangen en trappenhuizen die leiden naar een nooduitgang mag u geen losse goederen opslaan en geen horizontale of verticale textiel als versiering gebruiken d. Indien de nooduitgang uitkomt op een binnenplaats of buitengang moet vanaf die plaats de openbare weg bereikbaar zijn. U moet ervoor zorgen dat het publiek zich kan oriënteren door middel van verlichting en dat deze buitenvluchtweg vrij van obstakels is. e. Gordijnen voor deuropeningen dienen op de deuren te zijn aangebracht, zodat zij met de deuren meedraaien en het openen van de deuren niet verhinderen. f. Voor de bepaling van het aantal toe te laten personen in een ruimte of in een gebouw verwijzen wij naar de brochure Vluchten bij Brand van het ministerie van VROM i.s.m. de NVBR. De gemeente kan hierover nog beleid hebben gemaakt: vraag dus bij de gemeente naar het aantal toe te laten personen of raadpleeg de reeds verleende gebruiksvergunning. (http://www.vrom.nl/pagina.html?id=2706&sp=2&dn=4148) Blusmiddelen (Bijlage 4, gemeentelijke bouwverordening) a. De brandslanghaspels en draagbare blustoestellen dienen altijd direct bereikbaar en voor direct gebruik gereed te staan. b. De aanwezige brandblusmiddelen dienen 1 x per jaar op de goede werking te worden gecontroleerd. Als bewijs hiervan dient een keuringsbewijs aanwezig te zijn. Nood- en transparantverlichting (bijlage 4, gemeentelijke bouwverordening) a. Versieringen mogen nooit het zicht op de aanwezige transparantverlichting belemmeren of de werking (lichtsterkte) van de noodverlichting verminderen. b. De transparantverlichting moet branden gedurende de tijd dat publiek aanwezig is. Aanwezigheid van deskundig en verantwoordelijk personeel (Afgeleid van de gemeentelijke Bouwverordening) a. Gedurende de tijd dat personen in het bouwwerk aanwezig zijn, moet een voor de naleving van de eisen verantwoordelijk persoon aanwezig zijn. b. Er moet doorlopend op worden toegezien dat , indien van toepassing: a. Vluchtroutes, of aanduidingen daarvan, goed zichtbaar zijn; b. Vluchtroutes goed bereikbaar zijn; c. Blusmiddelen goed bereikbaar zijn; d. Het sluiten van rook- en brandwerende deuren niet wordt belemmerd en dat deze voortdurend gesloten zijn; e. Elektrische snoeren, stekkers en toestellen in goede staat verkeren; f. Geen brandgevaarlijke situaties ontstaan door onveilig gebruik van vuur, gas en/of elektriciteit; g. Geen brandgevaarlijke situaties ontstaan als gevolg van de toegepaste (kerst)versieringen; h. Meldpunten t.b.v. de ontruimingsalarminstallatie goed bereikbaar zijn; c. Het personeel dient geïnstrueerd te zijn hoe te handelen bij brand. Open vuur a. Het gebruik van open haarden is toegestaan. Let wel op de volgende voorwaarden: - Binnen 60 cm van de haard mag u geen brandbare goederen neerzetten - Plaats een afscheiding zodat mensen zich niet binnen 60 cm van de haard ophouden en er omheen moeten lopen; - de open haard moet zijn voorzien van een doelmatig vonkenscherm. b. Verplaatsbare kooktoestellen zoals b.v. gourmetstellen, fonduestellen en steengrillen mogen niet worden verwarmd door brandbare vloeistoffen zoals spiritus of brandbare gassen. Het gebruik van alternatieve brandstoffen zoals b.v. pastas of gelachtige materialen is toegestaan. c. Maak binnenshuis geen gebruik van binnenvuurwerk, dus geen spuiters, sterretjes en dergelijke. d. Vermijd zoveel mogelijk het flamberen van gerechten. Indien u dit toch doet zorg er dan voor dat er tenminste 2 meter afstand is tussen de vlam en omringende brandbare materialen. Zorg er tevens voor dat er een extra personeelslid in de directe nabijheid is met een brandblusser. e. Het gebruik van kaarsen is toegestaan indien wordt voldaan aan de volgende voorwaarden: - Zet de kaarsen in een stevige houder op een vlakke ondergrond. - De vorm van de houder moet zodanig zijn, dat de kans op omstoten of omvallen tot het uiterst is beperkt. - Gebruik geen kaarsenhouders die zijn gemaakt van plastic of andere gemakkelijk brandbare materialen. - Plaats kaarsen tenminste 50 cm uit de buurt van brandbare materialen.
- Steek kaarsen in brandbare kerststukjes niet aan. Plaats en aard van versieringen (bijlage 4, gemeentelijke bouwverordening) a. Stoffering en versiering moeten minimaal 50 centimeter vrijgehouden worden van spots en andere warm wordende apparatuur, waarvan de oppervlaktetemperatuur meer dan 80 graden Celsius bedraagt. b. Vloer- en trapbedekkingen in verkeersruimten (dat zijn gangen en trappenhuizen), in vluchtroutes en in ruimten waarin meer dan 50 personen gelijktijdig kunnen verblijven, moeten zodanig zijn aangebracht dat zij niet kunnen verschuiven, omkrullen of oprollen en mogen in geen enkel opzicht gevaar voor uitglijden, struikelen of vallen kunnen veroorzaken. c. Plafondversiering moet zó zijn aangebracht, dat zij buiten bereik van het publiek hangt. Dit bereikt u door de versiering op tenminste 2.50 m hoogte aan te brengen. d. De toegepaste bekledingsmaterialen moeten voldoen aan: NEN 1775, uitgave 1991, klasse T1, ten behoeve van vloeren en trappen; NEN 6065, uitgave 1991, klasse 2 ten aanzien van overige stoffering en versiering; NEN 6066, uitgave 1991, optische rookdichtheid