Ingezonden persbericht


PERSBERICHT

Rechtbank dwingt Defensie andermaal op de knieën

WOERDEN, 8 december 2005 - Voor de tweede maal op rij is het Bureau Eerlijke Mededinging (BEM!) door de rechtbank Alkmaar in het gelijk gesteld. Onderwerp van geschil is de Marineclub in Den Helder, een restaurant en partycentrum voor de elite van het Defensiepersoneel. De club is gelegen op een afgesloten defensieterrein en bedrijft oneerlijke concurrentie met de reguliere horeca. De gemeente Den Helder weigert handhavende maatregelen te treffen.

In de eerste uitspraak van dit jaar kwam de rechtbank tot het voorlopige oordeel dat de gemeente Den Helder bevoegd was om handhavende maatregelen te treffen. Den Helder weigerde dit bij herhaling waartegen beroep bij de rechtbank is ingesteld. Met succes, want de rechtbank kwam wederom tot het oordeel dat Defensie het te bont maakt met haar horecabedrijf en dat de gemeente maatregelen moet treffen.

"Een officier mag gebruik maken van het restaurant of partycentrum tegen een vooroorlogse prijsstelling", aldus projectleider Arjan Hogervorst van het bureau. "Ook de partners van die officieren kunnen tientallen gasten uitnodigen die daar niets te zoeken hebben. In beide gevallen wordt de reguliere horeca valselijk beconcurreerd."

De landsadvocaat die Defensie verdedigt is van mening dat de goedkope horecafaciliteiten voor de officieren van Defensie een secundaire arbeidsvoorwaarde is. "De een krijgt een auto of een telefoon van de zaak en de marineofficieren en partners beschikken over de Marineclub", aldus de landsadvocaat.

De rechter oordeelde dat het te ver gaat dat de partners van de officieren zelfstandig gasten kunnen uitnodigen voor de club. De rechter had géén bezwaren tegen de officieren die gasten kunnen uitnodigen. Hogervorst: "Wij hebben niets tegen een kantine voor het marinepersoneel maar het uitnodigen van derden is in strijd met de wet. Dat geldt zowel voor de officieren als voor de partners. Wij vinden deze uitspraak van de rechtbank niet ver genoeg gaan en gaan in hoger beroep."


---

Noot voor de redactie -