KNMG
Belangrijke rol COBG bij zorgvraag en complexer zorgproces
Op 28 november heeft de Stuurgroep MOBG (Modernisering van opleidingen en beroepen in de gezondheidszorg) aan minister Hoogervorst van VWS geadviseerd over het ontwerp van een College voor Beroepen en Opleidingen in de Gezondheidszorg (CBOG). Volgens de stuurgroep is het huidige stelsel van beroepen en opleidingen sterk versnipperd met een onduidelijke verantwoordelijkheidsverdeling en weinig flexibiliteit. Om ontwikkelingen in de zorg goed te kunnen volgen, moet de beroepenstructuur met de bijbehorende opleidingen worden gemoderniseerd. Er moet samenhang en flexibiliteit komen in een transparante organisatievorm. Vanuit dit gezichtspunt is het CBOG ontworpen. De KNMG heeft in een brief aan de minister op 2 december jl. een reactie gegeven op het advies van de MOBG. Hieronder vindt u een korte weergave van de brief.
Standpunt federatie KNMG
In 2002 heeft de KNMG, in samenwerking met andere artsenorganisaties en koepels, het project "De arts van straks" uitgevoerd. Doel was een nieuwe structuur en inhoud van de medische en aanpalende vervolgopleidingen te ontwerpen, die beter is afgestemd op de zorgbehoeften van vandaag en morgen, en effectiever is dan de huidige structuur. Om de hoge kwaliteit van de medische beroepsuitoefening in Nederland te waarborgen, vindt de KNMG het vanzelfsprekend dat de medische beroepsgroep verantwoordelijk is voor de inhoud en kwaliteit van de medische vervolgopleidingen. Vanuit die verantwoordelijkheid wil de KNMG ook participeren in de aansturing van die opleidingen
De beroepen en opleidingen in de gezondheidszorg omvatten het gehele domein van openbare gezondheidszorg, intra- en extramurale gezondheidszorg, GGZ en care. Dit betekent, volgens de KNMG, dat er in de samenstelling en aansturing van het CBOG recht moet worden gedaan aan álle sectoren en beslissers in het gehele domein van de gezondheidszorg. Ook moet op bestuurlijk niveau in het CBOG rekening worden gehouden met de aanzienlijke verschillen in omvang en importantie tussen de diverse beroepsgroepen.
Gezien het enorme publieke belang van de doelstellingen en taken en het feit dat het CBOG bestuurlijke taken van de minister overneemt, ziet de KNMG het toekomstige CBOG nadrukkelijk als een publiekrechtelijk orgaan. De KNMG is van mening dat het CBOG op hoofdlijnen en op afstand besturen. De KNMG heeft gepleit voor een bestuur dat zal bestaan uit een beperkt aantal leden zonder last en ruggespraak, benoemd door de minister op voordracht van organisaties van professionals, instellingen uit cure en care en zorgverzekeraars.
Centrale coördinatie door het CBOG betekent in de visie van de KNMG niet dat het CBOG zelf alle taken vervult om zijn doelen te bereiken. De KNMG onderschrijft het uitgangspunt dat het CBOG een accommoderende organisatie is die de lijnen neerzet voor de gewenste ontwikkelingen en activiteiten, deze coördineert en afstemt maar niet zelf uitvoert. Hierbij past dat de KNMG-colleges en -registratiecommissies zelfstandige organen blijven die alleen functioneel binnen het CBOG raamwerk vallen.
Kijk hier voor de brief die de KNMG naar de minister heeft gestuurd.
Het rapport van de MOBG over de oprichting van het CBOG kunt u vinden op www.mobg.nl
Laatst gewijzigd: 13-12-2005