Ministerie van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801
2509 LV Den Haag
der Staten-Generaal Anna van Hannoverstraat 4
Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44
Telefax (070) 333 40 33
2513 AA 's-GRAVENHAGE
Uw brief Ons kenmerk
IZ/EA/2005/103158
Onderwerp Datum
Verslag van de bijeenkomst van de Raad 16 december 2005
WSBVC van 8 december 2005 (onderdeel
werkgelegenheid en sociaal beleid)
./. Hierbij zend ik u, mede namens Staatssecretaris van Hoof, het verslag van de Raad voor
Werkgelegenheid en Sociaal Beleid, Volksgezondheid en Consumentenzaken op 8
december in Brussel (onderdeel werkgelegenheid en sociaal beleid).
De Raad is er niet in geslaagd een akkoord te bereiken op de arbeidstijdenrichtlijn.
Zoals verwacht werden wel akkoorden bereikt op het PROGRESS programma en de
zogenaamde herschikkingrichtlijn voor de gelijke behandeling van mannen en vrouwen.
Tevens werd een openbaar debat gehouden over het thema demografie en menselijk
kapitaal.
Nederland en Frankrijk hebben het belang van investeren in menselijk kapitaal nog eens
onderstreept in een gezamenlijk opgestelde verklaring, die tevens is verspreid onder de
leden van de Raad. De tekst hiervan heb ik voor uw informatie bijgevoegd.
De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
(mr. A.J. de Geus)
2
Bijlage 1:
Verslag van de Raad voor Werkgelegenheid en Sociaal beleid, Volksgezondheid en
Consumentenzaken (Onderdeel: Werkgelegenheid en Sociaal Beleid)
van 8 december 2005.
Informele bijeenkomst van de staatshoofden en regeringsleiders, Hampton Court,
27 oktober 2005
Het Voorzitterschap bracht verslag uit van de resultaten van de informele bijeenkomst van
regeringsleiders in Hampton Court. De regeringsleiders bespraken daar het belang van
hervormingen om het hoofd te bieden aan gezamenlijke uitdagingen als globalisering,
nieuwe technologieën en demografische veranderingen. De informele bijeenkomst heeft zes
thema´s geselecteerd, langs welke de komende periode nadere acties uitgewerkt moeten
worden. Voor de Raad zijn de thema´s vergrijzing en migratie relevant.
Demografie en menselijk kapitaal
De Raad besprak het belang van een hogere arbeidsparticipatie in een vergrijzende
samenleving. De voorzitter van het werkgelegenheidscomité (EMCO) benadrukte het belang
van investeringen in menselijk kapitaal: kwalitatief hoogwaardig onderwijs en permanente
scholing gedurende de loopbaan. Vrijwel unaniem onderstreepten lidstaten dat een hogere
graad van participatie, ook één van de hoofddoelstellingen van de Lissabonstrategie,
onverkort van kracht moet blijven. Juist de demografische veranderingen laten lidstaten
geen andere keuze, wil Europa de groeiende druk van internationale concurrentie weerstaan
en tegelijk zijn sociaal model behouden.
Het debat maakte duidelijk dat de doelstellingen die lidstaten met nationale hervormingen
nastreven, ondanks verschillen in aanpak, veel gelijkenis vertonen: nationaal beleid wordt
ontwikkeld om ouderen langer actief te houden, de combinatie van beroeps- en gezinsleven
te verbeteren en/of investeringen in scholing en permanente educatie mogelijk te maken, in
een poging de kwaliteit van de beroepsbevolking te verhogen. Veel aandacht gaat hierbij, zo
gaven veel lidstaten aan, naar groepen die op dit moment nog een grote afstand hebben tot
de arbeidmarkt, zoals vrouwen, ouderen, jongeren en gehandicapten. Voor hen is het
behalen van een startkwalificatie van cruciaal belang. Een aantal lidstaten benadrukte in dit
verband het belang van de rol van sociale partners in het vormgeven van maatregelen.
De Commissie gaf expliciete steun aan een oproep van enkele lidstaten om op Europees
niveau de inspanningen te verhogen om alle achterstandsgroepen een gelijke kans op werk
te geven. Getracht zou moeten worden om hierover in het kader van de Lissabon-strategie
tijdens de Voorjaarsraad afspraken te maken in een zogenaamd Gelijke Kansen Pact.
De lidstaten waren het er voorts over eens dat het gezinnen gemakkelijker gemaakt moet
worden om meer kinderen te krijgen. Veel lidstaten zijn op nationaal niveau actief in het
investeren in verlofsystemen, parttime banen en het verruimen van
kinderopvangmogelijkheden.
Andere lidstaten zagen ook nadrukkelijk een rol weggelegd voor immigratiebeleid. Enkele
nieuwe lidstaten vroegen in dit verband om het intrekken van de transitiemaatregelen die
diverse oude lidstaten vanaf 1 mei 2004 hebben ingesteld voor het vrij verkeer van
werknemers binnen de EU. De Commissie zal begin 2006 een mededeling doen uitgaan
waarin de migratiestromen van werknemers tussen nieuwe en oude lidstaten geanalyseerd
worden.
3
Nederland en Frankrijk wezen in hun interventies op een gezamenlijke verklaring opgesteld
naar aanleiding van een succesvol bilateraal seminar tussen beide landen op 3 oktober. De
verklaring ondersteunt het belang van investeren in menselijk kapitaal, met het doel eigen
waarden en sociale doelstellingen binnen Europa ook in de toekomst te kunnen behouden.
Nederland wees verder op de noodzakelijke hervormingsmaatregelen die de Nederlandse
regering heeft genomen om het sociale stelsel solide te maken voor toekomstige generaties.
Het Britse Voorzitterschap concludeerde dat er grote eensgezindheid bestaat in de Raad om
als antwoord op de vergrijzing van de samenleving meer mensen aan een baan te helpen. De
Commissie wees op een follow-up van het groenboek Vergrijzing. In het voorjaar hoopt de
Commissie met een mededeling te komen, waarin meer concrete maatregelen aangekondigd
worden.
Bespreking van de nationale hervormingsprogramma's
De voorzitter van het EMCO deed mondeling verslag van de beoordeling die het comité
heeft opgesteld van de nationale hervormingsplannen Lissabon. De plannen laten voldoende
ambitie zien om op nationaal niveau de arbeidsparticipatie te laten stijgen. De plannen
slagen erin een balans te vinden tussen werkgelegenheid- en sociale doelstellingen. Veel
aandacht gaat uit naar groepen die nog ondervertegenwoordigd zijn op de arbeidmarkt. De
noodzaak het aanpassingsvermogen van de arbeidsmarkt te verbeteren, blijft niettemin
onderbelicht. Het Britse Voorzitterschap beloofde mondeling verslag uit te brengen van de
bespreking aan de Voorzitter van de Europese Raad. De Raad zal conclusies vaststellen
tijdens de Raad in maart 2006, als het voortgangsverslag van de Commissie ook is
verschenen.
Gewijzigd voorstel voor een Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot
wijziging van Richtlijn 2003/88/EG betreffende een aantal aspecten van de
organisatie van de arbeidstijd
De Raad slaagde er uiteindelijk niet in om tot een politiek akkoord te komen op dit dossier.
De lidstaten waren nog zeer verdeeld over met name twee problemen.
In de eerste plaats de uitfasering van de opt out waar nog steeds een groep van lidstaten een
einddatum in de tekst van de richtlijn opgenomen wilde zien. Op dit punt stelde Nederland
een Raadsverklaring voor, waarin zou worden vastgelegd dat het nu niet mogelijk is om een
akkoord te bereiken over een einddatum voor de opt out maar waarin vervolgens wel gesteld
wordt dat het einddoel de afschaffing van de opt out is. Lidstaten zouden zich moeten
engageren om zelf en gezamenlijk zich in te spannen om tot een geleidelijke reductie en
uiteindelijk een afschaffing van de opt out te komen. Dit idee vond bij het Britse
Voorzitterschap en een aantal lidstaten weerklank en werd door het Voorzitterschap
overgenomen in een aangepast voorstel, samen met een zogenaamde "cap" (maximale
gemiddelde arbeidstijd per week bij gebruikmaking van de opt out) van 65 uur over 4
maanden. Nederland achtte 65 uur over een periode van 4 maanden erg lang. Een aantal
andere lidstaten vond de tekst ook te zwak en wilde de uitfasering duidelijker in de tekst
terug zien.
Het andere majeure probleem betrof de vraag of de belangrijkste norm in de tekst (maximale
gemiddelde wekelijkse arbeidstijd van 48 uur) per contract of per werknemer geldt.
Opnieuw kwam naar voren dat een meerderheid van lidstaten de (onjuiste) interpretatie
4
aanhangt dat deze norm per contract geldt en niet per werknemer. Het Britse
Voorzitterschap had een passage in het laatste Voorzitterschapcompromis opgenomen om
duidelijk te maken dat de uren uit verschillende contracten bij elkaar opgeteld moeten
worden en was niet bereid om deze passage aan te passen. Dat maakte dat uiteindelijk een
groot aantal lidstaten verklaarde niet te kunnen instemmen.
Het Britse Voorzitterschap kon niet anders dan concluderen dat er geen politiek akkoord
mogelijk was.
Gewijzigd voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad tot
vaststelling van een communautair programma voor werkgelegenheid en
maatschappelijke solidariteit - PROGRESS
Het Britse Voorzitterschap stelde vast dat lidstaten instemming geven aan de voorliggende
tekst en een (gedeeltelijk) politiek akkoord daarmee een feit is, afgezien van de financiële
paragraaf. Deze kan pas later worden ingevuld op het moment dat een politiek akkoord is
bereikt over de Financiële Perspectieven 2007-2013. De Commissie wees op de bijgevoegde
Commissieverklaring die haar het recht geeft op een later moment in de onderhandeling met
het Europees Parlement (EP) terug te komen op het verzoek van het EP ook een rol te
krijgen in de jaarlijkse verdeling van het budget over de programmaonderdelen.
Gewijzigd voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad
betreffende de toepassing van het beginsel van gelijke kansen en gelijke
behandeling van mannen en vrouwen in werkgelegenheid en beroep (herschikte
versie)
Er is een politiek akkoord bereikt op dit dossier.
Diversen
Het Britse Voorzitterschap en de Commissie verschaften nog informatie over de stand van
zaken betreffende:
· het voorstel voor een richtlijn ter verbetering van de overdraagbaarheid van
aanvullende pensioenrechten
· de jaarlijkse follow-up van het actieprogramma van Peking
· de conferenties van het voorzitterschap:
- Conferentie over veiligheid en gezondheid
- Maatschappelijk verantwoord ondernemen
- Rondetafelconferentie over armoede en sociale uitsluiting
- 4e Europese bijeenkomst van mensen die in armoede leven
· de mededeling van de Commissie over de situatie van de personen met een handicap
in de uitgebreide Europese Unie: het Europees Actieplan 2006-2007
· het memorandum van overeenstemming tussen de Europese Commissie en China
inzake de samenwerking op het gebied van werkgelegenheid en sociale zaken
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid