Inspectie Werk en Inkomen

WW'ers krijgen te weinig invloed op hun reïntegratietraject

Zes van de tien WW-gerechtigden die in 2004 een reïntegratietraject begonnen, hadden geen invloed op de inhoud van dat traject. Veel van hen hadden die invloed wel willen hebben. Verder gaf de helft van de 44.000 betrokken WW'ers aan dat ze geen invloed hadden op de keuze van het reïntegratiebedrijf dat het traject uitvoert. Dit blijkt uit het rapport Invloed van WW-gerechtigden op hun reïntegratietraject van de Inspectie Werk en Inkomen dat vandaag is gepubliceerd. Naar aanleiding van het onderzoek zal UWV onder meer contracten met reïntegratiebedrijven aanpassen. Inmiddels heeft een kwart van de WW'ers met een traject gekozen voor een individuele reïntegratieovereenkomst, waarmee ze invloed hebben op hun traject.

In de wet is opgenomen dat een uitkeringsgerechtigde die dat wil, moet kunnen meebeslissen over zijn reïntegratietraject. De gedachte hierachter is dat invloed bijdraagt aan de motivatie voor reïntegratie en de kans vergroot op een traject dat aansluit op de behoefte van de werkzoekende. Zo'n traject biedt ondersteuning in de vorm van bijvoorbeeld een sollicitatiecursus, arbeidsbemiddeling of scholing. Uit het onderzoek van IWI blijkt dat nog te weinig WW'ers invloed hebben op hun reïntegratie. Het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) is verantwoordelijk voor de reïntegratie en koopt bij reïntegratiebedrijven op de particuliere markt trajecten in. UWV zou WW'ers vaker moeten betrekken bij de keuze van het reïntegratiebedrijf. Ook moet UWV er beter op toezien dat reïntegratiebedrijven mensen invloed op de inhoud van hun traject geven.

Het gebrek aan invloed is mede veroorzaakt doordat mensen die beginnen aan een reïntegratietraject veelal te weinig informatie krijgen. Vaak is ook niet naar hun eventuele voorkeuren gevraagd. UWV is recent gestart met reïntegratiecoaching. Hierbij informeren reïntegratiecoaches de WW-gerechtigden onder meer over de verschillende reïntegratiebedrijven en wat ze van hen mogen verwachten.

In 2004 begonnen 44.000 WW-gerechtigden aan een regulier reïntegratietraject. Voor dit onderzoek stuurde IWI 4000 van hen een vragenlijst. Tweederde van deze groep reageerde. Verder interviewden de onderzoekers een aantal WW'ers, alsook medewerkers van UWV en van reïntegratiebedrijven. Mensen met een individuele reïntegratieovereenkomst zijn niet in het onderzoek betrokken. IWI deed het onderzoek naar aanleiding van signalen dat de invloed van WW'ers op hun traject te beperkt was.

persbericht IWI, 19 december 2005