Rechtbank 's-Gravenhage

Uitspraken in zaken van de tabaksindustrie tegen de Staat over de openbaarmaking van productinformatie

's-Gravenhage, 21 december 2005 - De rechtbank âs-Gravenhage heeft vandaag uitspraak gedaan in zeven rechtszaken tegen de Staat, die waren aangespannen door de concerns van tabaksfabrikanten die hun producten op de Nederlandse markt afzetten. Aanleiding voor de rechtszaken was de uitleg die in Nederland gegeven wordt van een richtlijn van de Europese Gemeenschap over tabaksprodukten. Volgens de aangepaste Tabakswet moet de tabaksindustrie per ingrediënt de exacte hoeveelheden aan het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport meedelen. Een deel van die informatie zal het ministerie via een website van de overheid openbaar maken. De tabaksindustrie maakt bezwaar tegen het voornemen van de minister van Volksgezondheid om daarbij de naam, de relatieve hoeveelheden en de specifieke samenstelling van de ingrediënten van sigaretten en andere tabaksproducten per merk en type openbaar te maken.

De Staat beroept zich erop dat de EG-richtlijn ertoe verplicht aan consumenten voorlichting te geven over de samenstelling van tabaksproducten, door openbaarmaking van productgegevens die ten behoeve van onderzoek door de Europese Commissie moeten worden ingezameld. De tabaksindustrie stelt daar tegenover dat dezelfde richtlijn beoogt absolute bescherming te bieden aan bedrijfsgeheimen. De tabaksfabrikanten hebben een "drielijstenmodel" ontwikkeld dat volgens hen toereikend is om aan de belangen van zowel volksgezondheid als publieksvoorlichting tegemoet te komen.

De rechtbank constateert dat de EG-richtlijn de overheid ertoe verplicht bij openbaarmaking van aan haar overgelegde productinformatie "naar behoren" rekening te houden met het belang van bescherming van door de betrokken bedrijven geheim gehouden informatie over specifieke productformules. Voorafgaande aan de feitelijke openbaarmaking moet de minister van Volksgezondheid de belangen afwegen waarop de EG-richtlijn ziet. De uitkomst van die afweging is echter niet dwingend voorgeschreven. De vorderingen om regelgeving onverbindend te laten verklaren, zijn dan ook door de rechtbank afgewezen. Wel heeft de rechtbank op verzoek van enkele tabaksfabrikanten uitgesproken dat zij belang hebben bij hun vordering dat specifieke gegevens die zij aan het ministerie over moeten leggen, geheim worden gehouden, aangezien niet denkbeeldig is dat bij openbaarmaking het namaken van hun tabaksproducten wordt vergemakkelijkt. De vordering van deze fabrikanten is in zoverre toegewezen.

LJ Nummers

AU8406
AU8410
AU8412
AU8415


Bron: Rechtbank 's-Gravenhage Datum actualiteit: 21 december 2005