Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

Persbericht

21 december 2005

Rijk: geen strakke verdeelsleutel Waddenfonds

Het Rijk staat geen starre verdeelsleutel voor bij de verdeling van de 800 miljoen euro in het Waddenfonds. Zwaarder weegt het resultaat van jaarlijks ingediende en goedgekeurde projectenaanvragen. Het accent ligt wel bij projecten en programma's die de ecologie en een duurzame ontwikkeling van het waddengebied ten goede komen.

Dat staat in een brief van programmaminister Dekker (VROM) voor het Waddenbeleid aan de Tweede Kamer mede namens de ministers van BZK, LNV, EZ, Financiën en de staatssecretaris van VenW. Het Rijk wil prioriteit geven aan voorstellen die aantoonbaar bijdragen aan het bereiken van de doelen voor het gebied. Ook zal de aanvrager van subsidie zelf een financiële bijdrage moeten leveren.

Het Waddenfonds is bestemd voor de verbetering van onder meer natuur en de duurzame ontwikkeling van het Waddengebied. Van het fondsbedrag trekt het kabinet eerst circa 115 miljoen euro af voor de nadeelcompensatie kokkelvisserij. Van het resterende bedrag wordt 10% apart gehouden voor het vergroten van de kennis van het gebied en het verminderen van bedreigingen van de Waddenzee. Voor het resterende deel geldt dat projectaanvragen - die aantoonbaar natuur én economisch belang dienen - (extra) hoog scoren. Een jaarlijks gelijke verdeling is voor het kabinet geen doel op zichzelf, zo schrijft programmaminister Dekker. Hiermee geeft het Rijk invulling aan een aangenomen motie in de Tweede Kamer, die stelde dat tenminste 50% van het fonds uitgetrokken moest worden voor duurzame economische ontwikkeling.

Cofinanciering

Voor het aanvragen van subsidie uit het Waddenfonds heeft het Rijk diverse criteria opgesteld. In de regelgeving staat voorop dat de aanvrager zelf ook financieel moet bijdragen (cofinanciering), waardoor de uiteindelijke investeringen hoger zullen zijn. Onder de thema's natuur, kennis en veiligheid zal 10% cofinanciering volstaan. Bij projecten die bijdragen aan een duurzame economische ontwikkeling 60% is vereist. Hiermee verwacht het kabinet voor de komende 20 jaar een financiële impuls te genereren van ruim 1 miljard euro.

Minister Dekker benadrukt in de brief dat het kabinet er naar streeft om programma's en projecten te subsidiëren die aan het einde van de fondsperiode (20 jaar) op een zichtbare manier het Waddengebied vooruit hebben geholpen. Mogelijk wordt daarvoor in de eerste vijf jaar van het fonds in het bijzonder gelet op voorstellen die urgent zijn, een voorbeeldfunctie vervullen, snel te realiseren zijn en directe resultaten opleveren.

Als programmaminister voor het waddengebied beheert de minister van VROM het Waddenfonds. Bij de beoordeling van de projectaanvragen krijgt de regio een zwaarwegende adviserende rol. Zo adviseert het Regionaal College Waddengebied (RCW) over de volgorde in de lijst van mogelijk te subsidiëren projecten.

Politieke koppeling gaswinning

Als beroep wordt ingesteld tegen de vergunningverlening voor de gaswinning zal het Waddenfonds onder voorwaarden van start gaan. Gedurende die periode kunnen alleen financiële toezeggingen worden gedaan tot een maximum van het bedrag waarmee het fonds jaarlijks wordt gevoed (1/20ste deel van het totaal bedrag). Als een definitieve uitspraak de gaswinning ingrijpend beïnvloedt, dan neemt het kabinet het totale pakket van maatregelen voor het waddengebied in heroverweging. Zodra de voor de gaswinning benodigde vergunningen onherroepelijk zijn, vervalt de politieke koppeling. Het Rijk wil de vergunningverlening voor gaswinning voor de zomer van 2006 afronden

Bestuur

In de brief schrijft programmaminister Dekker verder dat alle betrokken partijen hebben gesproken over wat nodig is ter verbetering van de bestuurlijke organisatie. Centraal staat het Beheer- en Ontwikkelingsplan waddengebied (B&O plan) voor de uitvoering van het Waddenzeebeleid. Het RCW stelt het B&O plan op in opdracht van het Coördinatie College Waddengebied (CCW). De leden van de RCW zullen als 'regisseurs' verantwoordelijkheid nemen voor de belangrijke thema's die spelen in en rond de Waddenzee.

Naar verwachting zal het kabinet begin 2006 het voorstel van Wet op het Waddenfonds aan de Tweede Kamer aanbieden. Net als het investeringsplan dat een uitwerking is van het ontwikkelingsperspectief voor het waddengebied zoals het kabinet eerder in de Nota Ruimte en de PKB Waddenzee heeft geschetst.

Programmaminister Dekker verwacht een aangepast deel 3 Planologische Kernbeslissing (PKB) Derde Nota Waddenzee voor het zomerreces van 2006 aan te bieden aan de Tweede Kamer. De inspraak over de passende beoordeling, de strategische milieubeoordeling en de PKB zal starten in januari 2006. Zie ook

Dossier Waddenzee: http://www.vrom.nl/pagina.html?id=9272

( bron: http://www.vrom.nl/pagina.html?id=22234 )