21-12-2005
Staatssecretaris Van Geel wil roetfilters zo snel mogelijk in de hele
Europese Unie verplicht stellen. Vanaf 1 januari 2007 moeten in
Nederland alle nieuwe auto's zo'n filter hebben. Dat is tenminste 3
jaar eerder dan de Europese Commissie. Dit zei Van Geel vandaag
tijdens de lunchlezing 'Fijn stof' in het perscentrum Nieuwspoort in
Den Haag.
Nederland kan de concentratie fijn stof slechts voor een klein deel
zelf beïnvloeden. Het meeste fijn stof waait over uit het buitenland.
Daarom hamert Van Geel op Europese maatregelen die de luchtvervuiling
aan de bron aanpakken. "De techniek van roetfilters en schonere
motoren is er. Het moet alleen wel voorgeschreven worden vanuit
Brussel. Anders zal geen enkele autofabrikant vrijwillig roetfilters
installeren op zijn nieuwe auto's als dat zijn marktpositie in gevaar
zal brengen. Die auto's worden immers duurder. Zoiets moet vanuit
Brussel worden voorgeschreven", aldus Van Geel.
De bewindsman heeft een brief (notificatie) aan de Commissie gestuurd
waarin hij aandringt op snelle wettelijke invoering van het
roetfilter. Van Geel: "De notificatie ligt nu in Brussel en is
informeel positief ontvangen door de milieumensen aldaar. Ik heb goede
hoop dat de Commissie niet anders kan oordelen dan te zeggen dat dit
een logische maatregel is vanuit Nederland. Ook andere lidstaten
hebben interesse getoond in onze notificatie."
De staatssecretaris ging ook in op de nieuwe Europese richtlijn voor
luchtvervuiling die de Europese Commissie voorbereidt. Die biedt de
mogelijkheid om zeezout niet mee te tellen bij luchtvervuiling. Ook
geeft het lidstaten de mogelijkheid Europese normen tijdelijk uit te
stellen. De nieuwe richtlijn handhaaft echter de huidige norm voor
fijn stof (daggemiddelde norm voor PM10), hoewel bijna geen lidstaat
die haalt. Bovendien wil de Commissie een norm voor nog kleinere
stofdeeltjes, het zogenaamde PM2,5. Een wetenschappelijke onderbouwing
daarvoor ontbreekt echter, volgens Van Geel. De staatssecretaris pleit
voor 'meer flexibiliteit' op deze punten. "Dat betekent niet dat
Nederland het beleid wil versoepelen. Het moet echter wel een
realistisch beleid zijn, met normen die in de gegeven tijd ook
haalbaar moeten zijn. En daarvoor hebben we wel de EU-brede
instrumenten nodig, aldus Van Geel. "In de tussentijd zullen wij alles
op alles stellen om zoveel als mogelijk aan de gestelde doelen te
voldoen. En tegelijkertijd de ontstane knelpunten op ruimtelijk en
economisch gebied op te lossen."
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer