De Nederlandse Bank


Print deze pagina

DNB publiceert Statistisch Bulletin december 2005 Persbericht

Datum 21 december 2005
Organisatie leeg DNB

Lange hypotheken snel populairder en op grote schaal opname spaarloon Uit de meest recente cijfers blijkt dat de groei van hypotheken met een rentevaste periode van 5 tot 10 jaar zich heeft voortgezet. Net als van oudsher is dit weer het meest populaire rentetype voor nieuwe hypotheken. Zo verdubbelde de omzet aan nieuwe hypotheken van deze soort sinds dit voorjaar naar een nog niet eerder vertoond bedrag van EUR 4 miljard (oktober). Het aandeel hiervan in de omzet van alle nieuwe hypotheken steeg hiermee van 31% begin dit jaar naar 44%. Ook de maandelijkse omzet van hypotheken met een rentevaste periode van meer dan 10 jaar is in de afgelopen drie maanden verder doorgestegen. Het gaat om een verviervoudiging naar een niveau van EUR 1,2 miljard per maand sinds het begin van de stijging dit voorjaar. Dit rentetype vormt inmiddels een substantieel deel van het totaal aan nieuw afgesloten hypotheken: een stijging in de loop van dit jaar van 5% van de omzet naar ruim 13% (oktober). Lang lenen is derhalve snel populair geworden.

Een tweede opvallende ontwikkeling in de financiële situatie van huishoudens dit najaar betreft het spaarsaldo. In september van dit jaar is er voor ruim EUR 3,3 miljard aan depositos met vaste looptijd door huishoudens opgenomen. Afgezet tegen de reguliere ontwikkeling van deze depositovorm kan ruwweg de helft hiervan worden toegeschreven aan opnames van spaarloon, aangehouden via bedrijfsspaarregelingen.

Uit de cijfers kan worden geconcludeerd dat deze vrijgekomen gelden voor een groot deel zijn herplaatst in een andere depositovorm, namelijk depositos met een opzegtermijn tot maximaal 3 maanden. In praktijk omvat dit veelal eenvoudig opneembaar spaargeld, onder andere ook op internetrekeningen. Vervolgens blijkt een opvallend hoge netto uitstroom van ruim een miljard euro uit deze laatste depositovorm. In hoeverre huishoudens deze gelden zijn gaan gebruiken voor bijvoorbeeld consumptie, schuldaflossing of beleggingen kan nog niet uit DNB-cijfers worden afgeleid.

Onderhandse derivaten van Nederlandse banken: groei eerste helft 2005 afgevlakt
Vanuit het oogpunt van de financiële stabiliteit verzamelen de centrale banken van de Groep van Tien (G10) gegevens over de derivatenactiviteiten van commerciële banken. Met deze gegevens trachten de centrale banken, onder leiding van de Bank voor Internationale Betalingen (BIB), een internationaal consistente statistiek te verkrijgen over de grootte en samenstelling van de onderhandse derivatenactiviteiten. Hierdoor wordt de transparantie van de onderhandse derivatenmarkten vergroot.

Op de derivatenmarkten worden voornamelijk valuta- en rentecontracten verhandeld. De valutacontracten zijn veelal gebaseerd op kortlopende US dollarcontracten, terwijl de rentecontracten voor een aanzienlijk deel georiënteerd zijn op Europese vastrentende waarden.

De voorgaande jaren hebben de onderhandse derivatenmarkten een spectaculaire groei doorgemaakt. In de periode 2002-2004 werd een jaarlijkse groei in de uitstaande bedragen van gemiddeld 32% gerealiseerd. Over de eerste helft van 2005 is de jaarlijkse groei in de uitstaande posities van Nederlandse banken op de onderhandse derivatenmarkten afgevlakt tot 8%. Inmiddels zijn hun uitstaande posities opgelopen tot ruim USD 11.000 miljard.

Het externe vermogen van Nederland in 2004: afname netto tekort In 2004 daalden de netto verplichtingen van Nederland aan het buitenland tot EUR 16 miljard. Evenals in 2003 namen vooral de vorderingen sterk toe, tot ruim EUR 1.700 miljard, voornamelijk door uitbreiding van het bezit aan buitenlandse effecten. Het externe vermogen verbeterde substantieel, met EUR 31 miljard, dankzij een hoog nationaal spaaroverschot - het lopende rekeningoverschot - dat met een record van EUR 44 miljard het per saldo negatieve effect van wisselkoers- en prijsmutaties op de externe positie ruimschoots overtrof .

Pensioenfondsen verlengen looptijd beleggingen
Uit gegevens van DNB blijkt dat de pensioenfondsen anticiperen op het nieuwe Financieel Toetsingskader (FTK). Door de mismatch tussen bezittingen en pensioenverplichtingen is de sector gevoelig voor rentedalingen. Er blijkt nu dat de sector vanaf de aankondiging van het FTK eind 2004 de looptijd van zijn bezittingen heeft verlengd, van (gemiddeld) 5 naar 6 jaar.

Lancering van ESCB-statistieken op DNB-website
Voor het eerst lanceren de Europese Centrale Bank en de nationale centrale banken, waaronder de Nederlandsche Bank, gezamenlijke statistiekpaginas op hun websites. Thans worden eurototalen en alle nationale bijdragen daaraan gepresenteerd in aparte, onderling geharmoniseerde, tabellen die gelijktijdig op de websites van de ECB en de deelnemende ncbs worden getoond. De ncbs hebben daarbij een nieuwe technologie in hun eigen websites geïntegreerd en publiceren dezelfde data in hun eigen huisstijl met als doel de gebruikersvriendelijkheid van hun statistieken te bevorderen.

De betreffende paginas van de Nederlandsche Bank zijn te vinden op de website van DNB, onder Onderzoek & Statistiek, dan onder Statistieken en ESCB statistieken.

Voor nadere informatie kunt u contact opnemen met Tobias Oudejans (tel. 020-524 3100 of 06 524 96 961) of Herman Lutke Schipholt (tel. 020-524 2712 of 06 524 96 900).