Speaking notes voor de minister van Verkeer en Waterstaat, Karla Peijs, bij
de ondertekening van de nautische verdragen tussen Nederland en Vlaanderen
in Middelburg
(Alleen de uitgesproken tekst geldt)
· Allereerst wil ik de provincie hartelijk danken voor de goede
organisatie. Dat de Zeeuwen gastvrije mensen zijn ondervind ik
regelmatig aan den lijve - want ik kom geregeld in dit prachtige
stukje Nederland. Het verbaast me dan ook niet dat Zeeland zich
vandaag als gastheer weer van z'n beste kant zien.
· En dat mag ook best, want dit is een historisch moment: deze dag
staat in het teken van de vriendschap tussen de Nederlanders en de
Belgen. Dat is in het verleden wel eens anders geweest, maar dat hoef
ik u niet te vertellen. Natuurlijk tappen wij Nederlanders af en toe
nog wel eens een Belgenmop en ook hun beurt steken de Belgen wel eens
de draak met ons - ik noem geen namen. Maar dat heeft allemaal weinig
om het lijf. Eigenlijk laten die grappen zien dat het juist wel goed
zit, want zoals onze gezamenlijke oosterburen zeggen: was sich liebt,
das neckt sich.
· Ook deze bijeenkomst is het levende bewijs van de goede verhouding
tussen de Nederlanders en de Belgen. We ondertekenen maar liefst vier
verdragen. Bij Verkeer en Waterstaat hebben we deze buit eerlijk
verdeeld: de staatssecretaris twee en ik twee.
· Om te beginnen het GNB - oftewel het Gemeenschappelijk Nautisch
Beheer - verdrag. Een verdrag naar mijn hart, omdat er een goede
balans is gevonden tussen de havenbelangen en veiligheid, één van mijn
topprioriteiten. Ik zet me voor 200 procent in om de Nederlandse wegen
veiliger te maken en dan kunnen de waterwegen natuurlijk niet
achterblijven. Gelukkig werken Belgen en Nederlanders intensief samen
aan een veilige Westerschelde. Denk aan de vele maatregelen die onder
de vlag van de Vlaams - Nederlandse Permanente Commissie worden
genomen. Zoals de Westerscheldeplanner, waarmee we het verkeer in
veilige banen kunnen leiden.
· In de toekomst kunnen we meer verwachten van deze commissie. In het
GNB-verdrag spreken we af dat de commissie met een veiligheidsplan op
de proppen komt, waarin calamiteitenbestrijding een centrale plaats
krijgt. Ik ben heel benieuwd naar dit plan.
· Naast veiligheid staat een tweede V centraal in het verdrag, die van
`vlotheid'. De zogenaamde ketenbenadering is de sleutel tot meer
efficiency in de scheepvaart. Daar gaan de Scheldehavens de vruchten
van plukken. In de vertaalslag van papier naar praktijk gaat de
Permanente Commissie opnieuw een grote rol spelen.
· Ook over het tweede verdrag - over de ontkoppeling van de
loodsgelden - ben ik enthousiast. Na meer dan 150 jaar zijn we vrij om
de loodsgelden in Rotterdam te bepalen zonder naar de Schelde te
moeten kijken. Daarmee plaveien we de weg naar betere
prijs-prestatie-verhoudingen in het loodswezen. Dit sluit naadloos aan
bij initiatieven aan Vlaamse kant op dit punt. En bij de samenwerking
tussen de Vlaamse en Nederlandse loodsdienst die de afgelopen een
behoorlijke vlucht heeft genomen, met meer veiligheid en vlotheid als
gevolg.
· Het mag duidelijk zijn: het gaat goed en vanaf vandaag nog beter.
Voor mij is het dan ook een hele mooie dag. Die in teken staat van
veiligheid, vlotheid en last but not least vriendschap.
Ministerie van Verkeer en Waterstaat