IP/05/1653
Brussel, 21 december 2005
Staatssteun: Commissie keurt nieuwe richtsnoeren inzake regionale
steunmaatregelen 2007-2013 goed
De Europese Commissie heeft haar goedkeuring gehecht aan nieuwe
richtsnoeren inzake regionale steunmaatregelen die overeenkomstig de
staatssteunregels van het EG-Verdrag zijn vastgesteld. Deze
richtsnoeren gelden gedurende de periode 2007-2013, die overeenkomt
met de komende programmeringsperiode voor de EU-Structuurfondsen. In
deze richtsnoeren worden de regels vastgesteld die van toepassing zijn
voor de toekenning van staatssteun ter bevordering van de ontwikkeling
van armere regio's, zoals directe investeringssubsidies en
belastingverlagingen voor ondernemingen. Voorts worden de regels voor
de selectie van de gebieden die in aanmerking komen voor regionale
steun en de maximaal toegestane steunniveaus erin vastgesteld. In de
nieuwe richtsnoeren worden de regionale steunmaatregelen, in
overeenstemming met het cohesiebeleid van de EU en de verzoeken van de
Europese Raad om minder en beter gerichte staatssteun, in sterkere
mate toegesneden op de armste regio's van de uitgebreide Unie en wordt
erkend dat het nodig is het concurrentievermogen te verbeteren en de
overgang soepel te doen verlopen.
Neelie Kroes, het Commissielid belast met concurrentie, verklaarde:
"De richtsnoeren zorgen voor een juist evenwicht tussen de
verschillende betrokken belangengroepen, ondersteunen onze
cohesiedoelstellingen en sluiten aan bij het Actieplan staatssteun
waarin wordt opgeroepen tot minder en beter gerichte steun. Het
verheugt mij dat wij deze herziening tijdig genoeg hebben voltooid om
het de lidstaten mogelijk te maken hun regionale
ontwikkelingsstrategieën voor 2007-2013 uit te stippelen."
Overeenkomstig de huidige richtsnoeren woont 52,2% van de
EU-25-bevolking in gebieden die voor regionale steun in aanmerking
komen, waarvan 34,2% in gebieden die in vergelijking met het
gemiddelde van de EU-25 worden beschouwd als achterstandsgebieden (en
bijgevolg steungebieden in de zin van artikel 87, lid 3, onder a), van
het Verdrag zijn) die voor de hoogste steunpercentages (40% - 50%)
in aanmerking komen, en 18% in gebieden die relatief minder
achterstand hebben (steungebieden in de zin van artikel 87, lid 3,
onder c), van het Verdrag ) die bijgevolg voor lagere
steunpercentages (10% - 20%) in aanmerking komen.
In de nieuwe richtsnoeren is het voor regionale steun in aanmerking
komende aandeel van de bevolking vastgesteld op 43,1% van de bevolking
van de 25 lidstaten van de EU. Daarbij is voorzien in een vangnet, dat
moet garanderen dat geen enkele lidstaat meer dan 50% van zijn huidig
in aanmerking komend aandeel van de bevolking verliest.
Gebieden waar het BBP per hoofd van de bevolking minder dan 75% van
het gemiddelde van de EU-25 bedraagt (d.w.z. achterstandsgebieden),
komen op grond van artikel 87, lid 3, onder a), in aanmerking voor de
hoogste steunpercentages en voor exploitatiesteun (regionale steun die
bedoeld is om de lopende uitgaven van een onderneming te verminderen).
Deze gebieden vertegenwoordigen 27,7% van de bevolking van de EU-25.
Aangezien tussen deze gebieden een groot verschil in welvaart (van
32,2% tot 74,9% van het communautaire gemiddelde) bestaat, worden deze
in drie categorieën ingedeeld. Dat betekent dat wanneer regionale
steun wordt toegekend aan grote ondernemingen in deze gebieden, de
volgende maximale steunpercentages gelden:
Regionaal BBP als % van het BBP van de EU-25
% van de bevolking van de EU-25
Maximale steunpercentages voor grote ondernemingen
14.05%
30%
6.30%
40%
7.37%
50%
Gezien hun bijzondere handicaps komen de ultraperifere gebieden op
grond van artikel 87, lid 3, onder a), als achterstandsgebieden voor
steun in aanmerking, ongeacht hun BBP.
De gebieden waar een zogenoemd "statistisch effect" speelt - d.w.z.
gebieden waar het BBP minder bedraagt dan 75% van het
EU-15-gemiddelde, maar meer dan 75% van het EU-25-gemiddelde (3,6% van
de bevolking van de EU-25) - krijgen een overgangsstatus als
"achterstandsgebied" en komen op grond van artikel 87, lid 3, onder
a), van het EG-Verdrag voor de laagste steunpercentages in aanmerking
(het steunpercentage voor grote ondernemingen bedraagt 30% tot
31.12.2010). In 2010 zal de situatie in deze gebieden opnieuw worden
bezien. Indien deze is achteruitgegaan, zullen deze gebieden verder
voor artikel 87, lid 3, onder a), in aanmerking blijven komen. Anders
zullen zij vanaf 1.1.2011 op grond van artikel 87, lid 3, onder c),
voor steun in aanmerking komen.
Wat gebieden betreft waar het BBP per hoofd meer bedraagt dan 75% van
het EU-25-gemiddelde, zullen de lidstaten lagere percentages aan
regionale steun (tussen 10% en 15%) kunnen toekennen grond van artikel
87, lid 3, onder c), van het EG-Verdrag aan gebieden die zij zelf in
overeenstemming achten met het regionale ontwikkelingsbeleid, op
voorwaarde dat het maximumaandeel van de bevolking dat voor steun in
aanmerking komt wordt gerespecteerd en dat een aantal
minimumvoorwaarden om misbruik te voorkomen wordt nageleefd.
Er is voorzien in overgangsmaatregelen tot 2010 voor gebieden waar de
verlagingen van de steunpercentages het grootst zijn, en tot 2008 voor
gebieden die overeenkomstig de nieuwe richtsnoeren niet meer voor
steun in aanmerking komen.
De steunpercentages kunnen in alle steungebieden worden verhoogd met
20% wanneer de steun wordt toegekend aan kleine ondernemingen, en met
10% wanneer deze wordt toegekend aan middelgrote ondernemingen.
Een nieuwe vorm van steun zal worden toegestaan om het opzetten van
nieuwe ondernemingen in steungebieden aan te moedigen. Deze steun zal
de kosten dekken die worden gemaakt bij de oprichtings- en de
uitbreidingsfase van kleine ondernemingen in de eerste vijf jaar na
hun oprichting.
Voorts zal een nieuwe vorm van exploitatiesteun worden toegestaan om
de ontvolking in de dunst bevolkte gebieden tegen te gaan en zullen de
regels voor het toekennen van exploitatiesteun in de ultraperifere
gebieden worden vereenvoudigd.
De nieuwe richtsnoeren omvatten ook een aantal andere wijzigingen om
de huidige regels te verduidelijken en te vereenvoudigen. Met name de
regels die gelden voor zeer grote investeringsprojecten waarmee
bedragen van meer dan 50 miljoen EUR zijn gemoeid, zijn voor het eerst
in de richtsnoeren voor regionale steunmaatregelen opgenomen.
De nieuwe richtsnoeren zijn beschikbaar op het volgende webadres:
http://europa.eu.int/comm/competition/state_aid/regional/
Voor meer informatie zie: MEMO/04/491.
Verdeling regionale steun naar bevolking (2007 - 2013)
In %
B
Dk
D
Gr
Esp
F
Irl
I
Lux
Nl
Ös
Port
SF
S
UK
EU-15
Cz
Hu
Cy
Slk
EU-25*
EU-27*
Achterstands-gebieden
(art. 87, lid 3, onder a))
0
0
12,5
36,6
36,2
2,9
0
29,2
0
0
0
70,1
0
0
4,0
15
88,6
72,2
0
88,9
27,7
32,2
Gebieden waar een "statistisch effect" speelt
12,4
0
6,1
55,5
5,8
0
0
1,0
0
0
3,4
3,8
0
0
0,6
4,3
0
0
0
0
3,6
3,4
Andere gebieden
(art. 87, lid 3, onder c))
13,5
8,6
11,0
7,9
17,7
15,5
50,0
3,9
16
7,5
19,1
2,8
33,0
15,3
19,3
13,3
0
27,8
50
0
11,8
10,8
Totaal
25,9
8,6
29,6
100
59,6
18,4
50
34,1
16
7,5
22,5
76,7
33,0
15,3
23,9
32,5
88,6
100
50
88,9
43,1
46,4
* Opmerking: Estland, Letland, Litouwen, Malta, Polen en Slovenië
vallen in hun geheel onder artikel 87, lid 3, onder a), van het
EG-Verdrag en zijn niet opgenomen in de tabel, maar wel in de totalen
voor de EU-25. Bulgarije en Roemenië zullen eveneens in hun geheel
onder artikel 87, lid 3, onder a), vallen en zijn opgenomen in de
totalen voor de EU-27.
---
In artikel 87, lid 3, onder a), van het EG-Verdrag is bepaald dat
"steunmaatregelen ter bevordering van de economische ontwikkeling van
streken waarin de levensstandaard abnormaal laag is of waar een
ernstig gebrek aan werkgelegenheid heerst" als verenigbaar met de
gemeenschappelijke markt kunnen worden beschouwd.
In artikel 87, lid 3, onder c), van het EG-Verdrag is bepaald dat
"steunmaatregelen om de ontwikkeling van bepaalde vormen van
economische bedrijvigheid of van bepaalde regionale economieën te
vergemakkleijken, mits de voorwaarden waaronder het handelsverkeer
plaatsvindt daardoor niet zodanig worden veranderd dat het
gemeenschappelijk belang wordt geschaad" als verenigbaar met de
gemeenschappelijke markt kunnen worden beschouwd.
European Union