Kamervragen van het lid Van der Ham (D66) 2050604340


22-12-2005


Aan

de Voorzitter van de Tweede Kamer

van de Staten-Generaal

Binnenhof 4

2513 AA 's-Gravenhage

Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n)

22 december 2005 E/EP / 5726594


Onderwerp

Kamervragen van het lid Van der Ham (D66) 2050604340


Hieronder zend ik u de antwoorden op de vragen van het lid Van der Ham (D66)
(ingezonden 6 december 2005).

1.

Bent u ervan op de hoogte dat BIOX een palmolie derivaat (stearine) verbranding gaat
opzetten in Delfzijl alsmede één in Zeeland en één in Zuid-Holland?
Het is mij bekend dat er daartoe plannen zijn.

2

Klopt het dat de emissie van fijn stof per eenheid circa 60.000 kg/jaar is, dat de NOx
emissie circa 700.000 kg/jaar per jaar is en dat dit net zoveel is als een moderne
kolencentrale bij een tien maal zo groot vermogen? Als dit waar is, valt de stroom van
BIOX dan de kwalificeren als groene stroom? Klopt het dat het bedrijf hiervoor in 10 jaar
388 miljoen Euro MEP subsidie krijgt?

De waarden die momenteel worden overwogen door het bevoegd gezag in de
milieuvergunningverlening zijn gerelateerd aan een emissienorm van 225 g/GJ voor NOx
en een emissienorm van 20 mg/m3 voor stof. Op dit moment zijn deze normen
realiseerbaar bij de huidige stand van de techniek voor het type conversieproces dat
BIOX wil gaan toepassen en de daaraan verbonden nageschakelde DeNOx. Het is mij
bekend dat het bevoegd gezag in Zuid-Holland in het kader van de vergunningverlening
met BIOX tot overeenstemming is gekomen om een ontwikkeltraject in te zetten met het
oogmerk om binnen 10 jaar een emissie van 30 g/GJ voor NOx te bereiken, alsmede een
nader onderzoek te doen naar de mogelijkheden om op kortere termijn een lagere
stofemissie te bereiken. Onmiskenbaar is de NOx emissie per eenheid nu relatief hoog
vergeleken met de NOx emissie van grotere installaties zoals een kolencentrale.
Bezoekadres Doorkiesnummer Telefax

Prinses Beatrixlaan 5, k. 128 070-3796413 070-3796358
Behandeld door

W. van der Heul

Hoofdkantoor

Bezuidenhoutseweg 30

Postbus 20101

2500 EC 's-Gravenhage

Telefoon (070) 379 89 11

Telefax (070) 347 40 81

Email ezpost@minez.nl

Website www.minez.nl Verzoeke bij beantwoording van deze brief ons kenmerk te vermelden
Daar staat tegenover dat de installaties van BIOX evenals kolencentrales, onder het
systeem voor NOx emissiehandel vallen en per saldo moeten voldoen aan de zogenaamde
Performance Standard Rate (PSR) die momenteel op 68 g/GJ ligt en in 2010 op 40 g/GJ
zal liggen. Alle installaties die vallen onder het systeem voor NOx emissiehandel zullen
per jaar voldoende emissierechten moeten overleggen aan de Nederlandse Emissie
Autoriteit (Nea).

Ten aanzien van de vraag of de elektriciteit die in een dergelijke centrale wordt opgewekt
als groene stroom kan worden gekwalificeerd is het antwoord ja. In de betreffende
centrale wordt namelijk zuivere biomassa, conform de definitie in de Elektriciteitswet
1998 ingezet. De huidige wetgeving waarop de MEP gebaseerd is biedt geen
mogelijkheid tot uitsluiting op grond van bijvoorbeeld een duurzaamheidtoets. Uiteraard
dienen projecten wel te voldoen aan de Milieuwetgeving.
Onder het subsidieregime van de MEP zoals dat gold vóór 6 oktober jl. werd voor
kleinschalige biomassaprojecten (kilowattuur toegekend. De subsidie zou dan bij een centrale met een vermogen van 49
MW en 8000 draaiuren maximaal ¤ 38 mln per jaar bedragen, dus in 10 jaar maximaal ¤
380 mln. Met ingang van 6 oktober j.l. heb ik echter voor kleinschalige
biomassaprojecten tussen de 10 en 50 MW die als brandstof bio-olie inzetten een lager
subsidiebedrag van 6 ¤ct per kilowattuur vastgesteld. De subsidie per jaar voor een
centrale van 49 MW met 8000 draaiuren zou dan maximaal ¤ 23,5 mln bedragen.
3

Hoe verhoudt de subsidie aan de centrale zich met eerdere uitspraken door u gedaan naar
aanleiding van vragen over het stoken van palmolie?

Mijn antwoorden op eerdere vragen van de leden Van der Ham en Samsom van 9
september jl. (nr. 2319) over de inzet van palmolie in elektriciteitscentrales zijn volledig
van toepassing op de inzet van palmolie in kleinschalige biomassa-installaties. Zoals in
die antwoorden aangegeven streef ik naar verdere verduurzaming van de biomassa inzet.
(w.g.) mr. L.J. Brinkhorst

Minister van Economische Zaken

2