Ministerie van Justitie

Persbericht

Verdonk is afspraken met VNG wel nagekomen
23 december 2005
Minister Verdonk voor Vreemdelingenzaken en Integratie is de afspraken die met de gemeenten zijn gemaakt inzake het terugkeerbeleid wel nagekomen. Dit heeft zij de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) laten weten in een reactie op het rapport De Rekening, waarin onder meer wordt gesuggereerd dat er ondanks de toezeggingen van de minister nog steeds mensen op straat terecht komen. Minster Verdonk stelt in de reactie dat de wijze waarop in het rapport haar uitspraken en toezeggingen zijn weergegeven een onjuist en eenzijdig beeld geeft van de afspraken die met de gemeenten en de Tweede Kamer zijn gemaakt over terugkeer van afgewezen vreemdelingen.

In het rapport wordt bijvoorbeeld aangegeven dat de betreffende gemeenten ervan uitgegaan zijn dat vreemdelingen die onder de doelgroep van het project Terugkeer vallen, in geen enkel geval op straat terecht zouden komen. Dat is echter nooit gegarandeerd. Vanaf het begin van het project Terugkeer is aangegeven dat van degenen die niet zelfstandig willen terugkeren en niet gedwongen kunnen worden uitgezet en waarbij ook het zicht op uitzetting ontbreekt, het verblijf in het vertrekcentrum dan wel de vreemdelingenbewaring beëindigd wordt.

Onder meer in de brieven van 23 april 2004 (waarnaar ook in het rapport De Rekening wordt gerefereerd) en 24 december 2004 aan de VNG, de Commissarissen der Koningin en de Colleges van burgemeesters en wethouders inzake het project Terugkeer stond: Indien na de 8 of 12 weken in het Vertrekcentrum de asielzoeker niet zelfstandig is vertrokken en uitzetting nog niet plaats heeft kunnen vinden, wordt bekeken of uitzetting op redelijke termijn mogelijk is. Als hiervan geen sprake is, dan wordt de toezichtsmaatregel beëindigd. En tijdens het Algemeen Overleg in de Tweede Kamer van 27 juli 2004 is gezegd: Weigert men terug te gaan, dan wordt overgegaan tot een gedwongen terugkeer (). Wanneer er geen zicht op uitzetting is en mensen keren niet vrijwillig terug, dan kiezen mensen er zelf voor om de illegaliteit in te gaan.

Asielzoekers die écht terug willen, kunnen ook terugkeren en hoeven niet op straat terecht te komen. In dit verband is ook steeds gezegd dat niemand op straat terecht hoeft te komen voordat alle fasen van het project Terugkeer doorlopen zijn. Ten aanzien van de uitgeprocedeerde asielzoekers die onder het project Terugkeer vallen is het doel juist steeds om deze personen (bij voorkeur vrijwillig) terug te laten keren naar het land van herkomst en daarmee zoveel mogelijk te voorkomen dat uitgeprocedeerde asielzoekers op straat belanden.

De overheid spant zich ten aanzien van deze groep asielzoekers extra in, maar is niet gehouden tot het onmogelijke. Daarbij geldt dat uitgeprocedeerde asielzoekers die ondanks hun eigen inspanningen Nederland niet kunnen verlaten in aanmerking kunnen komen voor een vergunning op grond van het buitenschuldbeleid. De enige manier om het op straat belanden van asielzoekers te voorkomen, is hen tijdens en na de procedure voor onbepaalde tijd op te sluiten, een maatregel die ook door gemeenten disproportioneel wordt geacht.

Minister Verdonk wijst de VNG er in haar reactie nogmaals op dat zij niet voornemens is om, tegen wet- en regelgeving in, onbeperkt opvang of onderdak te verschaffen aan uitgeprocedeerde asielzoekers en daarmee een soort gedoogd verblijf toe te staan. Evenmin is zij voornemens hiertoe de wet- en regelgeving te wijzigen.