Mestverwerking door substitutie verlengd
Op initiatief van Kris PEETERS, Vlaams minister van
Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, heeft de
Vlaamse Regering het ontwerpbesluit goedgekeurd dat
enerzijds de regeling van de mestverwerking door
substitutie verlengt voor een periode van één jaar, en
anderzijds de mestverwerkingsplicht van 2006 bevriest op
hetzelfde peil als deze van 2005.
In 2005 zijn er zo'n 1.550 veeteeltbedrijven
verwerkingsplichtig. Dit betekent dat zij een deel van
hun mestoverschot moeten verwerken of laten verwerken en
exporteren. De veeteeltbedrijven moeten volgens het
huidig mestdecreet ongeveer 14 miljoen kg stikstof
verwerken. Tot hiertoe wordt jaarlijks daarvan 9 miljoen
kg gerealiseerd: 1 miljoen door verwerking van
varkensmest; 5 miljoen door verwerking van kippenmest en
drie miljoen door substitutie met kippenmest.
Substitutie houdt in dat bedrijven onder welbepaalde
voorwaarden de verwerkingsplicht gedeeltelijk invullen
door de verwerking van niet-verwerkingsplichtige
dierlijke mest, afkomstig van een ander bedrijf.
Meestal gaat het hierbij om de vervanging van de
verwerking van varkensmest door de verwerking van
pluimveemest, omdat de technologie inzake verwerking van
kippenmest het verst gevorderd is en kippenmest
gemakkelijker kan uitgevoerd worden.
Deze mogelijkheid van substitutie van de verplichte
verwerking van varkensmest door de niet-verplichte
verwerking van kippenmest gold volgens het huidig echter
maar voor de overgangsjaren 2003 tot 2005.
In het kader van de nitraatrichtlijn en het arrest van
het Europees Hof van Justitie van 22 september 2005,
wordt op dit ogenblik onderhandeld met de Europese
Commissie over een nieuw actieprogramma en heeft het
opstellen van een nieuw mestdecreet vertraging opgelopen.
De mogelijkheid van substitutie zou dus vervallen op het
einde van dit jaar en niet van toepassing zijn in 2006.
Aldus zou de noodzakelijke verwerking via substitutie van
ongeveer 3 miljoen kg stikstof wegvallen.
Bovendien zou de mestverwerkingsplicht voor de bedrijven
volgens het huidige mestdecreet met 5 % stijgen, terwijl
er momenteel onvoldoende verwerkingscapaciteit is.
De minster van Leefmilieu en Natuur heeft daarom het
initiatief genomen om het Vlaamse Parlement te vragen
deze regeling van de mestverwerking via substitutie te
verlengen zodat de milieuwinst die door mestverwerking
gerealiseerd wordt, behouden blijft. Daarnaast heeft de
minister ook gevraagd om de mestverwerkingsplicht te
bevriezen op het peil van 2005. Indien dit niet zou
gebeuren, worden de veetelers met onhaalbare
doelstellingen geconfronteerd.
Het Vlaams Parlement keurde gisteren 22 december 2005 een
decreet goed waarbij de mogelijkheid om mest te (laten)
verwerken via substitutie van de verwerking van
varkensmest door de verwerking van kippenmest verlengd
wordt met één jaar en waarbij de mestverwerkingsplicht
van 2006 dezelfde is als deze van 2005.
"Op 1 januari 2007 moet er een nieuw mestdecreet zijn,
waarin een haalbare mestverwerkingsplicht zal
ingeschreven worden, in aanmerking nemend dat Vlaanderen
voor 100% kwetsbaar zal zijn conform de Europese
nitraatrichtlijn. De overgangsmaatregel die de
mestverwerking via substitutie voor één jaar verlengt,
draagt er alvast toe bij dat ook in 2006 de milieuwinst
door mestverwerking behouden blijft", aldus minister
Peeters.
persinfo : Luc De Seranno, woordvoerder van
minister Peeters - tel. 02 552 66 00
e-mail: persdienst.peeters@vlaanderen.be
Vlaamse overheid