Gemeente Hoorn
Gemeente Hoorn ziet grenscorrectie als middel om vaart te zetten achter
regionale bedrijventerreinen
Persbericht d.d.: 27 december 2005
Gezien het schrijnende tekort aan bedrijfsterreinen in de regio en de
nalatigheid van Wester-Koggenland en Wognum om op eigen grondgebied
ruimtelijke kaders voor bedrijfsterreinen te scheppen, sturen
Burgemeester en Wethouders van Hoorn aan op grenscorrectie. Het
college ziet dit als middel om Hoorn als centrumgemeente in de positie
te brengen haar medeverantwoordelijkheid voor de regio waar te maken.
B en W van Hoorn schrijven dit in een brief van 22 december 2005 aan
Gedeputeerde Staten van Noord-Holland.
Op 15 december jl. hebben B en W van Hoorn een zienswijze ingediend op
het ontwerp-structuurplan van de gemeenten Obdam, Wester-Koggenland en
Opmeer (OWO). De zienswijze richt zich met name op het in strijd met
het Ontwikkelingsbeeld Noord-Holland Noord (het nieuwe streekplan)
niet opnemen van het regionale bedrijventerrein aan de Jaagweg in
Avenhorn in het intergemeentelijk structuurplan. Het voorontwerp van
dat structuurplan dateert al van begin 2004. Het heeft dus geen
rekening kunnen houden met het (gewijzigd) vastgestelde
Ontwikkelingsbeeld Noord-Holland Noord. Nadien was er voldoende
gelegenheid om het voorontwerp aan het besluit van Provinciale Staten
aan te passen door het bedrijventerrein Jaagweg in het structuurplan
op te nemen. `Dat is echter niet gebeurd', schrijven B en W van Hoorn
aan de gemeenteraad van Wester-Koggenland. `In het commentaar op onze
overlegreactie op het structuurplan wordt dit bedrijventerrein zelfs
stelselmatig weggeschreven. Het structuurplan dient daarom te worden
aangepast. Wij verzoeken u derhalve het structuurplan gewijzigd vast
te stellen door alsnog het bedrijventerrein ten noordoosten van de
Jaagweg, in overeenstemming met het streekplan, in het structuurplan
op te nemen'.
Eerder was het bedrijventerrein niet opgenomen in het
voorontwerp-bestemmingsplan Landelijk Gebied 2005 van
Wester-Koggenland. In hun reactie hierop van 8 juni 2005 wezen B en W
van Hoorn de gemeente Wester-Koggenland op deze strijdigheid met het
nieuwe streekplan.
Aangezien de reacties van de gemeente Hoorn kennelijk niet door de
buurgemeenten worden overgenomen, stelt het Hoornse college in de
brief aan Gedeputeerde Staten dat grenscorrectie nu actueel en
opportuun is.
Brief aan GS
Zowel het dagelijks bestuur van de gemeente Hoorn als dat van de
provincie Noord-Holland koesteren dezelfde opvatting als het gaat om
de inhoudelijke kant van de ontwikkeling van West-Friesland, daar is
het college van Hoorn van overtuigd. `Daarom is het jammer dat uw en
onze opvattingen uiteen lijken te lopen zodra het gaat om de hanteren
middelen teneinde het gezamenlijk gewenste doel te bereiken. Dat
verschil van inzicht wordt manifest zodra het instrumentarium van de
ruimtelijke ordening en dat van de bestuurlijke organisatie (fusie van
gemeenten en/of grenscorrectie) elkaar als het ware ontmoeten in een
discussie over die gewenste ontwikkeling,' schrijven B en W van Hoorn
in hun brief aan Gedeputeerde Staten.
`Op 15 november heeft een delegatie van ons college hierover van
gedachten gewisseld met de gedeputeerden Moens en Schipper. Wij hebben
goede nota genomen van uw opvatting dat primair het
ruimtelijkeordeningsinstrumentarium moet worden gehanteerd voor het
oplossen van ruimtelijke vraagstukken. In het gesprek van 15 november
ging het vooral over het vraagstuk van de regionale bedrijventerreinen
Jaagweg op het grondgebied van Wester-Koggenland en Westfrisia-noord
op het grondgebied van Wognum, beide direct grenzend aan het
grondgebied van Hoorn.
Gedeputeerde Moens schetste daarbij een drietrapsraket:
1. het autonome gemeentebestuur (Wester-Koggenland c.q. Wognum) zal
zélf voor zijn grondgebied de ruimtelijke kaders moeten creëren;
2. indien en voorzover het bestuur dat nalaat en daarmee handelt in
strijd met het belang van de regio, ligt het op de weg van het
provinciebestuur om het betreffende gemeentebestuur op andere
gedachten te brengen;
3. leidt ook dat niet tot het gewenste resultaat, dan kan
grenscorrectie als middel worden gehanteerd om de centrumgemeente
Hoorn in de positie te brengen haar medeverantwoordelijkheid voor
de regio waar te maken.
Ook wij hanteren deze benadering', stellen B en W van Hoorn, `wij
menen dat fase 3 nu actueel en opportuun is.' Het Hoornse college
voelt zich in deze opvatting gesterkt door de nalatigheid van
Wester-Koggenland en Wognum om op eigen grondgebied ruimtelijke kaders
voor regionale bedrijfsterreinen te scheppen, terwijl de behoefte
daaraan zo nijpend is.
`Graag blijven wij met onze bestuurlijke partners in West-Friesland en
met uw college in gesprek over dit voor deze regio zo belangrijke
onderwerp. Het is echter de hoogste tijd om woorden in daden om te
zetten. Waar wij kunnen, zullen we de besluitvorming in die richting
stimuleren. Om die reden hadden wij om overleg met de gedeputeerden
verzocht; om die reden ook hebben wij gehoor gegeven aan de
uitnodiging van de Vaste Kamercommissie voor Binnenlandse Zaken voor
de hoorzitting van die commissie op 7 december.'
B en W van Hoorn vernemen voorts graag van GS wanneer het rapport over
de economische uitvoerbaarheid van het plan bedrijventerrein Jaagweg,
opgesteld door een extern bureau, door Gedeputeerde Staten naar buiten
wordt gebracht.
---