Productschap Diervoeder

28/12/2005

Wijzigingen van GMP+ certificatieschema diervoedersector 2006 (en 2003)

Het bestuur van het Productschap Diervoeders heeft onlangs een aantal wijzigingen vastgesteld van het GMP+ certificatieschema diervoedersector 2006. De wijzigingen hebben allemaal betrekking op de verplichte monitoring. De voorwaarden hiervoor zijn vastgelegd in enkele protocollen, die zijn opgenomen in Bijlage 4 van GMP+:2006. Tevens is een kleine aanpassing in Bijlage 10 Inkoop doorgevoerd.

Deze wijzigingen zullen ook in overeenkomstige documenten opgenomen worden van het GMP+ certificatieschema diervoedersector 2003, omdat deze in het overgangsjaar 2006 ook nog van toepassing is. In het schema GMP+:2003 gaat het met name om de documenten GMP18A en GMP18B. Verder is het Actieplan Kwaliteitsborging Palmolie aangepast.


1) Procescontrole bij productie van pluimveevoeders

Protocol 1, dat geldt voor producenten en leveranciers van pluimveevoeders, wordt aangepast. De verplichte procescontrole, die al gold bij de productie van kalkoenvoeders, is nu ook van toepassing voor andere pluimveevoeders. Er wordt daarbij een onderscheid gemaakt tussen zgn. effectief behandelde en overige pluimveevoeders.


2) Monitoring van voedermiddelen, geleverd aan rundvee- varkensbedrijven

Gebleken is dat bij het opstellen van de GMP+-documenten niet alle voorwaarden vanuit voorgaande GMP-documenten goed zijn overgenomen. Dit is rechtgetrokken met het schrappen van Protocol P5 Monitoring Voedermiddelen en Vochtrijke mengsels bestemd voor veehouderijbedrijven en het aanpassen van Protocol P3 Monitoring op Voedermiddelen bestemd voor overige veehouderijbedrijven (niet bestemd voor pluimvee).

Eén en ander betekent dat voor de betreffende voedermiddelen (vooral ruwvoeders, fourageproducten en vochtrijke voeders) geldt dat de norm blijft gelden, maar dat monitoring plaatsvindt op basis van de resultaten van de bedrijfseigen risico-analyse.


3) Protocol Monitoring Palmolie

Dit protocol is aangepast op basis van een uitgevoerde evaluatie. Belangrijke wijziging is dat een GMP+-gecertificeerde onderneming, die op basis van de voorwaarden uit dit protocol palmolie aankoopt voor levering aan GMP+-gecertificeerde ondernemingen, zich moet melden bij het Productschap Diervoeder.

N.B. In GMP+:2003 zijn deze voorwaarden opgenomen in het Actieplan Kwaliteitsborging Palmolie. Dit actieplan is eveneens aangepast en opnieuw gepubliceerd. Zie hiervoor deze link.


4) Protocol Monitoring Interventiezuivelpoeder

Dit protocol is geschrapt. Gebleken is dat de inslag en uitslag van interventiepoeder met zodanige waarborgen is omgeven dat verplichte monitoring niets meer toevoegt. Dit betekent dat GMP+-gecertificeerde ondernemingen zonder verdere voorwaarden de betreffende zuivelpoeders kunnen aankopen.