EVO, Ondernemersorganisatie voor logistiek en transport
http://www.evo.nl

PERSBERICHT EVO

29 december 2005

Belasting met toegevoegde last: dreiging voor europese dienstverleners

Oostenrijk heeft de EU-aanpak van fraude met BTW hoog op de agenda van het Oostenrijkse voorzitterschap van de EU gezet. Eerder al had de Hongaarse EU Commissaris Kovács een voorstel gedaan voor aanpassing van de BTW wetgeving voor internationaal dienstverleners.

EVO onderschrijft de noodzaak om de Europese BTW-regels fraudebestendiger te maken. Wel dient hierbij nadrukkelijk aandacht te worden besteed aan de administratieve lasten die de regels met zich mede brengen. In de EVO-top 10 van administratieve lasten worden omzetbelastingformaliteiten gezien als een van de grootste veroorzakers van administratieve lasten. Belangrijke reden hierbij is de omslachtige teruggaafprocedure van zogenaamde "buitenlandse" omzetbelasting in een andere lidstaat. Behalve dat de regels omslachtig zijn, duurt het ook nog lang voor ondernemers hun geld weer terug hebben.

De huidige voorstellen voldoen niet aan bovenstaand criterium. De Europese Commissie wentelt de problemen die zij heeft om lidstaten op één lijn te krijgen af op de ondernemers. Zo moeten dienstverlenende bedrijven volgens de voorstellen de regels toepassen van het land van de afnemer. Voor elk land waar zaken worden gedaan moet dus een aangifte worden gedaan; dat kan betekenen dat soms 24 extra aangiften omzetbelasting moeten worden gedaan.

In 1993 werden de huidige Europese BTW-regels aangeduid met een "tijdelijke regeling". Inmiddels viert deze regelgeving bijna een twaalfen halfjarig jubileum en is de winstderving die bedrijven als gevolg van de lasten van de regelgeving hebben opgelopen een veelvoud van de 60 miljard die jaarlijks als schade weglekt. Geen reden voor een feestje dus. EVO stelt deze misstand aan de kaak bij de Commissie Stevens, de Interdepartementale Projectdirectie Administratieve Lasten en het directoraat-generaal TAXUD te Brussel.