Algemeen ambtsbericht Democratische Republiek Congo| september 2005
Verschijnt 09-12-2005.
Samenvatting
In de afgelopen zes jaar zijn naar schatting 3,8 miljoen mensen omgekomen als
gevolg van de gewapende strijd in de DRC, verreweg de meeste van de
slachtoffers zijn burgers en veelal kinderen. De VN ziet de situatie in Oost-Congo
als 's werelds grootste humanitaire crisis en volgens UNICEF is de strijd in de
DRC een van de bloedigste conflicten sinds de Tweede Wereldoorlog.
Dagelijks worden de mensenrechtenschendingen geschonden. Verkrachtingen,
moord, onwettige gevangenneming, marteling, plunderingen en brandstichting zijn
in het oosten van de DRC aan de orde van de dag. Zowel het regeringsleger als de
rebellen maken zich schuldig aan oorlogsmisdrijven. In de door de regering
gecontroleerde gebieden is de situatie voor burgers thans relatief veilig.
De veiligheidssituatie in Kinshasa is relatief goed, alhoewel alertheid geboden is,
met name buiten de residentiële wijk Gombe. Gedurende de verslagperiode vielen
enkele doden in verschillende Congolese steden tijdens demonstraties rond 30 juni
2005, de dag waarop de oorspronkelijk vastgestelde Transitieperiode zou eindigen.
De Periode werd echter door het parlement met zes maanden verlengd tot 31
december 2005.
De Senaat en de Nationale Vergadering aanvaardden de ontwerp-grondwet, die
naar verwachting op 27 november 2005 per referendum aan het volk ter
goedkeuring zal worden voorgelegd. Naar verwachting worden de nationale
verkiezingen op 22 maart 2006 gehouden. In juli 2005 is in Kinshasa begonnen
met het registreren van de naar schatting 28 miljoen kiesgerechtigden. Later
volgen de andere delen van het op twee na grootste Afrikaanse land.
De ontwapening en demobilisatie van rebellen verloopt moeizaam, mede doordat
gewapende confrontaties in de Kivu-provincies en het Ituri-district aanhouden.
Door de toegenomen onveiligheid, hernieuwde gevechten en de angst voor een
mogelijke terugkeer van een grootschalig conflict zijn sinds januari 2005 meer dan
100.000 mensen op de vlucht geslagen.
Hoewel de verklaring van 31 maart 2005 van de Hutu-rebellenbeweging FLDR dat
zij de gewapende strijd tegen Rwanda zal staken en vrijwillig zal ontwapenen, met
voorzichtig optimisme werd begroet, verloopt het ontwapenings- en
repatriatieproces zeer moeizaam.
Verschillende internationale organisaties zijn werkzaam in de DRC. België, het
Verenigd Koninkrijk en Zwitserland beschouwen de DRC veilig genoeg voor
terugkeer van afgewezen asielzoekers en zetten daadwerkelijk Congolezen uit. De
UNHCR is niet tegen terugkeer van bepaalde categorieën mensen naar Kinshasa, doch waarschuwt tegen gedwongen terugkeer van afgewezen en uitgeprocedeerde asielzoekers naar gebieden buiten Kinshasa.
Ministerie van Buitenlandse Zaken