INLIA


Evidente onjuistheid in ambtsbericht Iran 09/01/2006 In ambtsberichten van Buitenlandse Zaken over de mensenrechtensituatie in een bepaald land van herkomst van asielzoekers worden conclusies vaak gebaseerd op 'objectieve, betrouwbare bronnen.' Het loont nog wel eens de moeite om die in voetnoten geplaatste bronnen te raadplegen. Dat levert soms schokkende resultaten op.

In het ambtsbericht Iran van februari 2005 stond: Toch heeft de laatste jaren in geen enkel geval strafvervolging of executie plaatsgevonden van personen die zich hebben bekeerd tot het christendom. Bij deze stelling wordt verwezen naar het 'International Religious Freedom Report' van het US Department of State van 2004. Op pagina 6 van dit rapport staat vervolgens: Conversion of a muslim to a non-muslim religion is considered apostasy under Iranian law and is punishable by the death penalty, although it is unclear that this punishment has been enforced in recent years. De conclusie die BUZA trekt uit dit rapport kan dan ook niet gebaseerd zijn op het rapport van het US Department of State van 2004. Dit rapport geeft immers aan dat het onduidelijk is of de doodstraf ten aanzien van bekeerlingen is voltrokken. Deze grove fout in het ambtsbericht is van groot belang voor Iraniërs die tot het Christendom zijn bekeerd.

Met name nu de Raad van State en de rechterlijke macht zich heel vaak beroepen op de letterlijke tekst van ambtsberichten om zaken af te wijzen is het van uitermate groot belang dat deze bronnen juist worden geïnterpreteerd. En dit was nog maar 1 van de meer dan 100 bronnen waar in dit specifieke ambtsbericht naar verwezen wordt.