Ministerie van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801
2509 LV Den Haag
der Staten-Generaal Anna van Hannoverstraat 4
Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44
Telefax (070) 333 40 33
2513 AA 's-GRAVENHAGE
Uw brief Ons kenmerk
16 december 2005, nr. 2050605060 AV/A&Z/2005/104869
Onderwerp Datum
Kamervragen van de leden Hamer en 24 januari 2006
Stuurman
./. Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van de leden Hamer en Stuurman (beiden
PvdA) over de gevolgen van de problemen bij KidsConcern.
De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
(mr. A.J. de Geus)
2
2050605060
Vragen van de leden Hamer en Stuurman (beiden PvdA) aan de minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid over de gevolgen van het faillissement van Kids Concern. (Ingezonden
16 december 2005)
Vraag 1.
Bent u bekend met het feit dat sommige kinderopvangondernemers ouders sommeren, al
dan niet met inzet van deurwaarders, om de door Kids Concern niet-betaalde rekeningen
voor de opvang van hun kind op korte termijn zelf te voldoen?
Antwoord 1.
Zie het antwoord op vraag 2.
Vraag 2.
Weet u dat het hier om honderden gevallen gaat met rekeningen van duizenden euro's,
terwijl de ouders zelf aan al hun verplichtingen hebben voldaan?
Antwoord 2.
Op 21 december 2005 vond ambtelijk overleg over kinderopvang plaats tussen het Ministerie
van SZW en vertegenwoordigers van de MO-groep, Branchevereniging, BOinK en het
Waarborgfonds kinderopvang. Bij die gelegenheid is ook gesproken over de situatie als gevolg
van de problemen bij KidsConcern. Partijen in het overleg gaven aan dat ongeveer 9.000 ouders
gedupeerd zijn. Bij ongeveer 8.000 ouders gaat het om de werkgeversbijdrage en bij ongeveer
1.000 ouders om de gehele bekostiging van het kinderopvanggebruik. Tevens bevestigden zij het
beeld dat in een aantal gevallen kinderopvangorganisaties de ouders aanspreken op door
KidsConcern niet betaalde rekeningen. Er is overigens op dit moment geen sprake van een
faillissement van KidsConcern.
Vraag 3.
Bent u bereid de oproep van BOinK aan de Kinderopvangondernemers om ouders een
aantal weken respijt te geven, te ondersteunen?
Antwoord 3.
Zie het antwoord op vraag 6.
Vraag 4.
Is het u bekend dat de ouders niet alleen geen invloed hadden op de keuze van hun
werkgever om met Kids Concern in zee te gaan, maar ook soms gedwongen werden om alle
betalingen via Kids Concern te laten lopen?
Antwoord 4.
Het is mij bekend dat in sommige gevallen ouders de werkgever moesten volgen in zijn
keuze de afhandeling van de werkgeversbijdrage via KidsConcern te laten verlopen. Dit kon
betekenen dat niet alleen de werkgeversbijdrage, maar de gehele betaling van de factuur via
KidsConcern moest verlopen. In andere gevallen konden ouders zelf kiezen op welke wijze
zij de werkgeversbijdrage uitbetaald wilden hebben. De keuze voor een bepaald
arrangement is het resultaat van afspraken tussen werkgevers en werknemers als onderdeel
van de arbeidsvoorwaarden.
3
Vraag 5.
Bent u bereid om te bezien of het mogelijk is om de Belastingdienst de over de maand
december betaalde ouderbijdrages terug te laten vorderen?
Antwoord 5.
Direct na het bekend worden van de problemen bij KidsConcern begin december 2005 heeft
de Belastingdienst via advertenties in landelijke dagbladen ouders opgeroepen bestaande
machtigingen in te trekken en door te geven naar welk rekeningnummer de tegemoetkoming
over december kan worden overgemaakt. Op die manier is voorkomen dat betalingen voor
tegemoetkomingen aan ouders over de maand december, die betrekking hadden op
december 2005 en op januari 2006, bij KidsConcern terecht kwamen. Een terugvordering is
daardoor niet nodig.
Vraag 6.
Bent u bereid om, gelet op de urgentie van deze zaak, te proberen op korte termijn samen
met de sector en het waarborgfonds tot een oplossing voor de gedupeerde ouders te komen?
Antwoord 6.
In het overleg van 21 december 2005, vermeld in het antwoord op vraag 2, hebben partijen
aangegeven gezamenlijk te zoeken naar een oplossing voor de problematiek en te werken
aan een structuur om dergelijke risico's in de toekomst op te kunnen vangen. Indien partijen
daarbij het Waarborgfonds wensen in te zetten, zullen zij met mij in overleg treden. Mijn
eventuele medewerking zal aan strikte voorwaarden zijn gebonden.
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid