Antwoorden op kamervragen van Arib over de aankoop van een voorraad Tamiflu
Kamerstuk, 31-1-2006
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
31 januari 2006
DBO-K-U-2655014
Antwoorden op kamervragen van het Kamerlid Arib over de aankoop van
een voorraad Tamiflu.
(2050606850)
Vraag 1
Kent u het bericht van het RIVM dat bij een griepepidemie in Nederland
40.000 doden zullen vallen? 1)
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Is het waar dat, juist om de eerste verschijnselen van een pandemie te
kunnen bestrijden, u vorig jaar een voorraad Tamiflu heeft ingekocht?
Antwoord 2
Ja.
Vraag 3
Klopt het dat de Commissie Farmaceutische Hulp (CFH) u onlangs heeft
geadviseerd om Tamiflu niet te vergoeden, aangezien de effectiviteit
onvoldoende is aangetoond en Tamiflu volgens de CFH kan worden
vergeleken met "neusdruppels"?
Vraag 4
Hoe verhoudt dit advies van de CFH zich tot het advies van de
Gezondheidsraad, op basis waarvan u heeft besloten tot het aankopen
van een voorraad Tamiflu?
Antwoord 3 en 4
Dit advies van de CFH betreft het gebruik van Oseltamivir tijdens een
regulier griepseizoen.
De CFH heeft geconcludeerd dat Oseltamivir (de werkzame stof van
Tamiflu) geen therapeutische meerwaarde heeft voor (risico)patiënten.
Voor risicogroepen is griepvaccinatie de standaardbehandeling. Volgens
de commissie bekort Oseltamivir wel de ziekteduur van gezonde personen
met 30 uur.
De voorraad antivirale middelen die ik heb aangeschaft op advies van
de Gezondheidsraad zijn echter bedoeld voor gebruik tijdens een
grieppandemie. Het CFH geeft in haar advies expliciet aan dat
Oseltamivir niet is beoordeeld voor de indicatie pandemie.
Een belangrijke reden om een voorraad antivirale middelen aan te
leggen is dat gebruik ervan de besmettelijkheid van patiënten
vermindert. Tijdens een grieppandemie kunnen deze middelen dus een
belangrijke rol spelen bij het afremmen van de pandemie en het
beperken van de gevolgen ervan.
Daarnaast zal tijdens een grieppandemie niet direct een vaccin
beschikbaar zijn tegen het virus dat de pandemie veroorzaakt. In deze
situatie vormen antivirale middelen voor de individuele patiënt de
enige mogelijke behandeling.
1) de Volkskrant 17 januari jl.
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport