Provincie Groningen

Delfzijl Commissaris van de koningin benoemt waarnemer in Delfzijl 20 februari 2006

Vandaag heeft commissaris van de koningin Hans Alders met ingang van 21 februari 2006 de heer mr. C.J.D. Waal (PvdA) benoemd als waarnemend burgemeester in Delfzijl. De heer mr. C.J.D. Waal was ondermeer burgemeester van Deventer en waarnemend burgemeester van de gemeenten Castricum en Sassenheim.

Verklaring van de Commissaris van de Koningin:

Op dinsdagavond 14 februari jl. heb ik vastgesteld dat er in objectieve zin sprake is van verstoorde verhoudingen in de gemeente Delfzijl. Ik ben tot die conclusie gekomen nadat de fractievoorzitters van de collegepartijen mij diezelfde avond hebben meegedeeld dat zij weliswaar vertrouwen hebben in de burgemeester, maar het niet gewenst achten dat de portefeuille PO terug moet worden gegeven aan de burgemeester. Net als in de dagen voorafgaand aan 14 februari bleek ook tijdens die avond dat er geen ruimte werd geboden voor het aangaan van een gesprek. Over deze uitkomst heb ik burgemeester Appel-De Waart geïnformeerd. Zij heeft op grond daarvan besloten om de Kroon te verzoeken haar ontslag te verlenen. Met respect en waardering heb ik daarvan kennisgenomen en ik zal haar verzoek met een positief advies voorleggen aan de minister van Binnenlandse Zaken.

Op woensdagmorgen 15 februari jl. heb ik met de wethouders een gesprek gevoerd over de ontstane situatie en met hen enkele praktische werkafspraken gemaakt. In dat gesprek heb ik aangegeven dat ik, gezien de instabiele situatie in Delfzijl, op een zo kort mogelijke termijn wil komen tot de benoeming van een waarnemend burgemeester.

Op donderdag middag 16 februari jl. heb ik een gesprek gevoerd met minister Remkes van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). Daarin heb ik de minister geïnformeerd over mijn voornemen om op korte termijn een waarnemer te benoemen. Tevens hebben wij de mogelijkheden verkend om de politiek-bestuurlijke situatie weer in normaal vaarwater te doen geraken.

De minister heeft in dat gesprek aangegeven dat de ontwikkelingen in afgelopen weken hem erg verontrusten. Hij maakt zich ernstige zorgen over de bestuurlijke situatie in Delfzijl. Daarbij weegt hij mee dat zich nog niet zo lang geleden ook al grote bestuurlijke problemen voordeden in deze gemeente. Dit is niet goed voor de gemeente Delfzijl, die juist voor grote sociale en economische problemen staat. Vanuit zijn verantwoordelijkheid stelt hij ook vast dat situaties als deze slecht zijn voor het aanzien van het openbaar bestuur.

In het licht van de ontstane situatie heeft de minister aangegeven dat hij er zeer aan hecht dat de commissaris van de koningin de bestuurlijke situatie in Delfzijl zorgvuldig blijft volgen en dat deze daarover waar nodig zijn oordeel vormt en dit voorhoudt aan de verantwoordelijke organen van de gemeente. Ook heeft de minister aangegeven dat hij eens per kwartaal van mij een rapportage wil ontvangen over de ontwikkelingen in Delfzijl en over mijn inzet om zo bij te dragen aan het goed functioneren van het bestuur van de gemeente. Tot slot heeft de minister aangegeven dat hij samen met mij, na de verkiezingen op 7 maart aanstaande, met de nieuwe gemeenteraad een gesprek wil voeren over de huidige en toekomstige situatie in Delfzijl. Een brief van de minister met deze strekking heb ik vandaag ontvangen en is in afschrift aan de gemeenteraad gestuurd.

Op vrijdag 17 februari jl. heb ik in de middag een gesprek met de wethouders, de secretaris, de loco-secretaris en de raadsgriffier gevoerd over de onrust die is ontstaan onder het personeel van de gemeente Delfzijl. In het gesprek heb ik mijn bereidheid uitgesproken om de OR te woord te staan.

In het weekend heb ik een gesprek gevoerd met de heer mr. C.J.D. Waal en heb ik hem bereid gevonden om met ingang van 21 februari 2006 als waarnemend burgemeester van Delfzijl aan te treden.

Vanavond heb ik om 19.00 uur de fractievoorzitters en de wethouders geïnformeerd over mijn voornemen om de heer mr. C.J.D. Waal te benoemen als waarnemend burgemeester van Delfzijl. Zij hebben met instemming gereageerd op dit voornemen. Ook hebben zij een eerste kennismaking gehad met de heer mr. C.J.D. Waal. Met deze persconferentie maak ik bekend dat ik met ingang van 21 februari 2006 de heer mr. C.J.D. Waal benoem als waarnemend burgemeester in Delfzijl. De heer mr. C.J.D. Waal was ondermeer burgemeester van Deventer van 1984 tot 1993 en waarnemend burgemeester van de gemeente Castricum van 1998 tot 2002 en van de gemeente Sassenheim van 2002 tot 2006. Met ingang van 21 februari 2006 heb ik aan burgemeester Appel-De Waart buitengewoon verlof verleend tot de datum van haar ontslag als burgemeester. De rechtspositionele afwikkeling van haar terugtreden, zal in goede samenwerking met het ministerie van BZK nog nader worden uitgewerkt.

Het vertrouwen van de inwoners van Delfzijl is opnieuw ernstig geschaad door de gebeurtenissen van de afgelopen weken. Veel inwoners hebben zich in de richting van de gemeente, maar ook in mijn richting hun ongenoegen en ontevredenheid kenbaar gemaakt over de ontstane situatie. Na de eerste stapjes die vooruit zijn gezet na de laatste bestuurscrisis hebben de inwoners het gevoel dat de gemeente Delfzijl voor de zoveelste keer weer terug is bij af. Ik heb burgemeester Appel gevraagd om mij op basis van haar bevindingen van de afgelopen twee jaren een ambtsbericht te doen toekomen. Ik ga er vanuit dat zij haar uitspraken in het Dagblad van het Noorden over het Sicilië aan de Eems daarbij betrekt. Het is zeer waarschijnlijk dat dit ambtsbericht voor mij aanleiding zal zijn om een nader onderzoek in te stellen naar de bestuurlijke en ambtelijke cultuur in Delfzijl. Ook heb ik de waarnemend burgemeester de heer mr. C.J.D. Waal gevraagd om mij zeer frequent op de hoogte te houden van de ontwikkelingen in Delfzijl.

Het mag duidelijk zijn dat er een zeer grote opgave voor de gemeenteraad, wethouders en waarnemend burgemeester ligt om het geschonden vertrouwen te herstellen. Een constructieve gezamenlijke inzet van de burgemeester, het college van B&W en de gemeenteraad is daarbij onontbeerlijk. De maatschappelijke opgaven voor de gemeente Delfzijl zijn groot, denk bijvoorbeeld alleen maar aan de werkgelegenheid bij de energie-intensieve industrie die op dit moment wordt bedreigd door de hoge energieprijzen. Het aanstellen van deze waarnemend burgemeester vormt het begin van een uiterst noodzakelijk vernieuwingsproces. De komende tijd zal moeten uitwijzen of alle betrokkenen bereid zijn om aan die vernieuwing mee te werken. Mocht onverhoopt toch blijken dat dit niet het geval is, dan zal ik mij beraden op verdergaande stappen in nauw overleg met de minister van BZK.

Groningen, 20 februari 2006.

21 februari 2006