Ministerie van Buitenlandse Zaken

Aan de Voorzitter van de TweedeKamerderStaten-Generaal Binnenhof4
Den Haag Directie Zuidoost- en Oost-Europa en Bezuidenhoutseweg 67
Postbus 20061
2500 EB Den Haag

Datum3 maart 2006BehandeldTanja Röling

KenmerkDZO-029/06Telefoon070-3486571

Blad1/1Fax070-3485329

Bijlage(n)1tanja.roling@minbuza.nl

BetreftBeantwoording vragen van het lid Ormel over de moord op een oppositieleider in Kazachstan

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Ormel over de moord op een oppositieleider in Kazachstan. Deze vragen werden ingezonden op 16 februari 2006 met kenmerk 2050608170.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot
Antwoord van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, op vragen van het lid Ormel (CDA) over de moord op een oppositieleider in Kazachstan.

Vraag 1
Kunt u nadere inlichtingen verstrekken over de moord op de Kazachstaanse oppositieleider, de heer Sarsenbajev?

Antwoord
Volgens berichtgeving is de heer Altynbek Sarsenbaiuly met zijn chauffeur en bodyguard op 13 februari jl. gevonden langs de kant van de weg in de buitenwijken van Almaty. Alle drie waren door kogels om het leven gebracht. De Kazachstaanse autoriteiten hebben voor het onderzoek een commissie ingesteld en daarbij een beroep gedaan op het Federal Bureau of Investigation (FBI) van de Verenigde Staten voor ondersteuning bedoeld om zo een hoge mate van transparantie in het onderzoek te verzekeren. Op 20 februari jl. kondigde de Kazachstaanse minister van Binnenlandse Zaken Muchamedzjanov aan dat zes verdachten zijn aangehouden. Vijf van de zes verdachten zijn lid van een speciale eenheid "Arystan" van het Nationale Veiligheids Comité, de Kazachstaanse veiligheidsdienst. Het hoofd van de veiligheidsdienst Doetbajev, heeft inmiddels zijn ontslag ingediend. Op 27 februari jl. liet de Kazachstaanse minister van Binnenlandse Zaken weten dat het hoofd van de administratie van de senaat, Erzhan Oetembajev, heeft bekend uit persoonlijke motieven opdracht te hebben gegeven voor de moord op Sarsenbaiuly. De FBI zal de Kazachstaanse autoriteiten bij het vervolgonderzoek blijven bijstaan.

Vraag 2
Is er een relatie met de moord van afgelopen november 2005 op een andere oppositieleider in Kazachstan, de heer Noerkadilov?

Antwoord
Op grond van de beschikbare informatie zijn daar geen aanwijzingen voor.

Vraag 3
Wilt u bij de Kazachstaanse autoriteiten aandringen op een onafhankelijk onderzoek naar beide moorden?

Antwoord
Ja. De Nederlandse ambassade heeft dit reeds gedaan.

Vraag 4
Op welke wijze besteedt de Europese Unie aandacht aan de verslechterende mensenrechtensituatie in Kazachstan sinds de herverkiezing van president Nazarbajev?

Antwoord
Op 16 februari jl. legde de EU een verklaring af in de Permanente Raad van de OVSE over de dood van de heer Sarsenbaiuly, waarin de EU opriep tot een onmiddellijk, volledig en transparant onderzoek naar de omstandigheden van het overlijden van de heer Sarsenbaiuly en de twee personen die hem begeleidden. De EU gaf aan geïnformeerd te willen blijven over de vorderingen van het onderzoek.

De EU besteedt tijdens haar reguliere dialoog in het kader van de Partnerschaps- en Samenwerkingsovereenkomst met Kazachstan veel aandacht aan de noodzaak van democratische hervormingen en vrije media, het belang van het recht op vrije meningsuiting, vrije verkiezingen, respect voor de mensenrechten en de 'rule of law'. Ook tijdens het EU-Kazachstan Samenwerkingscomité op 5 april aanstaande zullen deze onderwerpen weer aan de orde komen.