De Nederlandse Bank

Locatie leeg Protestants Christelijke Ouderen Bond te Bussum Spreker leeg Dr. A.H.E.M. Wellink

Voordat ik mijn visie geef op een houdbaar pensioenstelsel, wil ik allereerst graag van de gelegenheid gebruik maken om u te feliciteren met het 20-jarig jubileum van uw ouderenbond, afdeling Naarden-Bussum. De Protestants Christelijke Ouderen Bond legt een belangrijk accent op de levensbeschouwelijke identiteit, zo is op uw website te lezen. Daar staat ook het uitgangspunt van uw bond, welke mij zeer aanspreekt: het streven naar een maatschappij waarin ieder volwaardig kan functioneren.

Het zal u niet verbazen dat ik dit uitgangspunt gebruik voor de overgang naar mijn inhoudelijke bijdrage aan deze heugelijke bijeenkomst: de houdbaarheid van het pensioenstelsel. Immers een goed pensioen stelt gepensioneerden in staat om op een volwaardige wijze in de maatschappij te participeren en van de oude dag te genieten. De boodschap van mijn bijdrage is dat een houdbaar pensioenstelsel is gebouwd op de fundamenten van collectiviteit en solidariteit, waarbij alle betrokkenen op een evenwichtige wijze delen in de plussen en minnen.

De rol van pensioenfondsen
De pensioenfondsen hebben een belangrijke functie in de maatschappij. De kern is het delen van lusten en lasten met elkaar, waardoor een ieder er beter van wordt. Deze missie van het pensioenfonds komt rechtstreeks voort uit de informele oudedagsvoorzieningen die voorheen in beperkte kring werden georganiseerd. Ik geef u een voorbeeld. De eerste pensioenregeling dateert uit de zestiende eeuw en betreft predikanten en hun nabestaanden. Uit de besluiten van 14 september 1579 van de Particuliere Synode van Zuid-Holland blijkt dat de overheid destijds zorg droeg voor de oudedagsvoorziening van de predikanten. Deze toezegging strekte zich echter niet uit tot de nabestaanden van die predikanten. Daar moesten zij zelf in voorzien. Zo ontstond het initiatief om zogenoemde weduwe- en wezenbussen op te richten. Deze werden gevuld door een vaste jaarlijkse contributie. Indien de kas ontoereikend was om de pensioenuitkeringen te betalen, kreeg iedereen wat minder. De bussen gaven dus geen recht op vaste pensioenuitkeringen, maar berustten op de onderlinge solidariteit van de deelnemers.

In deze traditie herkennen we het moderne pensioenfonds gemakkelijk. Onze rijk gevulde bussen zijn tot stand gekomen door contributies en de rendementen op beleggingen. Maar uiteindelijk kan er niet meer worden uitgekeerd dan dat er in zit. Zolang er tegenover iedere verplichting van één euro ten minste één euro aan middelen aanwezig is, is er niets aan de hand. Maar een pensioenfonds staat bloot aan verschillende risico´s die dit evenwicht verstoren. Denk bijvoorbeeld aan inflatierisico, financiële risico´s en het risico dat mensen langer leven dan van tevoren werd verondersteld. Dat brengt de hoogte van de pensioenuitkering in gevaar. De kern van het pensioenstelsel vormt dan ook de belofte van de jongeren om de ouderen te beschermen tegen deze risicos. In de moderne maatschappij is dit geïnstitutionaliseerd in de vorm van de verplichtstelling.

Vergrijzing legt druk op pensioenstelsel
Anno 2006 verzorgen de pensioenfondsen de pensioenopbouw voor meer dan 6 miljoen werknemers, zon viervijfde van de totale beroepsbevolking. De fondsen beheren een gezamenlijk vermogen van ruim 600 miljard euro. Dat is meer dan we met z´n allen in Nederland jaarlijks aan goederen en diensten produceren. We staan er wat dat betreft goed voor ten opzichte van een aantal landen om ons heen. Natuurlijk, u heeft de beurskrach begin deze eeuw meegemaakt en waarschijnlijk ook consequenties voor uw pensioen ondervonden. Maar u heeft daarmee samen met de andere belanghebbenden in uw pensioenfonds een bijdrage geleverd om de verslechtering in de financiële positie van uw fonds het hoofd te bieden. En dat werpt zijn vruchten af. In tegenstelling tot het Zwitserlevengevoel zoals dat vaak in de media wordt geschapen, is de prijs van een goede en levenslange pensioenuitkering dat u zelf deels ook risicodrager bent. Ik sta daar later uitgebreider bij stil.

Het doorstaan van de zogenoemde ´perfect storm´, met een kelderende beurs en een dalende lange rente, illustreert de kracht van het Nederlandse pensioenstelsel. Maar het gaat structureel wat harder waaien in pensioenland. Ik doel dan op het feit dat overal in de wereld mensen langer leven en tegelijkertijd minder kinderen krijgen. Deze stijgende levensverwachting vormt een belangrijke oorzaak van de toenemende pensioenlasten. Het zorgt ervoor dat veel meer mensen gedurende een langere periode een AOW-uitkering genieten. Toen de AOW in Nederland in 1957 voor mensen vanaf 65 jaar werd ingevoerd, werd men gemiddeld slechts 61 jaar. Pas in het midden van de jaren zestig steeg de gemiddelde leeftijd van mannen tot boven de 65 jaar. Het was dus bepaald geen regel dat je in die tijd de 65 haalde. Tegen de tijd dat je 65 werd, was je eenvoudigweg niet meer in staat om te werken. Sindsdien is de levensverwachting sterk verbeterd en is de pensioenvoorziening dus fors duurder geworden. De kwetsbaarheid voor vergrijzing is een gevolg van het feit dat de huidige AOWuitkeringen gefinancierd worden door de huidige werkenden, het zogenoemde omslagstelsel.

Gelukkig heeft Nederland, in tegenstelling tot de meeste andere Europese landen, een grote spaarpot opgebouwd voor de ouderdomspensioenen in aanvulling op de AOW. Dit systeem van sparen voor de oudedag, wordt kapitaaldekking genoemd. Dat biedt een solide uitgangspositie. Vergrijzing heeft daardoor minder greep op de kwaliteit van de pensioenen. Maar ook een kapitaalgedekt pensioenstelsel is niet immuun voor vergrijzing. Door de vergrijzing neemt het aantal ouderen dat pensioen geniet en dus geen premie meer betaalt toe, terwijl het aantal premiebetalende werkenden afneemt. De verhouding tussen 65-plussers en de categorie 15 tot 65 jarigen, zal naar verwachting ruim verdubbelen over de komende 35 jaar. Ook de verhouding tussen de pensioenverplichtingen en de loonsom zal naar verwachting oplopen; van twee-en-een-half nu naar vier-en-een-half in 2030. Hierdoor wordt het steeds moeilijker om risico´s zoals tegenvallende rendementen op te vangen via premieaanpassingen.

De rekening van een eventuele schok in de rendementen kan echter ook niet volledig worden neergelegd bij de huidige gepensioneerden: zij hebben tot 40 jaar deelgenomen in het pensioenstelsel om hun oude dag veilig te stellen en kunnen amper aanvullende maatregelen meer nemen om een inkomensdaling op te vangen. In dat geval zou de betrouwbaarheid van het pensioenstelsel worden ondermijnd en daarmee ook de bereidheid van de huidige jongere generatie om deel te nemen in een pensioenfonds. De jongeren van nu zijn immers de gepensioneerden van morgen. Door alle betrokkenen mee te laten betalen aan de opbouw en instandhouding van voldoende vermogensbuffers, kunnen fluctuaties in het rendement op de beleggingsportefeuille worden opgevangen zonder extreme aanpassingen in premiestelling en pensioenuitkeringen.

Houdbaar stelsel vergt solidariteit en collectiviteit Dat raakt de kernelementen van een houdbaar pensioenstelsel: collectiviteit en solidariteit.
Waarom zijn collectiviteit en solidariteit zo belangrijk? Omdat niet alle risico´s te verzekeren zijn. Ik heb u zojuist verteld over het opvangen van tegenvallende rendementen in tijden van vergrijzing. Maar ook het gemiddeld langer leven van mensen is, naast een welkome persoonlijke omstandigheid, een financieel risico voor pensioenfondsen. Als een generatie gemiddeld langer leeft dan was voorzien schieten de door deze generatie opgebrachte middelen tekort om de langere periode van uitkeringen te financieren. Een generatie kan dit zogenoemde langlevenrisico niet bij zichzelf maar wel bij andere generaties verzekeren. Dit wordt met de term intergenerationele risicodeling aangeduid. Vergelijk het met een individu. Ook hij kan zijn langlevenrisico niet bij zichzelf maar wel bij anderen verzekeren. Een pensioenfonds dat geen gebruik maakt van intergenerationele risicodeling kan de pensioenrechten dus met minder zekerheid uitkeren.

Het is vanuit efficiëntie-oogpunt bovendien gunstig als oudere generaties een beroep doen op jongere generaties. Zo suggereert een onderzoek, in opdracht van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, dat solidariteit in de pensioenopbouw efficiënter is dan individuele opbouw, met name wanneer buffers worden aangehouden en deze worden doorgegeven aan de navolgende generaties. Wanneer dat het geval is, betekent dat voor individuen dat zij bij eenzelfde verwacht pensioen significant minder neerwaarts pensioenrisico lopen dan individuen die zelf verantwoordelijk zijn voor de pensioenopbouw.

Afsluiting
Wanneer risico´s breed en door de tijd heen kunnen worden gespreid, levert dat welvaartswinst voor alle deelnemers op. Bij pensioenen openbaart dit voordeel van risicospreiding voor het individu zich in een stabiel inkomenspatroon over de levenscyclus heen. De welvaartswinst van ons collectieve stelsel is echter niet vanzelfsprekend. Risicospreiding over generaties werkt zolang niet te veel van de lasten bij toekomstige generaties worden neergelegd, anders ontstaat vroeg of laat een onhoudbare situatie. Wanneer toetreders ervaren dat ze langdurig onevenredig meer moeten betalen dan voor de eigen pensioenvoorziening nodig is, dreigt te worden gestemd met de voeten. Dan wordt zelfs de verplichtstelling onderwerp van debat. Om dit te voorkomen is discipline nodig om niet een onevenredig beroep te doen op toekomstige generaties. Dat vraagt ook transparantie. Er dient duidelijk te zijn voor de deelnemers wat ze kunnen verwachten en dat sprake is van een redelijke verdeling tussen lusten en lasten tussen de verschillende generaties. Dat voorkomt verrassingen en schept vertrouwen. En dat vertrouwen is voor een groot aantal Nederlandse burgers aanwezig. In een recent door DNB gehouden enquête bleek ruim 80 procent van toekomstige pensioengerechtigden er in te vertrouwen dat hun pensioenfonds te zijner tijd het pensioen zal kunnen uitbetalen. Om dat waar te maken, zal iedereen moeten bijdragen in de risicodeling. Een houdbaar pensioensysteem is gebaat bij een houdbare verdeling van de lusten en lasten. Op die manier dragen we er zorg voor dat het pensioenstelsel een systeem is dat ieder in staat stelt om volwaardig te functioneren.

[s?root.de_kennisBank.Nieuws_en_pers.DNB.Speeches_2006.Speech_presiden t_Wellink_over_'Een_pensioenstelsel_waarin_ieder_volwaardig_kan_functi oneren'] leeg