Grotere daadkracht bij uitvoering dringend noodzakelijk

Vrom raad

PERSBERICHT
Datum: 8 maart 2006

Grotere daadkracht bij uitvoering dringend noodzakelijk

Plannen komen nog steeds niet of laat ten uitvoer. Wat er wel gerealiseerd wordt heeft vaak niet de gewenste kwaliteit. De minister van VROM heeft hard gewerkt aan nieuw beleid, nieuw instrumentarium en een nieuwe verdeling van verantwoordelijkheden om deze problemen het hoofd te bieden. Velen maken zich desondanks zorgen en richten hun pijlen op het nieuwe beleid. De VROM-raad deelt deze zorgen, maar vindt het nu niet zinvol om het beleid nogmaals ter discussie te stellen. Met de vaststelling van de Nota Ruimte op 17 januari in de Eerste Kamer is de beleidsronde achter de rug. De raad richt zijn pijlen liever op de volgende ronde, die van de uitvoering. De Minister moet nu haar slag slaan. Dit is strekking van de aanbevelingen in het VROM-raad advies: 'ruimte geven, ruimte nemen; voorstellen ter verbetering van de uitvoering van het ruimtelijk beleid', dat vandaag is aangeboden aan minister Dekker.

Neem onzekerheden weg
Sturing is in de Nota Ruimte uitgewerkt aan de hand van de slogan :'decentraal wat kan, centraal wat moet'. Bij de uitvoering blijkt echter dat hiermee nog niet duidelijk is wat men van elkaar mag of moet verwachten. De raad meent dat de Minister daar meer duidelijkheid over moet geven. 'Decentraal wat kan' betekent: ruimte geven! Duidelijk moet zijn welke ruimte de partijen krijgen, wat er van hen verwacht wordt en hoe het Rijk hen daarbij helpt. Tegelijkertijd moet duidelijk zijn welke ruimte het Rijk hierbij zelf inneemt. 'Centraal wat moet' betekent: ruimte nemen! Welke zaken worden centraal geregeld? Wat staat er op de nationale ruimtelijke agenda en waar geeft het Rijk geld aan uit?

Geef duidelijkheid over de rijksagenda
Minister van VROM geef meer duidelijkheid over de rijksagenda voor het fysieke leefmilieu. Voeg daar ook langetermijnvraagstukken aan toe en organiseer hier interdepartementaal commitment voor. Dit betreft onder meer vraagstukken die grens- en sectoroverschrijdend zijn, zoals klimaatverandering, zeespiegelstijging, waterberging, de congestie in de Randstad, het Groene Hart, grootschalige stedelijke ontwikkelingen, bescherming en ontwikkeling van landschappen en dergelijke. Definieer de nationale Ruimtelijke Hoofdstructuur uit de Nota Ruimte en geef aan welke verantwoordelijkheid het Rijk hierin neemt. Leg ook uit op welke wijze de kwaliteitsborging feitelijk geregeld wordt.

Neem de regie
Er worden nieuwe Europese en sectorale regels ontwikkeld die de uitvoering van ruimtelijke projecten onnodig belemmeren. Daarom moet de minister van VROM in relatie tot Europa en tot de andere departementen haar regierol versterken als het gaat om regelgeving die de ruimtelijke ordening beïnvloedt. Dit betekent herstel van de bovensectorale ruimtelijke afweging.

Vinger aan de pols
Het is erg belangrijk dat de minister van VROM de ontwikkeling van de nieuwe 'checks and balances' bewaakt en deze waar nodig versterkt, bijvoorbeeld met instrumenten uit het bedrijfsleven, zoals 'naming and shaming', het actief terugvorderen van subsidies en monitoring (onder andere met de Monitor Plancapaciteit).

Bewaak de lange termijn
Decentrale overheden en marktpartijen neigen tot kortetermijndenken en zijn gevoelig voor conjuncturele schommelingen. In de samenwerking met deze partijen heeft het Rijk de bijzondere verantwoordelijkheid voor het volgen en agenderen van langetermijnvraagstukken.

Minister zorg dat anderen hun taken kunnen waarmaken en decentrale overheden, verbeter uw uitvoeringspraktijk
De decentrale overheden moeten kunnen beschikken over voldoende instrumenten en middelen. Anders kunnen ze hun nieuwe taken in de uitvoering niet oppakken. Het gaat hierbij ook om het bevorderen van de kwaliteit van het lokaal en regionaal bestuur en het ambtelijk apparaat. Marktpartijen geven aan dat bij overheden vaak vergeefs gezocht wordt naar deskundigen. De overheid dient te investeren in haar eigen inhoudelijke en procesexpertise.

Trek samen op
De onderlinge afhankelijkheden tussen overheid, markt en maatschappelijke organisaties zullen steeds sterker toenemen. Het is daarom noodzakelijk dat relaties actief worden onderhouden. De raad vind het daarom van belang dat de minister van VROM actief naar buiten treedt, partijen aanspreekt op hun verantwoordelijkheden en waar nodig met raad en daad de helpende hand biedt. De slogan 'decentraal wat kan, centraal wat moet' geeft onvoldoende aan dat de uitvoering van het ruimtelijke beleid een gezamenlijke verantwoordelijkheid van alle partijen is.

VROM-raad
Onafhankelijke adviesraad van regering en beide kamers der Staten-Generaal Oranje Buitensingel 6, Postbus 30949 (IPC 105), 2500 GX Den Haag Mevrouw C.I.A. de Vries, (070) 339 49 50

Voor meer informatie over dit persbericht en het advies en voor het aanvragen van interviews kunt u contact opnemen met:
de heer drs. A.F. van de Klundert, algemeen secretaris van de VROM-raad, (070) 339 14 73, mobiel 06 15 09 37 01.
Adviestekst en persbericht zijn te downloaden van de website van de VROM-raad (www.vromraad.nl).