Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Antwoorden op kamervragen van Kant over het verstrekken van botuline toxinebehandelingen aan dystoniepatiënten

Kamerstuk, 16-3-2006

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

DBO-K-U-2665544

16 maart 2006

Antwoorden van minister Hoogervorst op kamervragen van het Kamerlid Kant over het verstrekken van botuline toxinebehandelingen aan dystoniepatiënten door ziekenhuizen (2050608790).

Vraag 1
Wat is uw reactie op het feit dat het CTG/ZAio heeft besloten dat ziekenhuizen per 1
januari 2006 geen botuline toxinebehandelingen meer mogen verstrekken aan
dystoniepatiënten?

Antwoord 1
De maatregel van het CTG/Zaio per 1 januari 2006 heeft niet zozeer betrekking op de verstrekking van botulinetoxine, als wel op de additionele budgettaire vergoeding volgens de Beleidsregel dure geneesmiddelen.
In 2002 is botulinetoxine op de stofnamenlijst van de Beleidsregel dure geneesmiddelen opgenomen om een financieel knelpunt in revalidatie-instellingen op te lossen. In ziekenhuizen echter bleek botulinetoxine ook toegepast te worden voor andere doeleinden dan revalidatie en vervolgens opgevoerd te worden voor budgettaire nacalculatie volgens de beleidsregel. Daarom heeft CTG/ZAio op 17 oktober 2005 op verzoek van ZN het toepassingsgebied waarbinnen additionele budgettaire vergoeding van dit middel toegestaan is, expliciet afgebakend. Met een kleine versoepeling ten opzichte van 2002 is met ingang van 1 januari 2006 additionele vergoeding voorbehouden aan toepassing van botulinetoxine bij lokale dystonieën (waaronder de indicatie spasticiteit) in revalidatie instellingen en bij revalidatiebehandelingen in algemene, academische en categorale ziekenhuizen. Deze beperking is vermeld bij het middel op de stofnamenlijst.

Vraag 2
Erkent u het belang van deze behandelingen als het gaat om het bevorderen van het
lichamelijk en psychisch functioneren, en dus het bevorderen van de kwaliteit van het
leven voor 16.000 dystoniepatiënten?

Antwoord 2
Het gaat in dit geval over de vraag of het verzekerde zorg betreft. Of zorg verzekerde zorg is, wordt bepaald door de gezaghebbende meningen van specialisten en de stand van wetenschap hierover.

Vraag 3
Vindt u het aanvaardbaar dat, omdat botuline toxinebehandelingen een breder
toepassingsbeleid kennen in ziekenhuizen, deze behandelingen alleen nog
maar in revalidatiecentra, of ziekenhuizen die een revalidatieprogramma bieden
verstrekt mogen worden ter behandeling van spasticiteit? Zo ja, kunt u dit
toelichten? Zo neen, welke maatregelen gaat u nemen om het toepassingsbeleid alsnog
te verbreden om dystoniepatiënten ook deze medisch noodzakelijke behandelingen te
kunnen bieden?

Antwoord 3
Zie ook vraag 2. Wanneer de zorg in ziekenhuizen verzekerde zorg betreft, kan deze zorg worden verstrekt aan de patiënt. Deze zorg wordt gefinancierd uit het budget van ziekenhuizen. In geval van een geneesmiddel dat op de stofnamenlijst van de Beleidsregel dure geneesmiddelen staat, komen ziekenhuizen in aanmerking voor additionele budgettaire vergoeding. De aanspraak staat dus los van de wijze van bekostiging.

Vraag 4
Is het waar dat de botuline toxinebehandelingen onder de regeling dure geneesmiddelen vallen? Zo ja, vallen deze behandelingen binnen het 0,5% kostencriterium voor ziekenhuizen, en worden wij daarom aan de lijst dure geneesmiddelen toegevoegd?

Antwoord 4
Botulinetoxine valt voor de toepassing zoals vermeld onder vraag 1 onder de beleidsregel dure geneesmiddelen. Per 1 januari 2006 is deze beleidsregel gewijzigd. Alle geneesmiddelen die nu onder de beleidsregel vallen, zijn voorlopig opgenomen. Over maximaal 3 jaar vindt een herbeoordeling plaats. Daarbij wordt getoetst of aan de criteria van de beleidsregel wordt voldaan.

CTG = College Tarieven Gezondheidszorg
ZAio = Zorg autoriteit i.o.