Nivel


NIVEL international
Steeds meer kinderen met krentenbaard naar huisarts

17 maart 2006

Vergeleken met 1987, ging in 2001 een kwart meer kinderen voor de huidziekte impetigo (krentenbaard of kinderzeer) naar de huisarts: van jaarlijks 16,5 naar 20,6 gevallen per 1000 kinderen.

Dat blijkt uit onderzoek van Sander Koning, onderzoeker aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en huisarts, zoals gepubliceerd in Huisarts & Wetenschap. Het onderzoek is verricht op basis van gegevens van het Landelijk Informatienetwerk Huisartsenzorg (LINH), een project van het NIVEL. Impetigo is een besmettelijke huidziekte die vooral bij kinderen voorkomt. De huiduitslag - veroorzaakt door een bacterie begint vaak in het gezicht, maar kan overal op het lichaam optreden. Er ontstaan dan, soms jeukende, rode vlekjes en blaasjes met gele pus erin. Tot begin jaren 90 leek impetigo steeds minder vaak voor te komen, wat meestal werd verklaard door de kleinere gezinnen, de gestegen welvaart en een verbeterde hygiëne.

Het is niet duidelijk of impetigo nu vaker voorkomt, of dat de toename wordt veroorzaakt doordat ouders sneller geneigd zijn ermee naar de dokter te gaan. Op zich komen kinderen tegenwoordig juist minder vaak bij de huisarts dan vroeger, maar mogelijk vormt impetigo hierop een uitzondering. Koning: Een kind met krentenbaard is vanwege de besmettelijkheid vaak niet welkom op school of crèche. Voor de werkende ouder van nu is dat erg vervelend: zo snel mogelijk naar de dokter dus. Ook zou het kunnen zijn dat ouders esthetische oneffenheden nu minder accepteren dan voorheen. Maar er zijn ook aanwijzingen dat de epidemieën van impetigo hardnekkiger worden. De boosdoener is steeds vaker een multiresistente Staphylococcus aureus. Impetigo met deze verwekker geneest trager en is daarom langer besmettelijk voor anderen.
Impetigo komt vaker voor in het zuiden van ons land en in plattelandsgebieden.

LINH
De analyses zijn uitgevoerd op LINH-gegevens in het kader van de Tweede Nationale Studie naar ziekten en verrichtingen in de huisartsenpraktijk (2001). De gegevens uit 1987 zijn verzameld ten tijde van de Eerste Nationale Studie. LINH is een project van NIVEL, WOK, LHV en NHG (zie ook www.linh.nl).