Vrije Universiteit Amsterdam

Zorgvernieuwing in de chronische psychiatrie werkt

De programma's voor zorgvernieuwing bij langdurig van zorg afhankelijke psychiatrische cliënten bereiken de groep patiënten waarvoor ze bedoeld zijn. M.n. zelfstandig wonende GGZ-cliënten met veel symptomen en handicaps blijken hiervan te profiteren. Zij hebben minder ondersteuning nodig bij het wonen, hebben een betere en meer zinvolle dagbesteding en zijn beter geïnformeerd over de psychiatrische aandoening. Aldus Jan Theunissen, onderzoeker bij GGZ-Buitenamstel, die op donderdag 23 maart promoveert aan VU medisch centrum Amsterdam.

In de jaren negentig waren GGZ-instellingen verplicht een deel van hun budget te besteden aan nieuw te ontwikkelen programma's voor hun cliënten. Deze programma's moesten aan een aantal eisen voldoen. Zo moest de zorg beter afgestemd zijn op de behoeften en wensen van de individuele patiënten. Patiënten/cliëntenorganisaties en zorgverzekeraars waren voor het eerst betrokken bij de beoordeling. Er zijn veel nieuwe initiatieven ontwikkeld voor de `langdurig van zorg afhankelijke cliënten' (LZA-cliënten). Zo deden dagactiviteitencentra, psychiatrische thuiszorg, extramuraliseringsprogramma's en rehabilitatieprogramma's voor de groep LZA-patiënten hun (her-)intrede in de Nederlandse geestelijke gezondheidszorg.

Jan Theunissen onderzocht in de Amsterdamse regio Zuid/Nieuw-West de effectiviteit van vier programma's. Hij vond positieve resultaten voor zelfstandig wonende GGZ-cliënten met veel symptomen en handicaps. Hier sluit de zorg beter aan op de behoefte van cliënten op verschillende levensgebieden. Na negen maanden deelname hebben patiënten minder ondersteuning nodig bij het wonen, hebben ze een betere en meer zinvolle dagbesteding en zijn ze beter geïnformeerd over de psychiatrische aandoening. Theunissen vond echter geen verbetering in de kwaliteit van leven noch een verbetering van het psychiatrisch ziektebeeld. Ook bleken de deelnemers niet meer zelfredzaam ondanks trainings- en leerprogramma's. Deelnemers aan het thuiszorgprogramma namen wel meer verantwoordelijkheid voor hun eigen leven en bleken meer vaardig in alledaagse situaties. Wellicht komt dit doordat deze training in de thuissituatie plaatsvond. De andere trainingen vonden namelijk in een ziekenhuissetting plaats. Overigens de cliënten waren bijna allen zeer positief over de programma's waaraan ze deelnamen.