Socialistische Partij

Marktwerking in ambulancezorg? Ongelukken doen niet aan marktwerking!

23-03-2006 * Deze week is de Wet Ambulancezorg besproken in de Tweede Kamer. Minister Hoogervorst wil marktwerking invoeren in de ambulancezorg: die zou regionaal moeten worden aanbesteed. De SP voelt hier niets voor omdat marktwerking de kwaliteit bedreigt.

Lees hier de bijdrage van Agnes Kant aan de eerste termijn van het debat:

Agnes Kant De belangrijkste vraag in dit debat is: welk probleem wordt er nou met de wet ambulancezorg opgelost? Er zijn wel problemen, maar daar is deze wet niet de oplossing voor.

De minimale aanrijdtijd van 15 minuten wordt niet overal gehaald: verdeling van de schaarste is het probleem. Ruim 8% van de ritten zijn niet binnen 15 minuten ter plaatse, op dit moment kunnen ruim 900.000 Nederlanders niet binnen de 15-minutennorm bereikt worden. Maar in plaats van deze problemen op te lossen, voert deze minister marktwerking in. Dit lost echter niets op, sterker nog: het leidt tot meer problemen.

`Ongelukken doen niet aan marktwerking.' Deze zin heb ik niet zelf bedacht. Het is de kop boven een opinieartikel, van nota bene VVD-prominent Jan Franssen. Je zou kunnen zeggen die hier zijn provinciale belangenbehartiging als Commissaris van de Koningin en voorzitter van het Interprovinciaal Overleg, boven VVD belangenbehartiging laat gaan. Maar wat altijd moet prevaleren zijn uiteraard de belangen van goede zorg, hier ambulancezorg. Het gaat om argumenten, en hoewel hij VVD-er is had hij er zeker een aantal goede.

Ik citeer uit zijn artikel: "De plannen van het kabinet voor de ambulancezorg stimuleren niet te investeren in personeel en materiaal, maken een einde aan bestuurlijk maatwerk in de regio. Frustreren de totstandkoming van veiligheidsregio's en een geïntegreerde meldkamer."

De minister erkent zelf ook dat acute zorg niet geschikt is voor marktwerking. Maar waarom zou het dan wel geschikt zijn voor gereguleerde marktwerking?

Ambulancezorg Nederland stelt in mijn ogen terecht: gereguleerde marktwerking in de acute zorg is vragen om problemen. Regionale partijen moeten creatief samenwerken om te komen tot dekkende acute zorgvoorzieningen. Dat is op zichzelf al moeilijk. Als dan één van de schakels ook nog eens elke 4 jaar kan veranderen van speler is dat frustrerend voor de samenwerking en dus niet verantwoord.

Zoals zo vaak blijkt dat het veld, en algemeen velen die dichter bij de praktijk staan, het niet eens zijn met de introductie van marktwerking. En dan weet ik wel dat het om gereguleerde marktwerking gaat, maar als je hier geen marktprikkels inbouwt hoef je ze ook niet te reguleren. En loop je dus ook niet de risico's dat dit onvoldoende lukt.

Graag hoor ik de reactie op de volgende bezwaren op deze marktprikkels:
- het hindert de juist de zo belangrijke samenwerking; - het kan de continuïteit van zorg verstoren;
- ook voor personeel houdt het risico's in voor hun baan, groeiende onzekerheid, en daarmee ook mogelijk afhaken en niet kiezen voor dit werk;
- er zijn te weinig prikkels om te investeren in de lange termijn, bijvoorbeeld in scholing, en nascholing;
- de bureaucratie en administratieve lasten neme toe omdat elke vier jaar opnieuw aanbesteed en onderhandeld moeten worden; - het kan ten koste gaan van de kwaliteit.

En wat zijn dan die kwaliteitseisen? Die zijn nu nog niet duidelijk, maar wel heel belangrijk. En belangrijk voor de zorg is dat het vooral om meetbare prestaties gaat. De aanrijdtijden zijn goed te meten. Maar zachtere criteria zoals professionaliteit en zorgzaamheid, dat wordt moeilijker. Zo kan het zijn dat als bijvoorbeeld aanrijdtijden de norm wordt voor de afrekening, besteld vervoer worden verwaarloosd. En patiënten als gevolg urenlang op vervoer moeten wachten.

De piket- en slaapdiensten zullen zeker toenemen, en dat is ongewenst. Dat gebeurt ook nu al trouwens. De RAV Gelderland Zuid heeft uit bedrijfseconomische overwegingen al geprobeerd
slaapdiensten/aanwezigheidsdiensten in te voeren. Dit komt de aanrijdtijd niet ten goede. Ambulancepersoneel moet gewoon ter plekke zijn. Graag hoor ik een reactie van de minister op deze ontwikkeling.

Dat de kwaliteit afneemt omdat niet voor een langer periode dan vier jaar kan geïnvesteerd is een reëel probleem. Ook de eventuele wisseling van personeel kan leiden tot verlies van kwaliteit. Alleen al de gedachte aan een chauffeur zonder regiokennis... Breder is de kennis van het personeel enorm belangrijk, bijvoorbeeld met betrekking tot de regionale afspraken.

Dit is hetzelfde als bij de concessies bij het stad- en streekvervoer. En daar zien we de problemen ook al. Bedrijven moeten het zo goedkoop mogelijk doen en zullen ergens op moeten bezuinigen. Bij stad- en streekvervoer is onder andere bezuinigd op personeel. Bij ambulance wil je eigenlijk niet weten waar dan op bezuinigd zal gaan worden. Op arbeidskosten? Op de auto, op apparatuur in de auto?

In een goed artikel in Medisch Contact werd de rake vergelijking gemaakt: de politie wordt toch ook niet om de vier jaar opnieuw aanbesteed? Ambulancezorg is bijzonder: het gaat om vervoer op bestelling, acute zorg en dus ook paraatheidfunctie bij ongelukken en niet te vergeten in geval van rampen. Dat vergt een sterke publieke aansturing. En die wordt nu juist versnipperd.

En wat vindt de minister er van als straks een buitenlands bedrijf ambulancezorg gaat leveren? Het Deense bedrijf Falck staat al te trappelen. De minister geeft zelf aan dat de Nederlandse ambulancezorg totaal onvergelijkbaar is met die in andere landen.

De marktwerking is zinloos en zal nodeloos problemen veroorzaken. Ik begrijp werkelijk niet welk doel dat moeten dienen. De voorstellen van het veld zijn echt beter. Daarom steun ik de amendementen van mijn collega's Buijs en Vendrik.

De veiligheidskoepel vindt dat de meldkamer beter publiek kan worden aangestuurd. Dat snap ik goed. Ik begrijp ook dat Ambulance Nederland vindt dat de ambulancedienst dat prima kan, ze doen het nu ook prima in samenwerking. Hoe ook georganiseerd, het mag niet ten koste gaan van de snelheid van handelen. Alles afwegende lijk me een publieke borging het beste.

Er zijn harmonisatiegelden beschikbaar gesteld aan de werkgever, te weten 12 miljoen. Sociale partners zijn daar volgens minister verantwoordelijk voor. Dit geld is echter niet geoormerkt, dus het is nog onduidelijk wat er is gebeurd. Publieke ambulance-instellingen hebben betere arbeidsvoorwaarden dan private, bijvoorbeeld pensioenfondsen en functioneel leeftijdsontslag (wel publiek, niet bij private). Het is ongewenst dat de harmonisatie nog niet echt rond is, om zo deze concurrentie slag in te gaan...maar goed de Tweede Kamer gaat dat, naar ik hoop, gelukkig stoppen. Maar dan blijft de vraag: wat is er met die gelden gebeurd en blijft het gewenst om de harmonisatie af te maken?

En dan een heel andere vraag: het ministerie van Defensie wil de `Search and Rescue' reddingssqaudron in Leeuwarden opheffen. Ik ben niet voor zuinigheid bij Defensie, maar ik ben niet voor verkeerde zuinigheid. Deze helikopters hebben een belangrijke functie, ze verzorgen per jaar 100-150 patiëntenvluchten van de eilanden.

Het antwoord van minister Kamp op de Kamervragen zijn wel erg algemeen. Volgens hem komt de zorg niet in gevaar... Ja, maar het wordt dus wel opgeheven? Graag hoor ik ook hierop een reactie en ik hoop dat de basis in Leeuwarden mag blijven.

(Morgen volgt het antwoord van de minister en de tweede termijn van de Kamer.)