Rijksuniversiteit Groningen

Inhoud van de pagina:

Opinie 11: `Euthanasie-rel met Italië niet laten escaleren'

Jan van der Harst, hoogleraar Internationale Betrekkingen:

De Italiaanse minister Giovanardi, vergeleek het Nederlandse euthanasiebeleid vorige week met nazi-praktijken. De Nederlandse regering reageerde verontwaardigd en minister van Buitenlandse Zaken Ben Bot riep de Italiaanse ambassadeur op het matje. Volgens dr. Jan van der Harst, houder van de Jean Monnetleerstoel aan de Rijksuniversiteit Groningen, heeft zo'n maatregel nauwelijks nog impact. Hij veronderstelt dat Giovanardi in aanloop naar de Italiaanse verkiezingen vooral zijn eigen achterban wilde bespelen.

Aanleiding van de rel was een uitspraak van de christen-democraat Giovanardi tijdens een radio-interview. Hij zei dat `naziwetgeving en de ideeën van Hitler terugkomen in Europa via de Nederlandse euthanasiewetgeving en via het debat over hoe zieke kinderen kunnen worden gedood'. Minister-president Balkenende en Minister van Buitenlandse Zaken Ben Bot spraken beiden direct schande van de uitlatingen. Bot ontbood bovendien de Italiaanse ambassadeur om opheldering te verschaffen. `Het gebeurt tegenwoordig in het internationaal verkeer zo vaak dat een ambassadeur op het matje wordt geroepen dat het nauwelijks nog indruk maakt', zegt dr. Jan van der Harst. `Het zou een veel grotere indruk maken als de Nederlandse regering haar ambassadeur uit Rome terug zou roepen.'

Van der Harst benadrukt overigens dat een dergelijke maatregel veel te ver zou gaan. `Je moet de zaak niet uit de hand laten lopen. Ik vind dat Nederland in deze zaak niet harder moet optreden dan het deed.'

Topontmoeting
In het diplomatieke verkeer zijn er verschillende maatregelen die landen onderling kunnen nemen. In de eerste plaats kan een ambassadeur op het matje geroepen worden. Daarna zou een land kunnen besluiten zijn ambassadeur in den vreemde terug te trekken en daarna zouden nog sancties kunnen volgen in de vorm van een economische-, culturele- of militaire boycot. Verder is het mogelijk om wederzijds ongenoegen in bilaterale besprekingen aan de orde te stellen. `Premier Balkenende sprak deze week tijdens een topontmoeting met Berlusconi. Dit onderwerp kwam hier ook ter sprake.'

Eigen publiek
Italië is sinds de tweede wereldoorlog gespleten in twee politieke vleugels. Van oudsher waren dat christen-democraten en communisten, tegenwoordig zijn het vooral Lega Nord en Forza Italia aan de ene kant en verschillende linkse partijen aan de andere kant. Van der Harst ziet een regelrecht verband tussen de uitspraken van de conservatief-katholieke minister en de parlementsverkiezingen die in april in Italië worden gehouden. `Hij wil een nummertje voor de eigen tribune spelen. Blijkbaar is er in de conservatieve hoek een publiek voor dit soort uitspraken. Juist door de zaak te laten escaleren zou je hem publicitair ontzettend in de kaart spelen.'

Immateriële onderwerpen
Tijdens zijn promotieonderzoek woonde Van der Harst drie jaar in Florence, waardoor hij de Italiaanse samenleving van nabij kent. `In Italië heeft men een lange periode van voorspoed achter de rug. Tussen 1980 en 2000 is de economie sterk gegroeid en onder invloed van onder meer de recente uitbreiding van de Europese Unie en de opkomst van China, gaat het de laatste jaren een stuk slechter. Het land verkeert in materieel opzicht in problemen en je ziet daardoor dat immateriële onderwerpen een belangrijke rol krijgen.'

Curriculum vitae
Dr. Jan van der Harst (1957) doceert het vak Internationale Betrekkingen aan de Rijksuniversiteit Groningen en is houder van de Jean Monnet Chair, een door de Europese Unie ingestelde leerstoel op het gebied van geschiedenis en theorie van de Europese integratie. Van der Harst studeerde geschiedenis in Leiden en promoveerde in 1988 aan het Europees Universitair Instituut in Florence op een onderzoek naar Europese defensiesamenwerking.

Informatie

prof.dr. Van der Harst, tel. (050) 363 60 15, e-mail j.van.der.harst@let.rug.nl