Ministerie van Buitenlandse Zaken

Kamerbrief inzake conflict Israël/Libanon/Gaza

Aan de Voorzitter van de
Vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
Binnenhof 4
Den Haag | |Ministerie van Buitenlandse Zaken
Directie Noord-Afrika en
Midden-Oosten
Bezuidenhoutseweg 67
Postbus 20061
2500 EB Den Haag | |

|Datum |18 juli 2006                        |Behand|Gert Kampman         |
|      |                                    |eld   |                     |
|Kenmer|DAM-415/06                          |Telefo|+ 31 70 348 5423     |
|k     |                                    |on    |                     |
|Blad  |1/3                                 |Fax   |+ 31 70 348 6639     |
|Bijlag|                                    |gert.kampman@minbuza.nl      |
|e(n)  |                                    |                             |
|Betref|Conflict Israël/Libanon/Gaza        |                             |
|t     |                                    |                             |
Graag bied ik u hierbij de reactie aan op het verzoek van uw Commissie van 14 juli 2006 met kenmerk 06-BUZA-B-57 inzake het conflict Israël/Libanon/Gaza. Deze brief bevat een verslag van de bespreking van het agendapunt 'Midden-Oosten Vredesproces' van de ministers van Buitenlandse Zaken van de EU tijdens de RAZEB van 17 juli jl.

Deze brief dient tevens als antwoord op de schriftelijke vragen aan de minister van Buitenlandse Zaken over hogergenoemd onderwerp, gesteld door het lid Koenders op 3 juli 2006 met kenmerk 2050615950 en door de leden Koenders en Karimi op 14 juli 2006 met kenmerk 2050616570, alsmede door het lid Van Bommel op 4 juli 2006 met kenmerk 2050615960 en 14 juli 2006 met kenmerk 205060713.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot
Recente ontwikkelingen in de Palestijnse Gebieden en Libanon

Het Israëlisch-Palestijnse geweld nam de afgelopen weken in intensiteit toe, waarbij voortdurende Palestijnse raketaanvallen vanuit de Gazastrook op Israëlisch grondgebied gevolgd werden door Israëlische militaire acties. De aanval van Palestijnse terroristen op 25 juni jl. op een Israëlische legerpost in Israël, waarbij twee Israëlische militairen werden gedood en één militair werd ontvoerd, leidde tot een verdere geweldsescalatie. In dit verband dient ook de moord door Palestijnse terroristen op een 18-jarige Israëlische kolonist te worden genoemd.

Nadat de ontvoerders, waaronder leden van Hamas, weigerden te voldoen aan de Israëlische eis tot onmiddellijke vrijlating van de ontvoerde militair en beëindiging van de Palestijnse raketaanvallen, opende Israël een offensief in de Gazastrook. Daarbij werd op omvangrijke schaal civiele infrastructuur verwoest. Tevens poogden de Israëlische strijdkrachten Palestijnse strijders uit te schakelen. Daarnaast richtten de Israëlische aanvallen zich op gebouwen van de Palestijnse Autoriteit, zoals het kantoor van premier Haniyeh en de ministeries van Buitenlandse Zaken en Economische Zaken. Het Palestijnse dodental ligt inmiddels boven de honderd, waarvan een aanzienlijk deel burgers. Voorts ging Israël over tot aanhouding van een groot aantal Hamas-ministers, -parlementsleden en andere -prominenten. Palestijnse terroristen gaan inmiddels door met het afvuren van Qassam-raketten op Israël. Daarbij zijn enige Israëlische gewonden gevallen en is materiële schade aangericht.

Hezbollah-strijders hebben op 12 juli jl. beschietingen uitgevoerd op Noord-Israël en in een commando-aanval op een Israëlische militaire post acht Israëlische soldaten gedood en twee soldaten ontvoerd. Hezbollah eist in ruil voor de twee ontvoerden de vrijlating van Libanese en Palestijnse gevangenen. Premier Olmert heeft de actie een oorlogsdaad van Libanon genoemd en verklaard niet te zullen onderhandelen met de gijzelnemers. Syrië en Iran worden door Israël medeverantwoordelijk gehouden voor de Hezbollah-acties. Het Israëlische leger, de luchtmacht en de marine voeren sindsdien beschietingen uit op Hezbollah-posities in het zuiden en oosten van Libanon en op civiele infrastructuur. Doelwit daarbij waren ondermeer de lucht- en zeehaven van Beiroet, de shi'itische wijk van Beiroet, een elektriciteitscentrale nabij Beiroet en radarinstallaties nabij Tripoli. Tevens heeft Israël een marineblokkade voor de kust van Libanon ingesteld. Hezbollah heeft honderden raketten op Noord-Israël afgevuurd. Daarbij werden ondermeer de steden Haifa, Afulah en Nazareth (meermalen) getroffen. Inmiddels zijn in Libanon ruim 180 dodelijke slachtoffers gevallen en meer dan 400 gewonden, waarvan het merendeel burgers. Aan Israëlische zijde vallen tientallen doden en gewonden te betreuren.

Evacuatie

Gelet op de toenemende onveiligheid in Libanon heeft de Nederlandse ambassade in Beiroet de evacuatie van Nederlandse burgers in Libanon georganiseerd. Heden zijn ruim 300 Nederlanders met bussen veilig in Syrië aangekomen. Vandaaruit wordt de reis naar Nederland vervolgd met militaire- en chartervliegtuigen. Er zijn momenteel nog ongeveer 400 Nederlanders in Libanon aanwezig. De ambassade Beiroet onderzoekt de mogelijkheden het vertrek van deze landgenoten te faciliteren, indien zij alsnog zouden besluiten Libanon te verlaten.

EU-reactie

De Razeb heeft op 17 juli jl. uitgebreid gesproken over de situatie in het Midden-Oosten en daarover een verklaring aangenomen die zowel de ontwikkelingen in Gaza als die in Libanon behandelt.

De Unie roept, in lijn met de verklaring die werd aangenomen door de G-8, op tot onmiddellijke vrijlating van de gevangen genomen soldaten en tot een onmiddellijke beëindiging van vijandelijkheden. Niettegenstaande het opnieuw bevestigde recht op zelfverdediging, dringt de Unie er bij Israël op aan zelfbeheersing te tonen en geen buitenproportioneel geweld te gebruiken. De EU roept op tot een terugkeer tot diplomatie en overleg. Mede daarom is, ook op mijn instigatie, HV Solana aangemoedigd actief geëngageerd te blijven, via het Kwartet en ter bevordering van actieve betrokkenheid van de SGVN en de VN-Veiligheidsraad. In dit verband heb ik benadrukt dat de Verenigde Staten, als lid van het Kwartet en als permanent lid van de Veiligheidsraad, een belangrijke rol te spelen heeft en daarom betrokken moet blijven worden.

De Hoge Vertegenwoordiger van de EU (HV), Javier Solana, bezocht inmiddels de regio en staat in nauw contact met de Israëlische regering en met president Abbas, regionale partners en de Kwartetleden teneinde de spoedige beëindiging van de crisis te bevorderen. Het Voorzitterschap en HV Solana zullen in de komende dagen en weken actief de ontwikkelingen blijven volgen en in de mate van het mogelijke in de goede richting helpen buigen. Zo nodig zullen zij de Lidstaten nader raadplegen. HV Solana is voornemens op zeer korte termijn opnieuw de regio te bezoeken.

Gelet op de Syrische rol in de regio heb ik telefonisch contact gezocht met mijn Syrische collega en bij hem aangedrongen bij te dragen aan een oplossing van de crisis. Tevens heb ik tot dusverre twee keer met mijn Israëlische ambtgenoot gebeld en mijn zorg uitgesproken over de ontwikkelingen en op zelfbeheersing en de-escalatie aangedrongen. Daarnaast sta ik regelmatig in telefonisch contact met het voorzitterschap en HV Solana.

De regering is van mening dat Israël in de gegeven omstandigheden het recht heeft militair op te treden, mits dit optreden in overeenstemming is met internationaal recht met inbegrip van relevante verdragen, proportioneel is en onschuldige burgers zoveel als mogelijk worden ontzien. De regering betreurt dat de toch al nijpende humanitaire situatie in de Gazastrook verder verslechtert. De regering is van mening dat collectieve bestraffing en intimidatie op grond van artikel 33 van de vierde Conventie van Genève ontoelaatbaar is en veroordeelt dergelijke bestraffingen en intimidatie.

Tegelijkertijd veroordeelt de regering het feit dat de Hamas-regering zich achter de eisen van de ontvoerders heeft gesteld in plaats van te ijveren voor de directe en onvoorwaardelijke vrijlating van de Israëlische militair en het feit dat de Hamas-regering tot dusverre weigert maatregelen te nemen tegen de raketbeschietingen vanuit de Gazastrook.

De regering is van oordeel dat de huidige crisis langs diplomatieke weg opgelost moet worden. Zij steunt dienaangaande bemiddelingspogingen van landen in de regio, zoals Egypte. De-escalatie staat daarbij voorop. De overvluchten door Israël over het paleis van de Syrische president dragen hieraan niet bij. De regering meent dat een onderzoek onder auspiciën van de Verenigde Naties op dit moment niet kan bijdragen aan de-escalatie. Mocht een dergelijk onderzoek op een later tijdstip opportuun blijken, dan dient de handelswijze van alle betrokken partijen in dit conflict onderzocht te worden.

De EU steunt de door de G8 overeengekomen agenda inzake de huidige crises in het Midden-Oosten.

Appreciatie

De uitbarsting en snelle escalatie van de huidige crises komt enerzijds onverwacht, maar is anderzijds goed verklaarbaar; verschillende partijen in de regio hebben belang bij de huidige verslechtering van de situatie in de regio.

De door Hamas-geleide regering van de Palestijnse Autoriteit stond recentelijk, mede door de toenemende economische crisis, onder druk en de populariteit van Hamas onder de bevolking was dalende. De Hamas-leiding binnen de Palestijnse gebieden leek dan ook tot enige concessies bereid in het kader van de Palestijnse nationale dialoog. De aanval op de Israëlische legerpost en de ontvoering van de Israëlische soldaat lijkt onder meer bedoeld door elementen binnen Hamas ter ondermijning van de nationale dialoog tussen president Abbas (Fatah) en premier Haniyeh (Hamas) te worden afgerond. De dialoog beoogde de totstandkoming van een regering van nationale eenheid op basis van een nationaal verzoeningsdocument. Er bestond onder radicalere elementen binnen Hamas in de Gazastrook en bij het leiderschap van de organisatie in Syrië kritiek op het document, onder meer vanwege de daarin opgenomen impliciete erkenning van Israël en het nationale mandaat dat president Abbas zou krijgen voor onderhandelingen met Israël op basis van PLO-resoluties. De criticasters wisten zich daarin gesteund door Syrië en Iran.

Het is onder meer gezien deze tweespalt binnen de Hamas-organisatie onzeker of het verzoeningsdocument in de (nabije) toekomst nog van politieke betekenis zal zijn. Israël heeft het document verworpen vanwege het ontbreken van een expliciete erkenning van Israël, omdat daarin geen sprake is van een uitdrukkelijke afzwering van geweld tegen Israël en omdat erkenning van bestaande akkoorden tussen de PLO en Israël ontbreekt. Zoals bekend zijn dit de eisen die het Kwartet aan Hamas stelt.

Zoals de Palestijnse aanval op de Israëlische militaire post op 25 juni jl. onder andere beoogde de Palestijnse nationale dialoog te ondermijnen, zo dient de aanval van Hezbollah op Israël op 12 juli jl. mede te worden gezien in het licht van de Libanese nationale dialoog. Daarin vormt de ontwapening van Hezbollah en de stationering van het reguliere Libanese leger in het door Hezbollah militair gecontroleerde Zuid-Libanon, overeenkomstig de VN-Veiligheidsraadsresolutie 1559, een belangrijk geschilpunt. Hezbollah lijkt de huidige crisis te hebben geïnitieerd om de toenemende nationale en internationale druk om aan resolutie 1559 te voldoen te weerstaan en om voortgezette bewapening te kunnen rechtvaardigen. De huidige crisis onderstreept nadrukkelijk het belang van onverwijlde implementatie van deze resolutie. De inspanningen van de internationale gemeenschap moeten daarop onverminderd gericht blijven. De actie van Hezbollah lijkt ook bedoeld als steun voor Hamas; door het creëren van een tweede front voor Israël zal de (militaire) druk op Hamas wellicht afnemen. Daarnaast heeft de actie het (mogelijk beoogde) gevolg gehad dat de in een vergevorderd stadium verkerende Egyptische onderhandelingspogingen om vrijlating van de gegijzelde Israëlische soldaat en een staakt-het-vuren te bewerkstelligen, strandden.

Ten slotte spelen Syrië en Iran als traditionele bondgenoten van Hezbollah en Hamas een belangrijke rol in de huidige crisis. Beide landen zijn verklaarde vijanden van Israël en steunen daarom gewapende acties van genoemde organisaties tegen dat land. De timing van de meest recente acties van de twee organisaties en de actieve steun daaraan door Syrië en Iran lijkt onder meer bedoeld ter afwending van de grote internationale druk waaraan beide landen sinds geruime tijd blootstaan. Een oplossing van de huidige crisis is niet goed denkbaar zonder hun (impliciete) medewerking.

De opstelling van de Israëlische regering lijkt voort te vloeien uit het afnemende vertrouwen van de Israëlische bevolking in het vermogen van premier Olmert en minister van Defensie Peretz de huidige crisis tot een goed einde te brengen en uit het jarenlange streven van opeenvolgende Israëlische regeringen definitief af te rekenen met Hamas en Hezbollah als militaire en politieke organisaties. De aanvallen op Israël vanuit gebieden waaruit Israël zich heeft teruggetrokken, tasten de steun onder de bevolking aan voor de plannen voor eenzijdige terugtrekking uit de Westoever. Hierdoor voelt de Israëlische regering zich schijnbaar gedwongen met harde hand een einde te maken aan dergelijke aanvallen, ook met het oog op het voorkomen daarvan in de toekomst.


---- --