CDA afdeling Gelderland


CDA en VVD stellen vragen over Habitatrichtlijn

23-08-2006

Na een bezoek van CDA en VVD aan Winterswijk is duidelijk geworden dat boeren genoeg hebben van de vele plannen in hun gebied. Zij maken zich ernstige zorgen over de zogenaamde Vogel- en Habitatrichtlijn, die als doel heeft de biologische diversiteit in stand te houden. CDA en VVD stellen hierover vragen aan het dagelijks bestuur van de provincie Gelderland.

In Winterswijk bevindt zich een aantal grote en vitale melkveehouderijen die een belangrijke bijdrage leveren aan de instandhouding van het landschap, maar die zich ook verder willen ontwikkelen. Deze bedrijven zijn bang dat hun bedrijf in de knel komt te zitten en zien weinig perspectief voor de toekomst. Het CDA en VVD willen daarom weten of er door de Vogel- Habitatrichtlijn meer gebieden als natuur aangewezen moeten worden dan nu het geval is en zo ja, wat zijn de gevolgen voor de agrarische bedrijven in het gebied?

Zie hieronder de schriftelijke vragen die vandaag naar het bestuur van de provincie Gelderland zijn gestuurd.

Voor meer informatie cda@ps.gelderland.nl


1.
Op welke wijze is de provincie betrokken geweest bij proces tot nu toe van begrenzing en doelformulering voor de Vogel- en Habitatrichtlijngebieden (Natura 2000 gebieden) op het grondgebied van de gemeente Winterswijk (en Oost-Gelre)?


2.
Welke zienswijze is specifiek voor deze gebieden in bovengenoemd proces ingebracht?


3.
Is te verwachten, dat vanwege het VHR-beleid in Winterswijk extra grond met een natuurbestemming nodig is (boven hetgeen nu is vastgelegd door de provincie)?


4.
Op welke wijze is rekening gehouden met in het verleden gemaakte afspraken over de planologische status, functie en externe werking van de bufferzone rond het Korenburgerveen?


5.
Welke beperkingen kunnen voortvloeien uit de opname van bovenbedoelde bufferzone in een Natura 2000-gebied voor de planologische status (bestemming) en de gebruiksmogelijkheden van de gronden in deze bufferzone?


6.
Welke extra gevolgen kan voornoemde opname hebben voor de bestemming en gebruiksmogelijkheden van de gronden en agrarische bouwblokken die aan de huidige bufferzone grenzen (boven op de gevolgen voor de situatie dat bedoelde opname niet plaats vindt)?


7.
Is het de provincie bekend, dat zich in Winterswijk een aantal grote, vitale melkveebedrijven bevindt, die een belangrijke bijdrage aan het in stand houden van een aantrekkelijk landschap leveren, maar zich in omvang verder willen ontwikkelen om rendabel te kunnen blijven? Zijn deze bedrijven, ook als zij qua omvang verder willen groeien, te combineren met de VHR-doelen zoals LNV deze thans voor ogen staan? Welke beperkingen zouden kunnen gaan gelden?


8.
Wat kunnen de gevolgen van het VHR-beleid zijn voor de niet-agrarische bedrijvigheid in Winterswijk en de mogelijkheden tot functieverandering van vrijkomende agrarische gebouwen in Winterswijk?