Overschot aan hoogopgeleiden in Nederland
The boston consulting group
EMBARGO TOT 11 OKTOBER 2006, 10.30 UUR
Overschot aan hoogopgeleiden in Nederland
Meer Banen voor Talent creëren is hard nodig
N.B. de persbijeenkomst voor de presentatie van dit rapport, van 11 oktober 2006, 10.30
uur in Nieuwspoort is geannuleerd
Baarn, 11 oktober 2006 Er is in Nederland geen tekort aan hooggeschoolden en dat zal de
komende jaren niet veranderen. Dit blijkt uit onderzoek van The Boston Consulting Group
(BCG). In de politiek is de indruk ontstaan dat het hoger onderwijs meer en betere
studenten moet afleveren, zodat Nederland een kenniseconomie wordt. Maar om de
Nederlandse economie kennisintensiever te maken moet niet alleen het aanbod maar vooral
de vraag naar hoogopgeleiden worden gestimuleerd, zo blijkt uit de studie van BCG.
In tegenstelling tot wat vaak wordt beweerd is de Nederlandse beroepsbevolking relatief
goed en hoog opgeleid. Nederland staat op de 4e plaats wereldwijd, na de VS, Noorwegen en
Israël. De kwaliteit van de Nederlandse universiteiten doet niet onder voor die van
onze buurlanden. Nederland heeft twee universiteiten in de top 100 van de wereld en 12
universiteiten in de top 500. Afgezet tegen het aantal inwoners eindigt ons land daarmee
op een derde plaats na Zweden en Zwitserland en dus vóór Canada, Duitsland,
Groot-Brittannië en de Verenigde Staten.
Er is ook geen tekort maar een overschot aan hoogopgeleiden. Volgens berekeningen van The
Boston Consulting Group bedroeg in 2004 het structurele overschot aan hoogopgeleiden
80-duizend FTE. Dit overschot vertaalt zich niet zozeer in werkloosheid, maar vooral in
hoogopgeleiden die een baan onder hun niveau accepteren. Ze benutten hun opleiding niet
ten volle en verdringen daarmee werknemers met een middelbare opleiding.
De komende jaren zal het overschot blijven bestaan ondanks de economische groei en de
daaruit voortvloeiende werkgelegenheidsgroei. Voor het jaar 2020 wordt een structureel
overschot voorzien van circa 140-duizend FTE. De vergrijzing brengt hierin geen
verandering. Dit komt doordat de babyboomers die binnenkort met pensioen gaan
verhoudingsgewijs veel minder vaak studeerden aan universiteit of hogeschool dan de
generatie die instroomt op de arbeidsmarkt.
De onderzoeksresultaten geven ook geen tekorten in bepaalde studierichtingen aan, enkele
specifieke uitzonderingen daargelaten. Slechts 13 procent van de universitair geschoolden
en 11 procent van de HBO'ers werkt in een baan waarvoor alleen de eigen studierichting
geschikt is. Voor bèta's is dat beeld niet wezenlijk anders.
Gezien deze uitkomsten acht BCG een eenzijdige focus op de kwantiteit en kwaliteit van het
hoger onderwijs niet effectief. Natuurlijk is een goed aanbod van hoogopgeleiden
belangrijk voor een kenniseconomie, maar dat is alleen waardevol als ook de vraag naar
hoogopgeleid werk stijgt. Daarom adviseert BCG om ook specifiek aan te sturen op het
vergroten van de hoeveelheid kennisintensief werk in Nederland. Dat kan door:
- het verder stimuleren van kennisintensieve sectoren;
- een betere aansluiting tussen hoger onderwijs en het MKB;
- te stimuleren dat hoogopgeleiden een eigen onderneming starten.
Bepaalde economische sectoren, zoals de zakelijke dienstverlening en de financiële
sector, zijn van nature kennisintensief. Door snellere groei kunnen deze sectoren meer
hoogopgeleide werknemers opnemen Een actief beleid om de groei in deze sectoren te
bevorderen kan de vraag naar hoogopgeleiden stimuleren.
Het aantal hoogopgeleiden in het MKB blijft achter bij het. Het MKB geeft zelf ook aan
veel hoogopgeleiden nodig te hebben. Er zijn echter aansluitingsproblemen die weggewerkt
moeten worden.
Nederland kent een laag aantal startende ondernemers in vergelijking met andere landen.
Tegelijkertijd weten we uit diverse onderzoeken dat hoogopgeleiden succesvoller zijn als
ondernemers. Aanmoedigen van hoogopgeleiden tot ondernemerschap is daarom het advies.
Over het onderzoek
The Boston Consulting Group levert graag een constructieve bijdrage aan discussies over
belangrijke vraagstukken in de samenleving. Daartoe verschijnt de serie Perspectieven,
waarin The Boston Consulting Group op eigen initiatief een rapport aan de samenleving
uitbrengt. Dit eerste jaar richten we ons op de relatie tussen hoger onderwijs en de
arbeidsmarkt in Nederland. Met behulp van objectieve feiten en cijfers willen wij
knelpunten aanwijzen en mogelijkheden aanreiken voor fundamentele verbetering van die
relatie.
The Boston Consulting Group
Sinds de oprichting in 1963 streeft BCG ernaar zijn klanten te helpen concurrentievoordeel
te behalen. Ons bedrijf heeft de overtuiging dat best practices of benchmarks maar zelden
voldoende zijn om blijvende waarde te creëren en dat nieuw inzicht in de economie,
markten en de dynamiek van organisaties nodig is om tot verbetering te komen. Voor ons is
elke opdracht een unieke reeks kansen die niet optimaal kunnen worden benut door een
standaardoplossing toe te passen. BCG heeft 61 vestigingen in 36 landen en telt onder
zijn klanten ondernemingen uit alle bedrijfstakken en markten. Meer informatie vindt u op
onze website www.bcg.com.