Den Haag, 13 november 2006
Vragen van het lid Timmermans (PvdA) aan de minister van Defensie
over schietoefeningen voor studentenweerbaarheden
1. Wordt studentenweerbaarheden met enige regelmaat de gelegenheid geboden bij de krijgsmacht schietoefeningen te houden?
2. Wat zijn de totale kosten van deze schietoefeningen, zowel wat betreft de inzet van Defensiepersoneel, het gebruik van schietbanen, het gebruik van wapens en de verschoten munitie? Worden deze kosten in rekening gebracht bij de studentenweerbaarheden? Zo nee, draait de belastingbetaler dan voor deze kosten op?
3. Biedt Defensie studentenweerbaarheden nog andere faciliteiten? Zo ja, om welke faciliteiten gaat het dan en wat zijn de kosten voor de belastingbetaler die hiermee verbonden zijn?
4. Welk maatschappelijk belang, welk defensiebelang of welk belang van de krijgsmacht wordt gediend met deze schietoefeningen? Welke toegevoegde waarde hebben studentenweerbaarheden voor de krijgsmacht, Defensie of de Nederlandse samenleving, anders dan het in stand houden van een zekere traditie en het bieden van vertier voor leden van studentenverenigingen? Bent u wellicht van plan de studentenweerbaarheden in te zetten voor het vervullen van defensietaken? Zo ja, om welke taken gaat het dan?
5. Acht u het nodig voor het bestaan van studentenweerbaarheden dat hun leden beschikken over schietvaardigheid? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom zou Defensie dan gelegenheid moeten bieden aan dit soort verenigingen om schietvaardigheid op te doen?
6. Biedt Defensie ook andere verenigingen, waarvan de leden graag soldaatje spelen, de gelegenheid gebruik te maken van faciliteiten van de krijgsmacht om te kunnen schieten of andere militaire vaardigheden op te doen? Zo ja, om hoeveel verenigingen gaat het en wat kost dit de belastingbetaler? Zo nee, waarom wordt dan wel een dergelijke faciliteit geboden aan studentenweerbaarheden?
Partij van de Arbeid