Unicef



Britse artsen luiden noodklok voor kinderen Irak 19 januari 2007, Londen - Een groep vooraanstaande Britse en Iraakse artsen heeft de regering van premier Tony Blair vrijdag in een brandbrief opgeroepen een einde te maken aan de schrijnende situatie van kinderen in Iraakse ziekenhuizen. Honderden kinderen zouden door een tekort aan eenvoudige middelen overlijden.

De honderd prominente artsen weten zich gesteund door internationale juristen, die zeggen dat de situatie in de ziekenhuizen een schending van de Conventie van Genève is. Die vereist dat een bezettende macht menselijk leven beschermd.

"Kinderen die handen, voeten of ledematen hebben verloren, krijgen geen protheses. Kinderen in grote psychologische nood blijven onbehandeld'", citeerde de Britse krant The Independent uit de brief.

Baby's worden in Irak beademd met een plastic buisje en sterven omdat er geen zuurstofmaskers zijn. Andere pasgeborenen overlijden omdat ze geen K-prik (vitamine) krijgen of omdat er geen schone injectienaalden zijn. Door een gebrek aan latex handschoenen worden infectieziektes overgedragen. De baby's krijgen poedermelk met vervuild leidingwater, in plaats van zuigelingenmelk dat is aangelengd met flessenwater.

De internationale hulporganisatie Save the Children schat dat 59 van alle duizend pasgeborenen in Irak overlijden.

Nog maar de helft van alle Iraakse artsen werkt in het land.

Alle artsen die banden met de Baath-partij van Saddam Hussein hadden, zijn uit hun ambt gezet. Bovendien hebben de gewapende milities het veelal op artsen en verpleegkundigen voorzien. De Britse en Iraakse artsen vragen daarom om garanties voor de veiligheid van hun collega's. Patiënten zouden vaker naar omliggende landen moeten worden vervoerd om veilig te kunnen worden behandeld.

Bron: ANP