ABN AMRO

Amsterdam, 22 januari 2007

Economen ABN AMRO zien verbeterpotentieel voor kenniseconomie Brainport Eindhoven

De regio rond Eindhoven beschikt over een groot innovatiepotentieel, maar zou zich nog beter kunnen ontwikkelen. Tot die conclusie komen economen van ABN AMRO in het rapport `Van Brains naar Baten. Breng Brainport in Balans!', dat in samenwerking met de Brabants Zeeuwse Werkgeversvereniging is opgesteld. Het rapport wordt vandaag aangeboden aan Cees Oudshoorn, landelijk secretaris van VNO-NCW en Peter Swinkels, voorzitter van de Brabants Zeeuwse Werkgeversvereniging (BZW) tijdens een ondernemerscongres in het Evoluon in Eindhoven.

De medium en hightech-segmenten van de maakindustrie leveren in de regio rond Eindhoven meer dan de helft van de industriële werkgelegenheid. De vijfde agglomeratie van het land is bovendien gelegen in de enige Nederlandse provincie die voldoet aan de Lissabon-doelstelling voor investeringen in onderzoek en ontwikkeling. De regio heeft onmiskenbaar potentie om uit te groeien tot de top van Europese kennisregio's. Wouter van Aggelen, econoom bij ABN AMRO, stelt echter dat urgentie geboden blijft: "de Nederlandse kenniseconomie zakt steeds verder af naar de internationale middenmoot. Onlangs bleek dat Nederland op de meeste indicatoren ver verwijderd is van de top 5 van Europa. Zelfs de Brainport- regio hoort nog niet bij de Europese top. De formele toekenning van de Brainport- status door het Rijk is dan ook een bemoedigend signaal, maar niet voldoende."

Om uit te groeien tot een internationaal toonaangevende kennisregio, doen de economen vier concrete aanbevelingen:


· `Voer regie, maak keuzes en stop de versnippering'. Dit voorstel is mede gebaseerd op een enquête onder het midden- en kleinbedrijf (mkb) en interviews met sleutelfiguren in het bedrijfsleven en de not-for-profit sector in de regio. Zo constateren de economen in de eerste plaats dat het Rijk in sommige andere landsdelen aandachtsgebieden benoemt die overeenkomen met die in de regio Eindhoven (zoals high-tech materialen en mechatronica, life science en medische technologie). Daarnaast stellen de economen dat het voor ondernemers moeilijk is om goed zicht te krijgen op het grote aantal instanties dat zich met diverse, soms overlappende middelen bezighoudt met de stimulering van de kenniseconomie in de Brainport - regio.


· De tweede aanbeveling die in het rapport naar voren komt betreft de communicatie: `communiceer met álle schakels in de keten'. Deze aanbeveling vloeit vooral voort uit de constatering dat de communicatie met het mkb over de doelstellingen van Brainport en de rol van het mkb daarin, kan worden verbeterd.


· De derde oproep, `verbeter het arbeidsaanbod, open het hek voor kenniswerkers en werf talent', hangt samen met de vaststelling dat ondernemers moeilijkheden ondervinden bij de werving van vaktechnisch personeel en buitenlandse kenniswerkers. In gang gezette initiatieven om de arbeidsdeelname van met name jonge allochtonen te verhogen en de inspanningen van

regionale opleidingscentra (ROC) om vervroegde schooluitval te voorkomen en meer stages te realiseren, worden dan ook toegejuicht. Daarnaast pleiten de economen voor herstel van het imago van Nederland als land waar getalenteerde mensen graag wonen en werken, onder meer door een publieke voorlichtingscampagne. In navolging van de OESO wordt verder op een vijftal onderdelen een ruimhartiger regeling voor kennismigranten bepleit: de toelatingscriteria voor zelfstandige ondernemers en hier reeds aanwezige hoogopgeleide studenten en asielzoekers, de leges voor werk- en verblijfsvergunningen, de gestelde inkomenseisen en de verplichte inburgeringsexamens voor kennismigranten die hier langer dan vijf jaar wonen en werken.


· Het vierde voorstel, `verbeter de bereikbaarheid' betreft niet alleen de landelijk bekende problemen op de A2. Hieraan wordt immers al hard gewerkt. Vooral verbetering van de ontsluiting van Eindhoven-Oost wordt bepleit. Hoewel de overbelasting van de wegen enerzijds vraagt om investeringen in de infrastructuur, wordt ook beprijzing van het weggebruik als een serieuze optie voorgesteld. Voorbeelden uit het buitenland laten op dit terrein successen zien. De opbrengsten van de beprijzing kunnen worden besteed aan verbeteringen van de infrastructuur en het openbaar vervoer.

Perscontacten: 020- 6288900