PERSBERICHT
Ook beter voor het verpleeghuispersoneel
OUDEREN MET DEMENTIE BETER AF MET KLEINSCHALIG WONEN
Utrecht, 29 januari 2007. Ouderen met dementie zijn beter af in een kleinschalige woonvorm dan in een grootschalig verpleeghuis. Ze hebben minder hulp nodig, zijn meer sociaal betrokken en genieten meer van de omgeving. Ook hebben ze vaker iets om handen. Daarnaast blijkt het verzorgend personeel liever in kleinschalige woonvormen te werken. Ze zijn meer tevreden met hun werk en hebben minder burn-out klachten dan hun collega's in verpleeghuizen. Dit blijkt uit nieuwe onderzoeksresultaten van het Trimbos-instituut en het VUmc die morgen op een symposium over kleinschalig wonen gepresenteerd worden.
In het onderzoek zijn 67 nieuwe bewoners van 19 kleinschalige woonvormen vergeleken met 99 nieuwe bewoners van 7 moderne grootschalige verpleeghuizen. In een kleinschalige woonvorm leven maximaal zes ouderen met dementie samen in een huiselijke omgeving. De verzorgenden voeren samen met de bewoners zoveel mogelijk een normaal huishouden. De maaltijden worden in de woning zelf bereid. Het onderzoek toont aan dat het beter is om opgenomen te worden in een kleinschalige woonvorm. Bewoners hebben minder hulp nodig bij hun dagelijkse activiteiten en zijn meer bij elkaar betrokken. Ook genieten zij meer van de omgeving en hebben ze vaker iets om handen. Gedragsproblemen komen bij deze ouderen overigens net zo vaak voor als bij ouderen in grootschalige verpleeghuizen.
Niet alleen de bewoners hebben baat bij kleinschalig wonen. Ook voor het verzorgend personeel levert het voordeel op. Ze krijgen meer sociale steun van elkaar. En doordat ze meer zelfstandigheid en lagere werkeisen ervaren, hebben ze minder burn-out klachten en meer werkplezier. Het personeel in kleinschalige woonvormen werkt vaak in een klein vast team dat zelf de touwtjes in handen heeft, terwijl de organisatie in grootschalige verpleeghuizen hiërarchischer is. Dat verschil zou een verklaring kunnen zijn voor de positieve effecten van kleinschalig wonen.
Ook de familie van bewoners blijkt tevreden over kleinschalig wonen. Ze vindt dat verzorgenden minder gehaast zijn in de omgang met de bewoners. Bovendien zijn ze van mening dat er meer respect is voor de belevingswereld van de bewoners en de gevoelens van de familieleden. Voor de zorgbelasting en gezondheid van de familieleden blijkt het echter niet uit te maken of een opname in een kleinschalige woonvorm of een grootschalig verpleeghuis plaats heeft: de situatie van familieleden ondergaat in beide gevallen een aanzienlijke verbetering.
Symposium Kleinschalig wonen voor ouderen met dementie: doen of laten?, 30 januari 2007, de buitensociëteit Zwolle.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de afdeling Communicatie van het Trimbos-instituut. Tel. 030-297 11 16 of 030-297 11 12.
Trimbos-instituut