Ingezonden persbericht



SER BESPREEKT 50 JAAR EUROPESE SAMENWERKING


16 maart 2007 - Vanochtend bracht de SER een verklaring uit naar aanleiding van het 50-jarig bestaan van het Verdrag van Rome. Met dit verdrag werd op 25 maart 1957 de Europese Economische Gemeenschap opgericht, de voorloper van de Europese Unie. De SER roept regering en parlement op om het maatschappelijke debat over Europa van een nieuwe impuls te voorzien. De SER wil betrokken blijven bij het Europese integratieproces en een bijdrage leveren aan de ambitie van het kabinet te investeren in een sterk draagvlak voor verdergaande Europese samenwerking. Dit is essentieel om sociaal-economische doelstellingen te bereiken.

Namens de drie ondernemerscentrales voerde Jan Willem van den Braak (VNO-NCW) het woord. Ondanks dat de samenwerking in Europa niet altijd gladjes verloopt en er ook wel wat overbodige regelgeving wordt geproduceerd, slaat bij hem de balans van voor- en nadelen volledig door naar de voordelen. Deze liggen vooral op het vlak van politieke en economische stabiliteit, welvaart en werkgelegenheid. Deze voordelen zijn zo vanzelfsprekend geworden dat de Europese Unie aan zijn eigen succes ten onder dreigt te gaan, omdat burgers dat succes niet meer herkennen. Van den Braak was daarom blij dat het nieuwe kabinet als eerste pijler een actieve rol van Nederland in Europees en internationaal verband aankondigt. De ondernemersorganisaties zitten ondertussen ook niet stil: op 21 maart zullen VNO-NCW en MKB-Nederland met een gezamenlijke nota komen over de Europese agenda tot 2012.

Het kroonlid Yvonne van Rooy memoreerde dat de SER vanaf het prille begin betrokken is geweest bij de totstandkoming van 'Europa'. Het ligt dan ook voor de hand dat de SER nu met een verklaring komt. Zij vond dat er veel bereikt is Europa, veel meer dan de founding fathers hadden kunnen bevroeden. Maar hoe meer er wordt bereikt, hoe meer scepsis er bij de mensen ontstaat. Kijk maar naar de euro. Bovendien is de regelgeving soms te gedetailleerd, waardoor het draagvlak bij de burgers onder druk komt te staan. Daar komt bij dat de verdragen niet meer zijn toegesneden op de huidige omvang van de EU. Om de EU slagvaardiger te maken is het nodig dat dit verdragen worden aangepast. Daarnaast moet de publieke opinie worden gevoed met informatie over de EU. Er moet een brug worden geslagen tussen de ambities van de EU en de - begrijpelijke - zorgen bij de burgers. De SER kan hierbij een belangrijke rol spelen, vond zij.

CNV-voorzitter René Paas - sprekend namens de vakcentrales CNV en MHP - benadrukte dat Europa op de eerste plaats mensen, niet landen, moet samenbrengen, zoals Jean Monnet, een van de grondleggers van de EU heeft gezegd. Het gaat om de mensen en draagvlak is daarom van levensbelang. Door het nee van de Franse en Nederlandse kiezers is de Europese integratie tot stilstand gekomen. Om er weer beweging in te krijgen is het van groot belang dat Europa weer vertrouwen krijgt van de burgers. Dat kan Europa pas krijgen als het laat zien waar het op uit is. Vrije handel en vrij verkeer zijn belangrijk, maar ze inspireren niet, vond Paas. Het zijn slechts instrumenten voor de grote Europese idealen. Hij riep op zichtbaar te maken dat vrede, stabiliteit en welvaart bij Europa in goede handen zijn

Een ander geluid kwam van FNV-voorzitter Agnes Jongerius, die niet stond te juichen bij 50 jaar Verdrag van Rome. Ze zei niet tegen een verenigd Europa te zijn, maar wel bedenkingen te hebben tegen de richting waarin Europa zich ontwikkeld. Ze vond dat de EU op sociaal gebied zaken laat liggen, en dat er te veel wordt vertrouwd op marktwerking. Ze kondigde aan dat de FNV aanstaande vrijdag een nationaal debat gaat starten over flexibiliteit en zekerheid. Hiermee sluit ze aan op de oproep van minister Timmermans aan maatschappelijke organisaties om het debat over Europa weer vlot te trekken.

SER-voorzitter Alexander Rinnooy Kan constateerde dat alle sprekers zich persoonlijk betrokken voelen bij Europa. Het gaat dan ook om veiligheid, welvaart en sociale stabiliteit, om Europa als drager van beschaving en cultuur en als representant van een manier van leven en werken. In andere werelddelen wordt er heel veel van Europa verwacht, daar zien ze Europa als een klein wonder. Hij riep dan ook op dit gemeenschappelijke erfgoed te koesteren.