t Gezondheidsraad
hcir Health Council of the Netherlan ds
ebsre Datum : 21 maart 2007
P Ongerichte waarschuwingen op
verpakkingen onnodig beperkend
voor mensen met voedselallergie
Op steeds meer verpakkingen geven fabrikanten aan dat voedingsmiddelen elementen kunnen bevatten die tot allergische reacties kunnen leiden. Dan wordt bijvoorbeeld gemeld dat in dezelfde fabriek ook met noten is gewerkt. Deze ongerichte waarschuwingen dreigen de keuzevrijheid van mensen met een voedselallergie echter onnodig te beperken. Regelgeving over maximaal toelaatbare hoeveelheden allergenen in voedingsmiddelen zou een betere optie zijn om een breed en veilig aanbod te garanderen. Zo'n vier- tot zesduizend mensen lijden aan een ernstige vorm van voedselallergie. Eten zij iets verkeerds, dan kan dat levensbedreigend zijn. De meeste patiënten hebben minder ernstige klachten, maar ook voor hen is vermijden van het allergeen de beste handelwijze. In totaal gaat het bij voedselallergie om een paar procent van de bevolking. Dit schrijft de Gezondheidsraad in een advies dat vandaag wordt aangeboden aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Er zijn geen duidelijke aanwijzingen dat het aantal mensen met een voedselallergie stijgt. Wel is er een omvangrijke groep mensen die denkt aan een allergie te lijden, terwijl dat niet zo is. Onterechte angst voor een allergische reactie kan ertoe leiden dat mensen zich onnodig beperken in hun eetpatroon. En dat kan weer resulteren in een ongezonde voeding, met bijvoorbeeld te weinig vitamines. Om te kunnen bepalen wie bepaalde elementen in de voeding moet vermijden en wie niet, is goede diagnostiek onontbeerlijk. Op dat gebied valt nog veel te winnen, onder meer door richtlijnen voor het gebruik van betrouwbare tests. Voor consultatiebureaus zou een eenvoudige maar betrouwbare dubbelblinde test ontwikkeld kunnen worden die laat zien welke baby's een koemelkallergie hebben en welke niet. Ook bij oudere kinderen en volwassenen is een dubbelblinde test de enige manier om zekerheid te krijgen.
Is de diagnose gesteld,dan is vermijden van het allergeen vervolgens de beste handelwijze. Genezen is namelijk niet mogelijk. Goede productinformatie is dus van groot belang. Een manier om ongerichte waarschuwingen op verpakkingen tegen te Bezoekadres Postadres Parnassusplein 5 Postbus 16052 2511 VX Den Haag 2500 BB Den Haag Telefoon (070) 340 7520 Telefax (070) 340 75 23 E-mail:Info@gr.nl www.gr.nl

Gezondheidsraad
t Health Council of the Net herlands
hcirebsre Pagina : 2
gaan zou zijn om maximaal toelaatbare concentraties van allergenen in P voedingsmiddelen te bepalen. Dan kan aan de consument duidelijk worden gemaakt bij welke producten een reëel risico bestaat op een allergische reactie en bij welke niet. Het is aan de overheid, in samenspraak met patiëntenorganisaties, bedrijven, wetenschappers, artsen en diëtisten, om te bepalen welk risico daarbij aanvaardbaar wordt geacht.
Over effectieve preventie is nog weinig bekend. Borstvoeding wordt wel genoemd als beschermende factor. Hoewel moedermelk om veel redenen goed is voor baby's, en het huidige beleid van consultatiebureaus dus gewoon voortgezet kan worden, is op dit moment niet duidelijk of borstvoeding ook beschermt tegen het ontstaan van een voedselallergie. Onderzoek kan wellicht meer duidelijkheid bieden. De commissie die het advies heeft opgesteld, bestond uit: mw. prof. dr. C.A.F.M. Bruijnzeel-Koomen,hoogleraar dermatologie-allergologie, Universitair Medisch Centrum Utrecht,voorzitter ·prof. dr. ir. B. Brunekreef hoogleraar milieu-epidemiologie, Universiteit en Universitair Medisch Centrum Utrecht ·prof. dr. A.E.J. Dubois ·bijzonder hoogleraar kinderallergologie, Academisch Ziekenhuis Groningen· dr. H. de Grootinternist-allergoloog, Erasmus Medisch Centrum, Rotterdam ·dr. G.F. Houben, levensmiddelentoxicoloog, TNO Kwaliteit van Leven, Zeist· prof. dr. M.B. Katan, hoogleraar voedingsleer, Instituut voor Gezondheidswetenschappen, Faculteit der Aard-en Levenswetenschappen, Vrije Universiteit, Amsterdam·dr. C.M.F. Kneepkens, kinderarts-gastro-enteroloog, VU medisch centrum, Amsterdam ·dr. A.C. Knulst, dermatoloog, Universitair Medisch Centrum Utrecht ·mw. drs. Y. Meijer kinderarts-allergoloog, Wilhelmina Kinderziekenhuis, Utrecht· dr. R. van Ree, immunoloog- biochemicus, Academisch Medisch Centrum, Amsterdam ·prof. dr. ir. H.F.J. Savelkoul hoogleraar celbiologie en immunologie, Wageningen Universiteit, Wageningen, ·prof. dr. C.P. van Schayck, hoogleraar huisartsgeneeskunde en preventieve geneeskunde, Universiteit Maastricht ·mw. drs. M.L. van Weert-Waltman, arts maatschappij en gezondheid, cluster, jeugdgezondheidszorg, GGD Amsterdam ·mw. drs. E.N. Blok,Voedsel en Waren Autoriteit, Bureau Risicobeoordeling, Den Haag,adviseur tot medio 2005 ·dr. H.P.J.M. Noteborn, Voedsel en Waren Autoriteit, Bureau Risicobeoordeling, Den Haag, adviseur vanaf medio 2005 · drs. A.F.H. de Jong,Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, directie Voeding, Gezondheidsbescherming en Preventie, Den Haag,adviseur tot medio 2005 ·mevr. ir. I. Stoelhorst, adviseur vanaf medio 2005,Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, directie Voeding, Gezondheidsbescherming en Preventie, Den Haag ·dr. C.M.A. van Rossum, secretaris tot eind 2005· dr. ir. R. Weggemans,co-secretariszomer 2006· dr. ir. C.J.K. Spaaij, secretarisvanaf januari 2006. De publicatie `Voedselallergie' (nr. 2007/07) is te downloaden van www.gr.nlen in een papieren versie op te vragen bij het secretariaat van de Gezondheidsraad, fax (070)340 7523, e-mail: order@gr.nl. Nadere inhoudelijke inlichtingen verstrekt Caroline Spaaij, tel. (070)3405822, e-mail cjk.spaaij@gr.nl. Bezoekadres Postadres Parnassusplein 5 Postbus 16052 2511 VX Den Haag 2500 BB Den Haag Telefoon (070) 340 7520 Telefax (070) 340 75 23 E-mail: info@gr.nl www.gr.nl