Wageningen Universiteit

6 jun 2007 13:30

Onderdeel: Wageningen Universiteit

Locatie: Aula, Gebouw 362, Gen. Foulkesweg 1, Wageningen
Organisatie: Wageningen Universiteit

Promotor: prof.dr. O. van Kooten (Tuinbouwproductieketens)
Co-Promotor: Dr.ir. E. Heuvelink, Dr. S.M.P. Carvalho

De Nederlandse glastuinbouw is een van de meest geavanceerde vormen van plantenteelt, hetgeen resulteert in hoge opbrengsten en producten van goede kwaliteit. Dit betekent echter ook dat een hoge energie-input nodig is, die voor de meeste gewassen 15 tot 20% van de totale productiekosten vertegenwoordigt. Het is belangrijk dat de energie-efficiënte (de hoeveelheid product vervaardigt per eenheid energie-input) verbetert. Door veredeling zouden voor verschillende kasgewassen nieuwe cultivars kunnen worden ontwikkeld die beter zijn aangepast aan temperaturen onder de huidige economisch optimale temperatuur. Het werk dat in dit proefschrift wordt beschreven, heeft als doel de mogelijkheden te onderzoeken om door middel van plantenveredeling de energie-efficiëntie van kasgewassen te verbeteren. Hiervoor zijn tomaat en chrysant als modelgewassen gebruikt. De nadruk ligt vooral op het onderzoeken van mogelijke verschillen in groei, ontwikkeling en opbrengst tussen tomaten- of chrysantencultivars in reactie op suboptimale temperaturen, maar er is ook aandacht voor opbrengstverhoging bij de huidige optimale temperaturen. Over het algemeen was er in dit onderzoek meer variatie voor temperatuurgevoeligheid tussen chrysanten- dan tussen tomatencultivars. Daarom is het belangrijk dat bij tomaat alternatieven voor het inbrengen van genetische variatie onderzocht worden, zoals wilde verwante tomatensoorten. Bij het veredelen richting cultivars die beter bij een lage temperatuur kunnen produceren, is het belangrijk om te letten op de verminderde groei bij suboptimale temperatuur als gevolg van een lagere specifiek bladoppervlakte (specific leaf area; SLA). Daarnaast moet aandacht worden besteed aan de tragere ontwikkeling bij suboptimale temperatuur. Bovendien kan de energie-efficiëntie ook worden verbeterd door cultivars met een hogere opbrengst te creëren. In chrysant worden alle bovengrondse plantendelen geoogst en daarom is het misschien niet voordelig om de verdeling van assimilaten te veranderen, tenzij de kwaliteit daardoor verbetert, wat leidt tot een hogere economische waarde. Bij tomaat kan het mogelijk voordelig zijn om de verdeling van de assimilaten naar de vruchten te verbeteren ten koste van de verdeling van de assimilaten naar het blad. Voor beide gewassen is het belangrijk dat de efficiëntie waarmee licht wordt gebruikt (light use efficiency; LUE) verder verhoogd wordt. Daarnaast kan een verbeterde lichtonderschepping in het begin van de teeltfase, bijvoorbeeld door het verhogen van de SLA, bevorderlijk zijn voor de groei van zowel chrysant als tomaat, alhoewel voor tomaat de lichtonderschepping met moderne teeltmethodes voor een groot gedeelte van de teelt bijna optimaal gehouden kan worden.




Zie het origineel
Directe internet uitzending van de promotie