Persbericht
Datum 6 juni 2007
Kenmerk 089
Amsterdamse OV-visie 2007-2020: meer en beter
openbaar vervoer
De gemeente Amsterdam wil de komende jaren de kwaliteit van het openbaar
vervoer verbeteren en meer ov-verbindingen creëren om de groei van de mobiliteit
te kunnen opvangen en de luchtkwaliteit te verbeteren. Het college van B&W wil
onder andere de Ringlijn doortrekken naar de Houthavens (en vervolgens óf naar
het CS óf naar Amsterdam-Noord), de Noord/Zuidlijn doortrekken naar Amstelveen,
een metroverbinding naar Schiphol tot stand brengen, en het aantal P+R's
vergroten. Daarnaast wil het college via de Stadsregio regelen dat het openbaar
vervoer tot 01.00 uur blijft rijden en dat het spitsvervoer tot 20.00 uur wordt
aangeboden. Het metronet moet worden opgewaardeerd tot een hoogwaardig
systeem. Dit zijn enkele ambities die verwoord staan in de `OV-visie 2007-2020', die
op 5 juni door het college is vrijgegeven voor inspraak.
De mobiliteit in, van en naar Amsterdam blijft de komende jaren fors groeien. Veel
mensen gebruiken daarbij nog steeds de auto als vervoermiddel, met als gevolg dat het
wegennet in en om de stad steeds meer dichtslibt en de stad slecht bereikbaar wordt.
Bovendien heeft dit negatieve gevolgen voor de luchtkwaliteit en voor de gezondheid van
de Amsterdammers. Uit recent onderzoek blijkt dat de luchtkwaliteit in de stad de
afgelopen jaren sterk is achteruitgegaan.
Tjeerd Herrema, wethouder Verkeer: "Verbetering van het openbaar vervoer is heel hard
nodig, en we hebben daar ook heldere ideeën over. We willen dat mensen makkelijker in
het openbaar vervoer stappen dan in hun auto. Dat is beter voor de luchtkwaliteit en voor
de bereikbaarheid van Amsterdam. Door hoogwaardig, toegankelijk én meer openbaar
vervoer aan te bieden, willen we het aantrekkelijker maken om de auto te laten staan. In
de OV-visie staat waar we naartoe willen, en hoe we dat willen doen."
De OV-visie reikt tot 2020, en noemt een aantal concrete voorstellen om het openbaar
vervoer in Amsterdam en de regio te verbeteren. De voorstellen spitsen zich toe op de
kwaliteit van het openbaar vervoer, het vergroten van het aantal ov-verbindingen en
overstapmogelijkheden, en het openbaar vervoer van en naar bedrijven.
Betere kwaliteit van het openbaar vervoer
Toegankelijkheid, frequentie, veiligheid en dienstverlening
Amsterdam wil de toegankelijkheid van het openbaar vervoer verbeteren. Recentelijk is al
het initiatief genomen om 41 halten van veelgebruikte lijnen fysiek toegankelijk te maken.
De gemeente gaat bij het ministerie aandringen om meer prioriteit te geven aan het
toegankelijker maken van tramhalten. Daarnaast wil het college het openbaar vervoer
Persberichten van de gemeente Amsterdam zijn ook te vinden onder: http://www.amsterdam.nl/persberichten.
Een RSS-feed is beschikbaar op het adres: http://www.amsterdam.nl/xml/latestnews.xml
6 juni 2007 Gemeente Amsterdam
Kenmerk 089 Bestuursdienst
Pagina 2 van 3
langer laten rijden, wat leidt tot een beter aanbod. De gemeente wil via de Stadsregio
regelen dat de spitsfrequentie tot 20.00 uur wordt aangeboden, en dat het openbaar
vervoer tot 01.00 uur blijft rijden.
Om de veiligheid in het openbaar vervoer te vergroten, wil het college de nadruk leggen
op menselijk toezicht en goed onderhoud. Het Veiligheidsteam Openbaar Vervoer speelt
hierin een grote rol.
Elk jaar wordt onderzocht wat de gebruiker vindt van het openbaar vervoer. In 2006
scoorde het stadsvervoer een 6,9 (bus), 7,0 (tram) en 6,8 (metro). Op dit moment ligt het
landelijke gemiddelde op een 7,2. Het college wil dat in 2012 alle waarderingen op een
7,5 uitkomen. De hogere score moet onder andere worden bereikt door een betere
dienstverlening door de vervoerder.
Betere kwaliteit van de metro
Een van de ambities van het college is de opwaardering van het metronet tot een
hoogwaardig metrosysteem. Dit betekent onder andere dat het metrospoor niet gebruikt
wordt door andere vervoersmiddelen, zoals de trein of de (snel)tram. Het gevolg hiervan is
dat de Amstelveenlijn een `echte metro' moet worden. De opwaardering houdt ook in dat
metrolijnen gebruik moeten gaan maken van eigen infrastructuur. Metrolijnen die dezelfde
sporen berijden, kunnen elkaars dienstregeling verstoren. Ook moeten de voertuigen zo
breed en lang mogelijk zijn, om zoveel mogelijk capaciteit te kunnen bieden. Om reizigers
goed in het voertuig te kunnen verspreiden, moeten de metrostellen ook goed
doorloopbaar zijn. De nieuwe metrostellen moeten hieraan voldoen. Een laatste
maatregel om de kwaliteit van het metronet te verbeteren, is de introductie van het (semi-
)automatisch rijden op de metro. Hierbij vervangt de techniek de metrobestuurder. Dit
maakt het onder andere mogelijk om op onrendabele momenten tegen geringe
meerkosten hoogfrequent te rijden. Deze mogelijkheid wordt onderzocht.
Tram
De gemeente wil de efficiency van de tram verbeteren. Dat wil zij onder andere doen door
het aanleggen van nieuwe keersporen aan de rand van de stad, waardoor trams niet
meer naar plaatsen hoeven te rijden waar ze kunnen keren, terwijl de vervoersvraag naar
deze locaties kleiner is dan het aantal tramlijnen dat er naartoe gaat. Daarnaast zet het
college zwaar in op de verbetering van de doorstroming van de bus en de tram in de hele
stad.
Trein
Op een groot deel van de verbindingen in de regio is de trein het belangrijkste ov-
alternatief voor de auto. Deze verbindingen staan onder druk. Amsterdam wil vanuit alle
richtingen goed bereikbaar zijn per intercity én stoptrein. Dit betekent dat het nodig is om
twee sporen per richting te hebben op het spoor rond Amsterdam en op de trajecten
ernaartoe.
Meer ov-verbindingen
Het college wil meer ov-verbindingen realiseren om de forse groei van de mobiliteit op te
vangen. In de OV-visie wordt daarvoor een aantal voorstellen gedaan.
Metro
Naast het doortrekken van de Noord/Zuidlijn naar Amstelveen, wil het college een
metroverbinding maken tussen Amsterdam en Schiphol (via de Westelijke Tuinsteden, het
A4-tracé of Amstelveen), behalve als de studie Schiphol Amsterdam Almere Lelystad met
een afdoende oplossing over het spoor komt. Bij de variant via de Westelijke Tuinsteden
zal ook gekeken worden naar mogelijkheden tot verlenging naar de oostkant van de stad.
Ook zal een studie naar het nut en de noodzaak van een Oost-Westlijn op de lange
termijn moeten worden uitgevoerd.
---
6 juni 2007 Gemeente Amsterdam
Kenmerk 089 Bestuursdienst
Pagina 3 van 3
Ook wil het college de Ringlijn verlengen naar in ieder geval de Houthavens, om
vervolgens te kijken of hij verder verbonden kan worden met het Noord/Zuidlijnstation
`Johan van Hasseltweg' in Amsterdam-Noord, of met het Centraal Station.
Bus
Regionale busverbindingen zouden zoveel mogelijk aan de rand van de stad moeten
eindigen, waar ze verschillende overstapmogelijkheden met een goede aansluiting op het
stedelijke ov-net moeten hebben. De huidige busverbinding tussen Sloterdijk en Schiphol
moet een vergelijkbaar niveau krijgen met de Zuidtangent: een `Westtangent'. Op de grote
ov-knooppunten moet de reiziger gemakkelijk kunnen overstappen op een andere vorm
van openbaar vervoer. Ook moet de reiziger hier op een aangename en efficiënte manier
kunnen wachten op zijn volgende verbinding.
P+R-terreinen
Ook de ov-verbinding met de P+R-terreinen is een belangrijk speerpunt van dit college.
Het is wenselijk dat de P+R's aan de rand van de stad ook 's nachts worden ontsloten
door het nachtnet, omdat deze voorzieningen vooral worden gebruikt door bezoekers van
de stad.
Vervoer van en naar bedrijven
De gemeente gaat de realisatie van ov-fietshuurlocaties bij stations in de buurt van
bedrijven stimuleren, waarbij de mogelijkheid bestaat om met bedrijven
grootverbruikcontracten af te sluiten. Ook zal er bij de gemeente één aanspreekpunt
worden ingesteld voor particuliere initiatieven voor collectief vervoer van werknemers.
Verdere procedure
Het college geeft de OV-visie van 8 juni t/m 20 juli 2007vrij voor schriftelijke inspraak. Na
het reces is op 12 september behandeling in de Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer
en Infrastructuur en op 10 oktober in de gemeenteraad. Op 19 juni is er een debat over de
OV-visie met reizigersorganisaties, vervoerders en andere partijen.
De Stadsregio Amsterdam ontwikkelt een Regionale Visie Openbaar Vervoer 2020/2030.
De Amsterdamse OV-visie wordt ingebracht als input voor deze regionale OV-visie.
Tegelijk met de OV-visie heeft het college kennis genomen van de Metronetstudie.
Pb-089
Gemeente Amsterdam